Onderhoud elektrisch
systeem
Accu opladen
Accu verwijderen
Accupolen of metalen gereedschappen kunnen
kortsluiting maken met metalen onderdelen
van de machine, waardoor vonken kunnen
ontstaan. Hierdoor kunnen accugassen tot
ontploffing komen, waardoor lichamelijk letsel
kan ontstaan.
• Zorg ervoor dat bij het verwijderen of
installeren van de accu de accupolen niet in
aanraking komen met metalen onderdelen
van de machine.
• Voorkom dat metalen gereedschappen
kortsluiting veroorzaken tussen de
accupolen en metalen onderdelen van de
machine.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak
en schakel de aftakas uit.
2. Zet de rijhendels naar buiten in de parkeerstand,
schakel de motor uit, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn
gekomen alvorens de bestuurdersstoel te verlaten.
3. Verwijder het linkerpaneel om bij de accu te kunnen
komen. Zie Toegang tot de accu in Procedures
voorafgaande aan het onderhoud voor instructies.
4. Maak de minkabel (zwart) los van de accupool
(Figuur 38). Bewaar alle bevestigingen.
Als accukabels verkeerd worden verbonden,
kan dit schade aan de machine en de kabels
tot gevolg hebben en vonken veroorzaken.
Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing
komen, waardoor lichamelijk letsel kan
ontstaan.
• Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu
los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
• Sluit altijd de pluskabel (rood) van de accu
aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
5. Maak de minkabel (zwart) los van de accupool.
Schuif het rubberen kapje van de pluskabel (rood)
terug over de kabel. Maak de pluskabel (rood) los van
de accupool (Figuur 38). Bewaar alle bevestigingen.
6. Verwijder de bevestigingsband van de accu
(Figuur 38) en til de accu uit de accubak.
2
3
4
1. Accu
2. Pluspool van de accu
3. Bout, ring en moer
4. Stofkapje van accupool
Accu opladen
Onderhoudsinterval: Vóór de stalling—Laad de accu
op en koppel de kabels los.
1. Accu uit het chassis verwijderen, zie Accu
verwijderen.
2. Laad de accu gedurende minstens een uur op bij
6–10 A. De accu niet te ver opladen.
3. Zodra de accu volledig is opgeladen, haalt u de
acculader uit het stopcontact en maakt u vervolgens
de oplaadkabels los van de accuklemmen (Figuur 39).
34
6
5
1
7
G005072
Figuur 38
5. Minpool van de accu
6. Vleugmoer, ring en bout
7. Bevestiging van accu