Warmtepomp inschakelen
Volgende volgorde in acht nemen:
1. Spanning van de buitenunit inschakelen.
Installatie in gebruik nemen
De inbedrijfstelling (configuratie, instelling en functie-
controle) kan met of zonder inbedrijfstellingsassistent
worden uitgevoerd (zie volgende hoofdstuk en service-
handleiding warmtepompregeling).
Inbedrijfstelling met inbedrijfstellingsassistent
De inbedrijfstellingsassistent doorloopt automatisch
alle menu's waarin instellingen nodig zijn. Hierbij
is "codeerniveau 1" automatisch actief.
!
Opgelet
Een verkeerde bediening op "codeerniveau 1"
kan tot schade aan het toestel en de verwar-
mingsinstallatie leiden.
Aanwijzingen in de servicehandleiding "Vitotro-
nic 200" respecteren, anders vervalt de garantie.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud
2. Spanning van de binnenunit inschakelen.
3. Binnenunit met de netschakelaar inschakelen.
Opmerking
Type en omvang van de parameters hangen af van het
type warmtepomp, van het gekozen installatieschema
en van de gebruikte accessoires.
Netschakelaar aan de regeling inschakelen.
■
De vraag "Inbedrijfstelling starten?" Wordt bij de
eerste inbedrijfstelling automatisch weergegeven.
Opmerking
De inbedrijfstellingsassistent kan ook manueel wor-
den gestart:
Hiervoor bij het inschakelen van de regeling
ingedrukt houden (voortgangsbalk zichtbaar).
■
Bij de eerste inbedrijfstelling verschijnen de begrip-
pen in het Duits:
Sprache
Deutsch
Bulgarski
Cesky
Dansk
Wählen mit
Afb. 61
■
Door de handmatige aansturing van een aantal toe-
stelonderdelen bij de inbedrijfstelling geeft de warm-
tepompregeling meldingen weer. Dat zijn geen sto-
ringen van het toestel.
DE
ê
ç
BG
ê
CZ
ê
DK
ê
(
67