Pagina 1
Form No. 3380-766 Rev B Z Master ® commerciële 2000-serie zitmaaiers met 122-cm Turbo Force ® maaidek met zijafvoer Modelnr.: 74142TE—Serienr.: 314000001 en hoger *3380-766* B Registreer uw product op www.Toro.com. Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
Als u service, originele Toro-onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met de klantenservice van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden. De locatie van het plaatje met het modelnummer en het serienummer van het product is aangegeven op Figuur 1.
Veiligheid Vóór ingebruikname • Draag tijdens het maaien altijd een lange broek en stevige Deze machine voldoet ten minste aan de Europese normen, schoenen. Draag geen schoenen met open tenen en loop van kracht op het moment van productie. Onjuist gebruik niet op blote voeten.
– motor afzetten en sleuteltje uit het contact nemen. De volgende lijst bevat veiligheidsinstructies die • Aandrijving naar werktuigen uitschakelen, motor afzetten specifiek zijn toegesneden op Toro-producten, of andere en bougiekabel(s) losmaken of sleuteltje uit het contact veiligheidsinstructies die niet zijn opgenomen in de nemen CEN-norm.
Maaien op hellingen Het geluidsniveau is vastgesteld volgens de procedures in ISO 11094. • Maai nooit op een helling van meer dan 15 graden. • Maai niet in de buurt van steile hellingen, greppels, steil Trillingsniveau aflopende oevers of water. Wielen die over randen heen komen, kunnen tot gevolg hebben dat de machine omkantelt, hetgeen ernstig of dodelijk letsel dan wel Hand-arm...
Hellingsindicator G011841 Figuur 3 Deze pagina mag worden gekopieerd voor persoonlijk gebruik. 1. De maximale hellingshoek waarbij u de machine veilig kunt gebruiken is 15 graden. Gebruik het hellingsschema om de hellingshoek te bepalen voordat u de machine bedient. Gebruik de machine niet op hellingen van meer dan 15 graden. Langs de betreffende lijn van de aanbevolen hellingshoek vouwen.
5. Lees de 10. Bevat lood; niet Gebruikershandleiding. weggooien. Merkteken van fabrikant 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele Toro-maaimachine is. 99-8936 1. Snelheid van de machine 4. Neutraalstand 5. Achteruit 2. Snel 3. Langzaam 106–2655 1.
Pagina 9
106-5517 1. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. 112-3858 1. Lees de 3. Haal het sleuteltje uit Gebruikershandleiding. het contact voordat u de maaihoogte afstelt. 2. Lees de instructies voordat 4. Maaihoogte-instellingen u service- of onderhouds- werkzaamheden uitvoert. 112-9028 1.
Pagina 10
117–1158 117-3888 1. Omloophendel, hendel in 2. Omloophendel, hendel in gebruikstand. duwstand. 1. Slip- en kantelgevaar – gebruik de machine niet in de nabijheid van afgronden met een hellingsgraad van meer dan 15 graden, gebruik de machine op een veilige afstand van steile dalingen en op hellingen van minder dan 15 graden;...
Pagina 11
119–2501 1. Choke 3. Langzaam 2. Snel 4. Aftakasschakelaar 121–4777 1. Maaihoogte-instelling 2. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over het vergrendelen en ontgrendelen van de stand van het maaidek. 114–4468 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 5. Kans dat de wielen grip verliezen en de bestuurder de macht over de machine verliest, hellingen –...
1. Aftakasschakelaar 4. Urenteller breiden. Neem contact op met een erkende servicedealer of 2. Choke 5. Contactschakelaar distributeur of bezoek www.Toro.com voor een lijst van alle 3. Gashendel 6. Zekeringen goedgekeurde werktuigen en accessoires.
Specificaties Gebruiksaanwijzing Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. linker- en rechterzijde van de machine. Breedte: Brandstof bijvullen 122-cm Maaidek Zonder maaidek 115,1 cm • Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend schone, verse Geleider omhoog 130,8 cm (minder dan 30 dagen oud), loodvrije benzine met een...
Voeg de juiste hoeveelheid stabilizer/conditioner aan de GEVAAR benzine toe. In bepaalde omstandigheden kan tijdens het Opmerking: Stabilizer/conditioner werkt het best als tanken statische elektriciteit worden ontladen deze met verse benzine wordt gemengd. Gebruik altijd waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot stabilizer/ conditioner om het risico van harsachtige ontbranding kunnen brengen.
WAARSCHUWING Er is geen omkantelbeveiliging als de rolbeugel omlaag is geklapt. • Klap de rolbeugel uitsluitend omlaag als dit absoluut noodzakelijk is. • Doe de veiligheidsgordel niet om als de rolbeugel omlaag is geklapt. • Rij langzaam en voorzichtig. • Klap de rolbeugel op zodra er genoeg ruimte is en gebruik de veiligheidsgordel.
GEVAAR VOORZICHTIG Bij maaien op nat gras of een steile helling bestaat Deze machine stelt de bestuurder bloot aan de kans dat de wielen slippen en u de macht over geluidsniveaus van meer dan 85 dBA. Bij langdurige de machine verliest. blootstelling kan dit leiden tot gehoorbeschadiging.
Parkeerrem vrijzetten G008946 Figuur 13 G017427 Figuur 10 De choke bedienen Gebruik de choke om een koude motor te starten. De aftakasschakelaar 1. Gebruik de choke om de motor te starten als deze koud is. bedienen 2. Trek de knop van de choke omhoog om deze in te De aftakasschakelaar start en stopt de maaimessen en schakelen voordat u de contactschakelaar inschakelt eventuele bekrachtigde werktuigen.
deze instructies niet opvolgt, kan de startmotor doorbranden. Opmerking: Er kunnen meerdere startpogingen nodig zijn als u de motor voor de eerste keer start nadat er helemaal geen brandstof in het brandstofsysteem heeft gezeten. G017428 G008947 Figuur 15 2. Draai het contactsleuteltje naar de stand Stop om de motor af te zetten.
Motor afzetten VOORZICHTIG Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd staat. Verwijder altijd het sleuteltje uit het contact en stel de parkeerrem in werking wanneer u de machine onbeheerd achterlaat, ook al is het slechts voor een paar minuten.
Het Veiligheidssysteem nu stoppen. Herhaal deze procedure bij de andere rijhendel. VOORZICHTIG 5. Neem plaats op de stoel, zet de parkeerrem vrij, schakel de aftakasschakelaar uit en zet de rijhendels in Niet-aangesloten of beschadigde de vergrendelde neutraalstand. Probeer de motor te interlockschakelaars kunnen onverwachte starten;...
De rijhendels gebruiken G008952 Figuur 21 Achteruitrijden Figuur 20 1. Rijhendel – 4. Achteruit 1. Zet de hendels in de middelste, onvergrendelde stand. onvergrendelde 2. Om achteruit te rijden, trekt u de rijhendels naar neutraalstand achteren (Figuur 22). 2. Centrale onvergrendelde 5.
De machine stoppen Om de machine te stoppen, zet u de rijhendels in de neutraalstand en vergrendelt u de hendels, schakelt u de aftakas uit en draait u het contactsleuteltje naar de stand Uit. Als u de machine achterlaat, moet u tevens de parkeerrem in werking stellen;...
De pen voor de maaihoogte instellen Grootte van Maaihoogtebereik Stappen maaidek 122 cm 38 tot 127 mm 6 mm Wijzig de maaihoogte door de gaffelpen in het gewenste gat te brengen. 1. Zet de transportvergrendeling in de vergrendelde stand. 2. Druk het voetpedaal in en breng het maaidek omhoog tot de transportstand (dit is de maaihoogtestand van g017628 140 mm) (Figuur 24).
De vrijgavehendels van de aandrijfwielen gebruiken WAARSCHUWING Handen kunnen klem raken in de draaiende onderdelen onder het maaidek. Dit kan tot ernstig letsel leiden. Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat alle bewegende delen tot stilstand komen voordat u de vrijgavehendels van de aandrijfwielen aanraakt.
Pagina 25
achterwielen in plaats van afzonderlijke oprijplaten voor elke WAARSCHUWING kant van de maaimachine (Figuur 29). Het lagere achterdeel Als een machine wordt geladen op een aanhanger van het frame steekt tussen de achterwielen naar achteren of een vrachtwagen, wordt de kans vergroot dat uit en moet voorkomen dat de machine achterover kantelt.
Transport van de machine Gebruik van de Z Stand® Gebruik een aanhanger of vrachtwagen voor zwaar vervoer De Z Stand® wordt gebruikt om de voorkant van de machine om de machine te transporteren. Zorg ervoor dat de omhoog te zetten zodat u het maaidek kunt reinigen en de aanhanger of vrachtwagen is voorzien van alle benodigde maaimessen kunt verwijderen.
Figuur 32 1. Z Stand (in sleuf geplaatst) 3. Vergrendeling, op draailip rustend Figuur 33 2. Spleet in voetpad of gazon 3. Vergrendelde stand 1. Z Stand 2. Vergrendeling 4. Ontgrendelde stand 4. Plaats het voetstuk op de grond en laat de vergrendeling op de draailip rusten (Figuur 32).
Pagina 28
Vijl regelmatig kerven en inkepingen weg en slijp de messen indien dit nodig is. Als een mes beschadigd of versleten is, moet u dit onmiddellijk vervangen door een origineel TORO-mes.
Onderhoud Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure • Motorolie verversen. Na de eerste 8 bedrijfsuren • Controleer de torsie van de wielmoeren. • Hydraulisch filter vervangen en hydraulische vloeistof verversen. Na de eerste 50 bedrijfsuren • Het veiligheidssysteem controleren. • Controleer het motoroliepeil. •...
Smeerpunten maaimachine Smering Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Smeer de spanarm van het maaidek. Smeren Jaarlijks—Smeer de draaipunten van de voorste De machine moet vaker worden gesmeerd bij gebruik in zeer zwenkwielen (dit moet vaker gebeuren als de machine stoffige of zanderige omstandigheden. wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden).
afstandsmoeren en draai deze op de as met de afgeplatte kanten aan de buitenzijde. Draai de afstandmoer niet volledig tot het einde van de as. Laat een afstand van ongeveer 3 mm vrij tussen het buitenste oppervlak van de afstandsmoer en het einde van de as binnen de moer. 10.
Onderhoud motor WAARSCHUWING Contact met hete oppervlakken kan lichamelijk letsel veroorzaken. Houd kleding, gezicht, handen, voeten en andere lichaamsdelen uit de buurt van de geluiddemper en andere hete oppervlakken. Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Om de 250 bedrijfsuren—Vervang Figuur 38 het voorfilter.
Motorolie verversen/oliepeil controleren Type olie:Reinigingsolie (API onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ of SL) Carterinhoud: met vervanging van filter, 2,1 l; zonder G008804 vervanging van filter, 1,8 l Viscositeit: zie onderstaande tabel. Figuur 39 Opmerking: Gebruik van multigrade-olie (5W-20, 10W-30 of 10W-40) zal leiden tot een hoger olieverbruik. Controleer vaker het oliepeil als u multigrade-olie gebruikt.
2. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. 3. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. 4.
Bougie verwijderen 1. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. 2. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in G017452 werking.
Onderhoud brandstofsysteem Brandstoffilter vervangen Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren/Jaarlijks (houd hierbij de kortste periode aan) (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Het brandstoffilter bevindt zich bij de motor, aan de voorzijde of de achterzijde van de motor. 1.
Onderhoud elektrisch contact kan maken met onderdelen die de leiding mogelijk kunnen beschadigen. systeem Onderhoud van de Onderhoud van de accu brandstoftank Onderhoudsinterval: Maandelijks Probeer de brandstoftank niet zelf af te tappen. Laat een erkende servicedealer de brandstoftank aftappen en GEVAAR onderdelen van het brandstofsysteem een onderhoudsbeurt geven.
Accu opladen 4. Schuif het rode stofkapje van de (rode) pluspool van de accu en verwijder de (rode) pluskabel (+) (Figuur 48). WAARSCHUWING 5. Verwijder de vleugelmoeren waarmee de accuklem is bevestigd (Figuur 48). Bij het opladen produceert de accu gassen die tot ontploffing kunnen komen.
Onderhoud aandrijfsysteem Veiligheidsgordel controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Controleer de veiligheidsgordel visueel op slijtage en sneden en controleer de juiste werking van het terugtreksysteem en de sluiting. Vervang de veiligheidsgordel voor gebruik als deze beschadigd is. De knoppen van het G017436 rolbeugelsysteem controleren Figuur 50...
7. Als de machine een afwijking naar links heeft, draai dan de bouten los en breng de rechter aanslagplaat naar achteren op de rechter T-sleuf tot de machine recht rijdt (Figuur 52). 8. Zet de aanslagplaat vast (Figuur 52). Figuur 52 Figuur 51 Linkerrijhendel afgebeeld 1.
Figuur 53 De wielmoeren controleren Figuur 54 Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsu- ren—Controleer de torsie van de 1. Veerringen 3. Stofkap wielmoeren. 2. Borgmoer Jaarlijks—Controleer de torsie van de wielmoeren. Controleer de wielmoeren en draai ze vast met een torsie van 122 tot 136 Nm.
Onderhoud koelsysteem Het motorscherm reinigen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Verwijder voor elk gebruik eventuele grasresten, vuil of andere verontreiniging van het motorscherm. Dit zal mede zorgen voor een adequate koeling en een correct motortoerental en zal de kans verkleinen dat de motor oververhit raakt en Figuur 55 technische schade oploopt (Figuur 56).
Onderhoud riemen Riemen controleren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren Riemen controleren. Tekenen dat een riem aan het slijten is, zijn: gieren tijdens het draaien van de riem, slippen van de messen tijdens het maaien, gerafelde randen, schroeiplekken en scheuren. Vervang de riem als u deze zaken constateert. Aandrijfriem van maaidek vervangen Tekenen dat een riem aan het slijten is, zijn: gieren tijdens het...
7. Verwijder de riemgeleider op de arm van de veerbelaste spanpoelie zoals getoond in Figuur 58. 8. Verwijder de aanwezige riem. 9. Bevestig de nieuwe riem rond de poelies van het maaidek en de koppelingspoelie onder de motor (Figuur 58). g017496 Figuur 59 1.
Onderhoud 8. Bevestig de nieuwe riem rond de motorpoelie en de twee aandrijfpoelies. bedieningsysteem De stand van de handgrepen afstellen Er zijn twee standen voor de handgrepen: hoog en laag. Verwijder de bouten om de hoogte aan te passen voor de bestuurder.
te starten. De bestuurder hoeft niet in de stoel te zitten vanwege de gebruikte startkabel. Laat de motor volgas lopen en zet de rem vrij. 6. Laat de machine minimaal 5 minuten draaien met de rijhendels op volledige snelheid vooruit om de hydraulische vloeistof op bedrijfstemperatuur te brengen.
Onderhoud hydraulisch systeem Het hydraulische systeem een onderhoudsbeurt geven Type hydraulische vloeistof: Toro ® HYPR-OIL ™ hydraulische vloeistof of Mobil ® 1 15W-50. Belangrijk: Gebruik de voorgeschreven vloeistof. Andere vloeistoffen kunnen schade aan het systeem veroorzaken. Figuur 65 Rechter rijhendel afgebeeld Peil van hydraulische vloeistof 1.
Hydraulische vloeistof Herhaal deze procedure voor beide filters. verversen en filter vervangen Hydraulische filter monteren Het filter vervangen en de olie verversen moet op hetzelfde Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren moment gebeuren. De olie niet hergebruiken. Zodra het nieuwe filter is geplaatst en de olie is toegevoegd moet het Om de 400 bedrijfsuren systeem worden ontlucht.
deze ontluchtingsplug. Draai de plug vast met een achteren kan bewegen, zit er geen lucht meer in de torsie van 20,3 Nm. transaxle. 7. Ga verder met het vullen van de expansietank tot 4. Controleer voor de laatste keer het oliepeil in de olie de markering FULL COLD bereikt in de de expansietank.
Onderhoud van het 6. Plaats de maaihoogtepen in de maaihoogtestand van 7,6 cm. maaidek 7. Ontgrendel de transportvergrendeling en laat het dek zakken tot de gewenste maaihoogte. Maaidek horizontaal stellen 8. Breng het uitwerpkanaal omhoog. 9. Meet aan beide zijden van het maaidek vanaf het De machine instellen horizontale oppervlak tot de voorste punt van het maaimes (punt A).
Opmerking: Draai de bout van het enkelpuntssysteem losser of vaster tot de montagebouten van de maaihoogteplaat ongeveer 1/3 van de lengte in de sleuven kunnen bewegen. Hierdoor ontstaat er ruimte voor afstelling omhoog of omlaag van de vier maaidekkoppelingen. g017441 g017036 Figuur 73 Figuur 75...
3. Draai de messen totdat de uiteinden in de lengterichting vervangen door een origineel TORO-mes. Om het slijpen en liggen (Figuur 77). Meet de afstand tussen een vervangen te vergemakkelijken, is het handig extra messen horizontaal oppervlak en de snijrand, stand A, van de in voorraad te hebben.
2. Verwijder de mesbout, de klemring en het mes van de balans is, moet u wat metaal afvijlen van het uiteinde spilas (Figuur 78). van de vleugel (Figuur 81). Herhaal dit indien nodig totdat het mes in balans is. Figuur 80 1.
1. Zet de motor af, wacht tot alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen en verwijder het contactsleuteltje. Stel de parkeerrem in werking. 2. Verwijder de maaihoogtepen en breng het maaidek omlaag naar de grond. 3. Plaats de maaihoogtepen in de maaihoogtestand van 7,6 cm.
Reiniging Onderkant van het maaidek reinigen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 1. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. 2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand g015594 zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Stalling B. Laat de motor vijf minuten lopen om de stabilizer/conditioner door het brandstofsysteem te verspreiden. Reinigen en opslaan C. Zet de motor af, laat deze afkoelen en tap 1. Schakel de aftakasschakelaar uit, stel de parkeerrem in de brandstoftank af, zie Onderhoud van de werking en draai het contactsleuteltje naar de stand Uit.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De startmotor slaat niet aan. 1. De aftakasschakelaar is ingeschakeld. 1. Schakel de aftakasschakelaar uit. 2. De parkeerrem is niet in werking. 2. De parkeerrem in werking stellen. 3. Aandrijfhendels bevinden zich niet in 3.
Pagina 58
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De maaimachine trekt naar links of naar 1. De sporing moet afgesteld worden 1. Stel de sporing af rechts (met beide hendels volledig vooruit) 2. De banden van de aandrijfwielen 2. Breng de aandrijfbanden op de juiste hebben niet de juiste spanning.
Pagina 59
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De koppeling grijpt niet aan. 1. Een zekering is doorgebrand. 1. De zekering vervangen. Controleer de weerstand van de spoelen, of de accu is opgeladen, het oplaadsysteem en de aansluitingen van de bedrading en vervang indien nodig. 2.
Pagina 63
De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro-dealer.
Pagina 64
– Het verwijderen van verontreinigingen uit het brandstofsysteem Voor bepaalde motoren van de Toro LCE-producten geldt een garantie van de fabrikant van de valt niet onder de garantie motor. – Gebruik van oude brandstof (meer dan een maand oud) of De optie die zich het eerst aandient moet worden aangehouden.