4. Duw de zijkanten van de vaste-schijfhouder voorzichtig naar buiten en schuif de vaste schijf in de houder, waarbij u de schijf op één lijn brengt met de
pinnen op de houder, totdat de schijf vastklikt.
1
vaste schijf
3
pinnen
5. Schuif de vaste schijf in het compartiment totdat de schijf vastklikt.
6. Sluit de voedings- en gegevenskabels aan op de schijf.
7. Zorg dat de gegevenskabel goed op de connector op het moederbord is aangesloten.
LET OP:
Sluit de gegevenskabel altijd aan op de connector SATA0 op het moederbord of op de connector SATA1 als er al een schijf op de
connector SATA0 is aangesloten en u een tweede vaste schijf plaatst.
8. Controleer alle connectoren om er zeker van te zijn dat de kabels stevig vastzitten.
9. Plaats de computerkap terug (zie
10. Plaats een opstartbaar medium (zie
bij onder de lijst met opties voor Drives (Schijven en stations).
11. Sluit het System Setup-programma af en start de computer opnieuw op.
12. Maak partities aan en voer een logische formattering van de vaste schijf uit.
Raadpleeg de documentatie bij uw besturingssysteem voor instructies.
13. Test de vaste schijf met behulp van Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie
2
vaste-schijfhouder
2
vaste-schijfhouder
De computerkap
terugplaatsen).
Het System Setup-programma
openen), open het System Setup-programma en werk de optie voor de SATA-poorten