Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Bedrijf

Instellen van spoorbreedte

Er bestaat gevaar voor kantelen!
Wanneer graafwerkzaamheden met de smalle spoorbreedte worden uitgevoerd, is de stabiliteit ver-
STOP
minderd. De smalle spoorbreedte dient alleen voor het rijden door nauwe plaatsen.
- Graafwerkzaamheden in principe altijd met de standaardspoorbreedte (A) uitvoeren.
- De graafmachine mag niet met de smalle spoorbreedte (B) worden gebruikt.
De gewenste spoorbreedte instellen voor het rijden.
De spoorbreedten zijn:
– Standaardspoorbreedte (A): 1240 mm
– Smalle spoorbreedte (B):
Om de desbetreffende spoorbreedte in te stellen,
moeten de beide spoorbreedtecilinders of compleet
STOP
uitgeschoven (standaardspoorbreedte, A) of inge-
schoven (smalle spoorbreedte, B) worden.
Keuzehendel Dozerblad/Instelling onderwagenbreedte (1) vol-
ledig naar boven schuiven (B).
Met de dozerbladhendel de gewenste spoorbreedte instellen.
De dozerbladhendel (1) terugdraaien.
De spoorbreedte wordt verkleind van de standaardspoorbreedte (A)
naar de smalle spoorbreedte (B).
De dozerbladhendel (1) naar vorenvdrukken.
De spoorbreedte wordt vergroot van de smalle spoorbreedte (B)
naar de standaardspoorbreedte (A).
Bij het rijden met smalle spoorbreedte moet de dozer-
bladverbreding ingeklapt worden (blz. 74).
W9232-8244-2
03/2019
990 mm
73

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave