Elektrisch aansluiten
Basisprintplaat: Zie pagina 37.
E
F3 Zekering T 2,0 A
Regelaar- en sensorprintplaat: Zie pagina 45.
F
Aansluiting voor modbus-verbindingskabel naar de
G
buitenunit
Binnenunit: Basisprintplaat (bedrijfscomponenten 230 V~)
Aanwijzingen bij de aansluitwaarden
■
Het aangegeven vermogen is het geadviseerde aan-
sluitvermogen.
■
De som van de vermogens van alle direct op de
warmtepompregeling aangesloten componenten
(bijv. pompen, kleppen, meldinrichtingen, relais):
max. 1000 W
Als het totale vermogen < 1000 W is, kan het afzon-
derlijke vermogen van een component (bijvoorbeeld
pomp, klep, meldinrichting, relais) groter dan opge-
geven worden gekozen. Daarbij mag het schakelver-
mogen van het overeenkomstige relais niet worden
overschreden.
De aangegeven stroomwaarde geeft de maximale
■
schakelstroom van het schakelcontact aan. Denk om
de totaalstroom van 5 A.
Stekker
sYA
Klemmen
Functie
211.2
Secundaire pomp
211.3
Aansturing verwarmingswater-door-
stroomtoestel trap 1
1.
Opmerking
r
Bij warmtepompen met ingebouwd
verwarmingswater-doorstroomtoestel
in de fabriek aangesloten
(vervolg)
Vereiste parameters bij de inbedrijfstelling instellen:
Zie vanaf pagina 67.
Verklaring
Aansluitwaarden
Vermogen: 140 W
■
Spanning: 230 V~
■
Max. schakelstroom: 4(2) A
■
Bij installatie zonder verwarmingswaterbuffer is niet
■
nog een CV-pomp nodig: zie klem 212.2.
Thermostaat als maximumtemperatuurbegrenzing
■
voor vloerverwarmingscircuit (indien aanwezig) in se-
rie aansluiten.
Secundaire pomp is in de fabriek aangesloten. Tempe-
ratuurbewaker door installateur laten aansluiten.
Aansluitwaarden
Vermogen: 10 W
■
Spanning: 230 V~
■
Max. schakelstroom: 4(2) A
■
Montageverloop
37