Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bandenspanningcontrolesysteem - Ford FIESTA 2012 Instructieboekje

Verberg thumbnails Zie ook voor FIESTA 2012:
Inhoudsopgave

Advertenties

Auto's met stabiliteitsregeling
Wanneer de stabiliteitsregeling
ingeschakeld is, kan de auto enkele
ongebruikelijke rijeigenschappen vertonen.
Om deze te reduceren, schakelt u de
aandrijfregeling (traction control) uit. Zie
Gebruik maken van stabiliteitsregeling
(bladzijde 122).
BANDENSPANNINGCON-
TROLESYSTEEM
WAARSCHUWINGEN
Het systeem ontheft u niet van de
verantwoording om regelmatig de
bandenspanning te controleren.
Het systeem waarschuwt u alleen
voor een lage bandenspanning. Het
pompt de banden niet op.
Rijd niet met een aanzienlijk te lage
bandenspanning. Hierdoor kunnen
de banden oververhit raken en
worden beschadigd. Een te lage
bandenspanning verhoogt het
brandstofverbruik, verkort de levensduur
van de banden en heeft een nadelige
invloed op de rijeigenschappen.
Buig of beschadig de ventielen niet
wanneer u de banden oppompt.
Laat banden aanbrengen door een
erkende dealer.
Het detectiesysteem
bandenspanningsverlies waarschuwt
ingeval van een luchtdrukwijziging in een
van de banden. Dit vindt plaats via de
ABS-sensoren die de rollende omtrek van
de wielen registreren. Wanneer de
Velgen en banden
wielomtrek verandert, wordt een lage
bandenspanning aangeduid. Er wordt een
waarschuwingsbericht weergegeven in het
informatiedisplay en de
waarschuwingslamp brandt. Zie
Infoberichten (bladzijde 71).
Wanneer een waarschuwingsbericht voor
een lage bandenspanning op het
informatiedisplay wordt weergegeven,
controleer dan de bandenspanning zo
spoedig mogelijk en breng de spanning op
de voorgeschreven waarde. Zie
Technische specificatie (bladzijde 192).
Wanneer dit regelmatig voorkomt, laat dan
zo snel mogelijk de oorzaak vaststellen en
verhelp de storing.
Naast een te lage bandenspanning of een
beschadigde band kunnen de volgende
situaties van invloed zijn op de rollende
omtrek:
N.B.: Het systeem functioneert naar
behoren, maar de detectietijd kan wellicht
toenemen.
Systeem resetten
N.B.: Reset het systeem niet wanneer met
de auto wordt gereden.
N.B.: Het systeem moet worden gereset na
een afstelling van de bandenspanning of
een bandenwissel.
1.
2. Navigeer met behulp van de
3. Houd de knop OK ingedrukt tot er een
187
Ongelijke belading.
Gebruik van een aanhangwagen of een
heuvel op en af rijden.
Gebruik van sneeuwkettingen.
Rijden op zachte ondergrond zoals
sneeuw of modder.
Schakel het contact in.
informatiedisplaybediening naar Menu
> Voertuiginstellingen >
Detectiesysteem bandenspanning.
bevestiging verschijnt.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave