Onderhoud
Let op
Een nauwkeurige indicatie van het olie-
peil wordt alleen gegeven wanneer de
motor zijn normale bedrijfstemperatuur
heeft bereikt en de motorfiets rechtop
staat (niet op de zijstandaard).
3
4
B01159
1.
Olievulplug
2.
Kijkglas
3.
Bovenste peil (maximum)
4.
Onderste peil (minimum)
Voor het controleren van het motorolie-
peil:
•
Start de motor en laat deze circa vijf
minuten stationair draaien.
•
Stop de motor en wacht ten minste
vijf minuten zodat de olie kan
zakken.
•
Let op het oliepeil in het kijkglas.
•
Indien correct, moet olie zichtt -
baar zijn op een punt tussen het
bovenste niveau en het onderste
niveau op het kijkglas.
•
Indien het nodig is om olie bij te
vullen, de olievulplug verwijderen
en met behulp van een geschikte
trechter beetje bij beetje olie toev-
oegen, totdat het in het kijkglas
weergegeven peil correct is.
118
•
Zodra het juiste peil is bereikt de
olievulplug aanbrengen en vast-
draaien.
Motorolie verversen en oliefilter
vervangen
Langdurig of herhaaldelijk contact met
motorolie kan leiden tot uitdroging,
irritatie en ontsteking van de huid.
1
Afgewerkte motorolie bevat schadelijke
stoffen, die huidkanker kunnen veroor-
zaken.
2
Draag altijd geschikte beschermende
kleding en vermijd contact van de huid
met afgewerkte olie.
De motorolie kan heet zijn.
Vermijd contact met de hete motorolie
door geschikte beschermende kleding,
handschoenen en oogbescherming te
dragen.
Contact met hete motorolie kan brand-
blaren of brandwonden veroorzaken.
Als de motor pas nog heeft gedraaid,
kan het uitlaatsysteem heet zijn.
Contact met hete onderdelen kan
huidletsel veroorzaken.
Laat de hete onderdelen altijd afkoelen
voordat u het uitlaatsysteem aanraakt,
om huidletsel te vermijden.
Waarschuwing
Waarschuwing
Waarschuwing