Installeren, elektrisch
Slagsensor (identcode-kenmerk "slag‐
sensor": 3)
Taktgeefrelais (identcode-kenmerk "slag‐
sensor": 2)
Gegevens aansluitklem taktgeefrelais
Tab. 5: Voedingsspanning van printplaat taktgeefrelais
Beschikbare voedingsspanningen
230 V AC (180-254 V)
115 V AC (90-134 V)
24 V DC (20-28 V)
Verwarmingselement
40
Sluit de slagsensor aan op een geschikte analyse-eenheid volgens
de technische gegevens van de analyse-eenheid en die van de
slagsensor - zie hoofdstuk "Technische gegevens".
Het door de klant geïnstalleerde analyse- of voedingsapparaat moet
de stroomwijzigingen van de Namur-sensor kunnen analyseren om
een pompslag aan te kunnen geven.
Binnen de Ex-zone geldt:
Bij de Namur-sensor NJ1,5-8GM-N ook de gegevens in de verklaring
n
van EG-typeonderzoek PTB 00 ATEX 2048 X opvolgen.
1.
Installeer de kabel die van het taktgeefrelais afkomstig is - zie
afbeelding in hoofdstuk "Overzicht van apparaat en besturingsele‐
menten": Kabel A, links.
De polariteit van de kabel is willekeurig.
2.
Installeer de kabel die de printplaat taktgeefrelais van spanning
moet voorzien - zie afbeelding in hoofdstuk "Overzicht van apparaat
en besturingselementen": Kabel B, rechts.
Overbelasting
Wanneer de stroomsterkte in het relais te hoog wordt, kan het
n
relais door oververhitting stuk gaan.
Installeer een contactverbreker.
n
Informatie
Spanning, max.
Stroom, max.
Verblijftijd, ca.
Levensduur*
* bij nominale belasting
De contacten zijn potentiaalvrij.
Het taktgeefrelais is standaard een maakcontact.
Netfrequentie
50 / 60 Hz
50 / 60 Hz
-
Installeer het verwarmingselement volgens de instructies in de
documentatie. Het verwarmingselement mag alleen op de meegele‐
verde netvoeding worden aangesloten.
Waarde Eenheid
100 mA
100 ms
50 x 10
(10 V,
6
10 mA)
Stroomopname
10 mA (bij 230 V, 50 Hz)
15 mA (bij 115 V, 60 Hz)
10 mA (bij 24 V DC)
24 VDC
Cycli