Shake Reduction
De functie Shake Reduction is beschikbaar wanneer een objectief
met het SR-systeem wordt gebruikt in de stand A. Raadpleeg de
handleiding van het SR-ondersteunde objectief voor
bijzonderheden over het gebruik van de functie. De functie Shake
Reduction wordt automatisch uitgeschakeld wanneer
Zelfontspanner, Afstandsbediening, Intervalvideo opnemen
of Opnamen maken met spiegel omhoog is geselecteerd.
In de stand C kan de functie Shake Reduction worden
geactiveerd bij [Movie SR] in het menu C1.
Flitsinstelling
1
(w
p.R32)
2
Een flitser bevestigen
Haal de flitsschoenbescher-
mer van de camera.
Bevestig de flitser en zet de camera aan.
Let op
• Gebruik geen externe hoogspanning flitsers. Dit kan de camera
beschadigen.
• Een flitser met omgekeerde polariteit (het midden van de
flitsschoen of sync-aansluiting heeft een negatief symbool)
mag niet gebruikt worden, omdat deze de camera of de flits
kan beschadigen.
• Gekoppelde functies werken niet.
• Het verdient aanbeveling om een proefopname te maken bij
een sluitertijd die één stop trager is dan de flitssynchronisatietijd
om vignettering te voorkomen die kan optreden bij 2e
sluitergordijn-synchronisatie.
3
69