3
Selecteer Z of b en druk op E.
De camera keert terug naar de standby-stand.
Memo
• Wanneer de AF-modus is ingesteld op x, wordt de
scherpstellingspositie vergrendeld bij het eerste beeldje.
• De beeldsnelheid kan lager worden wanneer de gevoeligheid
3
hoog is.
Zelfontspanner
1
Druk op A in de
standby-stand.
Het instelscherm voor de
transportstand verschijnt.
2
Selecteer O en druk op B.
3
Selecteer O of P en druk op E.
De camera keert terug naar de standby-stand.
4
Druk de ontspanknop eerst half in en vervolgens
helemaal.
Het zelfontspannerlampje knippert.
De sluiter wordt na circa 12 seconden of 2 seconden ontspannen.
62
Afstandsbediening
1
2
W
3
4
Zelfontspanner (12sec)
Zelfontspanner (12sec)
5
Annul.
Annul.
OK
OK
• De afstandsbediening kan worden gebruikt tot maximaal
• Om met de afstandsbediening scherp te stellen, stelt u dit in
Druk op A in de standby-
stand.
Het instelscherm voor de
transportstand verschijnt.
Selecteer Q en druk op B.
Selecteer Q, R, of S en druk op E.
De camera keert terug naar de standby-stand.
Het zelfontspannerlampje knippert.
Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Richt de afstandsbediening op de afstandsbedie-
ningssensor op de voor- of achterzijde van
de camera en druk de ontspanknop van
de afstandsbediening in.
Memo
een afstand van circa 4 m vanaf de voorzijde van de camera
en circa 2 m vanaf de achterkant.
bij [19. AF met afstandsbediening] in het menu E3.
W
Afstandsbediening
Afstandsbediening
Annul.
Annul.
OK
OK
(w
p.R49)