Inhoudsopgave
Advertenties
7 Bediening
Bevestig de invoer door op de knop "OK" te drukken.
NL
Regelmodus
Het koelaggregaat kan het koelvermogen regelen op ba-
sis van een van de volgende drie temperatuurwaarden:
– Binnentemperatuur: de temperatuur van de lucht
die vanuit de kast in het koelaggregaat wordt gezo-
gen.
– Externe sensor: de temperatuur die door een exter-
ne sensor op een zogenaamde Hot-Spot in de kast
wordt gemeten.
– Uitbl.temperatuur: De temperatuur die met behulp
van een externe temperatuursensor bij de uitblaas-
opening van het koelaggregaat wordt gemeten.
Regelmodus "Externe sensor"
Neem de volgende aanwijzingen in acht bij het kiezen
van de sensorpositie. De sensor mag niet
– rechtstreeks door de koelaggregaat uitgeblazen ge-
koelde lucht worden beïnvloed,
– door externe warmtebronnen of warmtestraling wor-
den beïnvloed,
– zijn blootgesteld aan vocht,
– met de aansluitkabel in de buurt van AC-kabels wor-
den aangesloten,
– binnen de eerste 10 cm van de aansluitkabel vanaf het
sensorelement aan verschillende temperaturen wor-
den blootgesteld.
De sensor dient
– zich in het effectieve bereik van het koelaggregaat te
bevinden,
– door voldoende in beweging zijnde lucht te zijn omge-
ven, die zich met de door het koelaggregaat uitgebla-
zen lucht heeft vermengd,
– voldoende afstand tot vaste of vloeibare stoffen te
hebben.
Regelmodus "Uitblaastemperatuur"
Monteer de temperatuursensor midden voor de uit-
blaasopening van het koelaggregaat (Afb. 24).
28
Afb. 24:
Temperatuursensor voor uitblaasopening (voorbeeld-
weergave)
Legenda
1
Sensorkabel
2
Kabelbinder (2x)
3
Sensorelement
Opmerking:
Het sensorelement mag niet in contact ko-
men met de behuizing.
Opmerking:
Om de nauwkeurigheid van de inblaastem-
peratuur te waarborgen, moet ten minste
50 % van het totale koelvermogen als vermo-
gensverlies zijn geïnstalleerd. Het vermogen
is af te lezen in de koelaggregaat-karakteris-
tiek.
Kiezen van de regelmodus
Tik op het symbool "Regelmodus".
De instelwaarde van de op dat moment ingestelde re-
gelingsmodus wordt weergegeven.
Selecteer de gewenste regelmodus door deze op de
display te kiezen:
Sym-
Parameter
bool
Binnentem-
peratuur
Externe
sensor
Tab. 13: Gedeelte "Regelmodus"
Instel-
Fabrieks-
waarde
instelling
20 °C (68 °F)
...
35 °C (95 °F)
50 °C
(122 °F)
Rittal Koelaggregaat
Advertenties
Inhoudsopgave
