Hoofdstuk 1 VOORDAT U GAAT KOPIËREN
Bedieningspaneel
Gebruik de toetsen op het bedieningspaneel voor diverse bewerkingen op en instellingen van het multifunctionele
systeem.
23
1.
[e-FILING] toets
Met deze toets krijgt u toegang tot opgeslagen
afdrukinformatie.
2.
[KOPIE] toets
Gebruik deze toets om de kopieerfunctie te kunnen
gebruiken.
3.
[MENU] toets
Met deze toets kunt u vaak gebruikte templates
weergeven.
4.
[GEBR.FUNCTIES] toets
Gebruik deze toets voor het papierformaat of het instellen
van de papiersoort voor laden en het vastleggen van de
kopie-, scan- en faxinstellingen, met inbegrip van een
wijziging van de standaardinstelling.
Handleiding voor MFP-beheer (PDF): "Hoofdstuk 1:
ITEMS INSTELLEN (GEBRUIKER)"
Handleiding voor MFP-beheer (PDF): "Hoofdstuk 2:
ITEMS INSTELLEN (ADMIN)"
5.
[INTERRUPT] toets
Met deze toets kunt u de afdrukverwerking onderbreken
en een kopieeropdracht uitvoeren. De onderbroken
opdracht kan worden voortgezet door opnieuw op deze
toets te drukken.
6.
[TELLER] toets
Met deze toets geeft u de teller weer.
Handleiding voor MFP-beheer (PDF): "Hoofdstuk 3:
TELLERS BEHEREN (TELLER MENU)"
7.
[SPAARSTAND] toets
Met deze toets zet u het multifunctionele systeem in de
energiebesparingsstand.
8.
AAN/UIT-LED
De groene LED brandt wanneer de [POWER] toets is
ingeschakeld.
9.
HOOFDSCHAK. LED
De rode LED brandt wanneer de hoofdschakelaar is
ingeschakeld.
8
1
2
3
4
5
22 21 20 19
18
17
6
7
8
9
10
11
12
13
14
16
15
10.
[POWER] toets
Gebruik deze toets om de de stroomvoorziening van het
multifunctionele systeem in of uit te schakelen
(uitschakelprocedure).
11.
Numerieke toetsen
Met deze toetsen kunt u getallen, bijv. het aantal
afdrukken, telefoonnummers of wachtwoorden, instellen.
12.
[FUNCTIE WISSEN] toets
Wanneer u op deze toets drukt, worden alle geselecteerde
functies gewist en teruggezet naar de
standaardinstellingen. Als de standaardinstelling op het
bedieningspaneel wordt gewijzigd, en er vervolgens
gekopieerd, gescand, gefaxt e.d. wordt, dan knippert deze
toets.
13.
[STOP] toets
Met deze toets kunt u een lopend scan- of kopieerproces
stoppen.
14.
[START] toets
Met deze toets kunt u een scan-, kopieer- of faxproces
starten.
15.
[WISSEN] toets
Met deze toets kunt u de ingetoetste aantallen, zoals het
aantal afdruksets, corrigeren.
16.
Alarm LED
De rode LED brandt wanneer een storing plaatsvindt en
deze moet worden opgeheven.
17.
PRINT DATA LED
De groene LED brandt tijdens de ontvangst van gegevens
zoals afdrukgegevens.
18.
[TOEGANG] toets
Gebruik deze toets wanneer de afdelingscode of
gebruikersinformatie is ingesteld. Indien deze toets na het
kopiëren enz. wordt ingedrukt, moet de volgende
gebruiker de afdelingscode of gebruikersinformatie
invoeren.
P66 "Inloggen" in deze handleiding