Inhoudsopgave Inleiding MyKey Over deze handleiding ........5 Werking..............33 Overzicht van symbolen.........5 MyKey aanmaken..........34 Aanbeveling nieuwe onderdelen....7 Alle MyKeys wissen........34 Uitrusting mobiele communicatie ....8 Systeemstatus MyKey controleren..34 Gegevensopslag..........8 Storingsdiagnose MyKey......35 In één oogopslag Sloten In één oogopslag ..........10 Vergrendelen en ontgrendelen....37 Handmatig bediende achterklep.....39 Veiligheidsuitrusting voor Sleutelloze toegang........40...
Pagina 4
Inhoudsopgave Mistachterlichten...........53 Handmatig verstelbare stoelen - 5-deurs............93 Koplamphoogte afstellen......54 Achterbank............95 Richtingaanwijzers........55 Verwarmde stoelen........95 Interieurverlichting.........55 Extra voedingsaansluitingen Ruiten en spiegels Elektrisch bedienbare ruiten......56 Extra voedingsaansluitingen .....97 Buitenspiegels..........57 Aansteker............97 Binnenspiegel..........58 Centrale vergrendeling.........59 Opbergvakken Bekerhouders..........99 Instrumentenpaneel Flessenhouder..........99 Meters..............61 Waarschuwings- en Motor starten en stoppen indicatielampen..........62 Algemene informatie........100 Akoestische waarschuwingssignalen en...
Pagina 5
Inhoudsopgave Automatische transmissie......115 Voorzorgsmaatregelen voor koude weersomstandigheden......139 Regeling voor bergop rijden.......118 Door water rijden..........139 Vloermatten...........139 Remmen Algemene informatie........120 Wat te doen bij pech Tips voor rijden met ABS ......120 Waarschuwingsknipperlichten....141 Parkeerrem.............120 Eerstehulpset..........141 Gevarendriehoek...........141 Stabiliteitsregeling Starten via starthulp........141 Werking.............122 Gebruik maken van Zekeringen stabiliteitsregeling........122 Plaatsen zekeringenhouders....143...
Pagina 6
Inhoudsopgave Motorolie controleren........161 Audio-installatie - Auto's met: AM/FM/CD/Bluetooth......206 Motorkoelvloeistof controleren....162 Audio-installatie - Auto's met: Sony Controle vloeistofpeil koppeling en AM/FM/CD..........212 remsysteem..........162 Digital Audio Broadcasting.......219 Ruitensproeiervloeistof controleren..163 Aansluiting Auxiliary ingang......221 12 volt accu vervangen........163 Storingen verhelpen Ruitenwisserbladen controleren....163 audio-installatie........222 Ruitenwisserbladen vervangen....163 Een koplamp verwijderen......164 SYNC Gloeilampen vervangen - 3-deurs..165...
Inleiding OVER DEZE HANDLEIDING Hartelijk dank voor het kiezen van een Ford. We adviseren u, enige tijd te nemen om met uw auto kennis te maken door deze handleiding te lezen. Hoe meer u van uw auto afweet, des te beter kunt u ermee omgaan en dat komt de veiligheid en het rijplezier ten goede.
Pagina 8
Inleiding Accuzuur Explosief gas Remvloeistof - niet op Ventilatorwaarschuwing petroleumbasis Veiligheidsgordel vastmaken Remsysteem Frontairbag Interieurfilter Mistlampen voor Brandstofvuldop controleren Brandstofpomp resetten Kinderslot ver-/ontgrendelen Zekeringenbox Onderste verankering kinderzitje Waarschuwingsknipperlichten Bovenste verankering kinderzitje Achterruitverwarming Snelheidsregeling Voorruitverwarming Niet openen indien heet Bagageruimteontgrendeling Motorluchtfilter Boordkrik Koelvloeistof Verlichtingsschakelaar...
Voorruitwisser en -sproeier Originele Ford en Motorcraft vervangingsonderdelen zijn de enige vervangingsonderdelen met het voordeel AANBEVELING NIEUWE van Ford Garantie. Schade aan uw auto die veroorzaakt wordt door andere ONDERDELEN onderdelen dan die van Ford, wordt mogelijk niet gedekt door Ford Garantie.
Inleiding Over het algemeen bevat deze technische UITRUSTING MOBIELE informatie gegevens over de staat van COMMUNICATIE onderdelen, modules, systemen of de omgeving: Het gebruik van mobiele • Bedrijfsomstandigheden van communicatie-apparatuur wordt steeds systeemcomponenten (bijvoorbeeld belangrijker op zowel zakelijk als vulpeilen). persoonlijk gebied.
Pagina 11
Inleiding Tijdens gebruik van de auto kunnen situaties voorkomen waarin deze technische gegevens met betrekking tot andere informatie (ongeluksrapportage, schade aan de auto, getuigenverklaringen enz.) kunnen worden gekoppeld aan een specifiek persoon (eventueel met de hulp van een expert). Via aanvullende functies die contractueel zijn overeengekomen met de klant (bijvoorbeeld de locatie van de auto in noodgevallen) kunnen bepaalde...
Pagina 14
In één oogopslag Zie Parkeerrem (bladzijde 120). Zie De motorkap openen en sluiten (bladzijde 153). Overzicht instrumentenpaneel Stuur links...
Pagina 15
In één oogopslag Stuur rechts Luchtroosters. Zie Ventilatieroosters (bladzijde 82). Richtingaanwijzers. Zie Richtingaanwijzers (bladzijde 55). Grootlicht. Zie Verlichtingsbediening (bladzijde 51). Instrumentengroep. Zie Meters (bladzijde 61). Zie Waarschuwings- en indicatielampen (bladzijde 62). Startknop. Zie Motor starten en stoppen (bladzijde 100). Ruitenwisserschakelaar. Zie Ruitenwissers en ruitensproeiers (bladzijde 48).
Veiligheidsuitrusting voor kinderen KINDERZITJES AANBRENGEN WAARSCHUWINGEN Verander op geen enkele wijze het kinderzitje. Neem tijdens het rijden geen kinderen op schoot. Laat kinderen niet zonder toezicht in uw auto achter. Is uw auto bij een aanrijding betrokken geweest, laat dan het kinderzitje door een erkende dealer controleren.
Pagina 20
Veiligheidsuitrusting voor kinderen Plaats kinderen met een lichaamsgewicht WAARSCHUWINGEN van minder dan 13 kilogram in een Wanneer u een kinderzitje op een achterwaarts gericht babyzitje (Groep 0+) achterbank gebruikt, zorg dan dat dat op de achterbank is bevestigd. het kinderzitje stevig tegen de stoel rust.
Pagina 21
Veiligheidsuitrusting voor kinderen Zitverhoger (groep 3) Het ISOFIX systeem bestaat uit twee stevige bevestigingsarmen aan het kinderzitje, die op de verankeringspunten op de buitenste zitplaatsen van de tweede zitrij tussen de rugleuning en de zitting worden bevestigd. Verankeringspunten aan de bovenzijde bevinden zich aan de achterzijde van de buitenste zitplaatsen.
Veiligheidsuitrusting voor kinderen Geleid de gordel naar het PLAATSING VAN verankeringspunt. KINDERZITJES WAARSCHUWINGEN Neem contact op met uw dealer voor de laatste informatie betreffende onze aanbevolen kinderzitjes. Extreem gevaar! Gebruik een naar achteren gericht kinderzitje niet op een stoel die beschermd wordt door een ervoor aangebrachte airbag! Wanneer een kinderzitje met steunpoot wordt gebruikt, dan moet...
Pagina 23
Veiligheidsuitrusting voor kinderen Gewichtsgroepen Stoelposities Tot 10 kg Tot 13 kg 9 - 18 kg 15 - 25 kg 22 - 36 kg Voorstoel aan passa- gierszijde, met airbag UF¹ UF¹ UF¹ Voorstoel aan passa- gierszijde, met airbag U¹ U¹ U¹...
Pagina 24
Veiligheidsuitrusting voor kinderen ISOFIX-kinderzitjes Gewichtsgroepen Stoelposities Naar achteren Naar voren gericht gericht Tot 13 kg 9 - 18 kg Voorstoel Maatklasse Niet uitgerust met ISOFIX Stoeltype Achterste zitplaats opzij, Maatklasse B, B1 ISOFIX Stoeltype IL, IUF Middelste zitplaats achter- Maatklasse Niet uitgerust met ISOFIX bank Stoeltype...
Veiligheidsuitrusting voor kinderen KINDERSLOTEN WAARSCHUWING Wanneer de kindersloten in werking zijn gesteld, kunnen de portieren niet van binnenuit worden geopend. Linkerzijde Draai linksom om te vergrendelen en rechtsom om te ontgrendelen. Rechterzijde Draai rechtsom om te vergrendelen en linksom om te ontgrendelen.
Veiligheidsgordels Trek de veiligheidsgordel gelijkmatig uit. VEILIGHEIDSGORDELS Deze kan blokkeren wanneer u hem te snel VASTMAKEN uittrekt of wanneer de auto op een helling staat. WAARSCHUWINGEN Druk op de rode toets om de Steek de slottong in het gordelslot veiligheidsgordel te ontgrendelen. Houd tot een zachte klik hoorbaar is.
Veiligheidsgordels HOOGTE VAN HERINNERING VEILIGHEIDSGORDELS VEILIGHEIDSGORDEL AFSTELLEN WAARSCHUWING WAARSCHUWING Het systeem biedt alleen bescherming als u de Plaats de hoogteverstelling van de veiligheidsgordel correct gebruikt. veiligheidsgordel zodanig dat de riem op het midden van uw schouder rust. Wordt de veiligheidsgordel niet correct De waarschuwingslamp brandt en een afgesteld, dan kan dit de effectiviteit van akoestisch waarschuwingssignaal...
Aanvullend veiligheidssysteem WERKING WAARSCHUWINGEN Doorboor de stoel niet met scherpe voorwerpen. Dit zou nadelige WAARSCHUWINGEN gevolgen voor het ontvouwen van de Extreem gevaar! Gebruik een naar airbags kunnen hebben en de airbags achteren gericht kinderzitje niet op kunnen beschadigen. Wanneer deze een stoel die beschermd wordt door waarschuwing niet wordt opgevolgd, kan een ervoor aangebrachte airbag! Wanneer...
Aanvullend veiligheidssysteem komt met het lichaam van de inzittenden, waardoor de voorwaartse beweging wordt opgevangen. Bij lichte frontale aanrijdingen, het over de kop slaan van de auto of bij aanrijdingen van achteren of opzij wordt de airbag niet geactiveerd. PASSAGIERSAIRBAG Uitschakelen Inschakelen De airbag treedt in werking bij zware...
Aanvullend veiligheidssysteem met het lichaam van de inzittende, ZIJ-AIRBAGS waardoor hij een kussen vormt tussen de knieën van de bestuurder en de WAARSCHUWING stuurkolom. Tijdens het over de kop slaan Gebruik uitsluitend stoelhoezen die van de auto, aanrijdingen van achteren en zijn ontworpen voor zij-airbags.
Sleutels en afstandsbediening ALGEMENE INFORMATIE AFSTANDSBEDIENING OVER RADIOFREQUENTIES U kunt maximaal acht afstandsbedieningen voor uw auto N.B.: Het uitvoeren van wijzigingen of programmeren. Dit geldt tevens voor modificaties zonder nadrukkelijke afstandsbedieningen die bij de auto zijn toestemming van de verantwoordelijke partij geleverd.
Pagina 32
Sleutels en afstandsbediening Ontgrendelfunctie opnieuw Steek een schroevendraaier zover programmeren mogelijk in de sleuf aan de zijkant van de afstandsbediening. Druk de N.B.: Wanneer u de ontgrendeltoets indrukt schroevendraaier in de richting van het worden alle portieren ontgrendeld of sleutelblad en verwijder dit. worden alleen het bestuurdersportier en de achterklep ontgrendeld.
Pagina 33
Sleutels en afstandsbediening N.B.: Raak de batterijcontacten of de 3. Draai de schroevendraaier in de printplaat niet met de schroevendraaier aan. afgebeelde richting om een begin te maken de twee huishelften van de 4. Verwijder de batterij voorzichtig met afstandsbediening van elkaar te de schroevendraaier.
Sleutels en afstandsbediening N.B.: Raak de batterijcontacten of de printplaat niet met de schroevendraaier aan. 5. Verwijder de batterij voorzichtig met de schroevendraaier. 6. Breng een nieuwe batterij (3V CR 2032) aan met de + naar beneden gekeerd. Zet de twee huishelften van de afstandsbediening op elkaar vast.
MyKey (If Equipped) Standaardinstellingen WERKING Deze instellingen kunnen niet worden Met MyKey kunt u sleutels programmeren gewijzigd met beperkte rijfuncties om goed rijgedrag • Waarschuwing veiligheidsgordel. Deze te stimuleren. U kunt deze beperkte kan niet worden uitgeschakeld en de functies activeren bij alle op de auto vijf-minutentimer loopt niet af.
MyKey (If Equipped) 5. Druk op de knop OK of de pijl naar MYKEY AANMAKEN rechts om een selectie te maken. Steek de sleutel die u wilt programmeren in het contactslot of, ALLE MYKEYS WISSEN indien uw voertuig over een sleutelloos startsysteem beschikt, houd de toets Alle geprogrammeerde MyKeys kunnen naast de stuurkolom ingedrukt.
MyKey (If Equipped) gebruikt. De enige manier om deze naar • #MYKEY(S): Geeft aan hoeveel nul terug te zetten, is door de sleutels beperkte sleutels bij de auto te resetten. Indien het aantal geprogrammeerd zijn. Kan ook worden kilometers lager is dan de laatste maal gebruikt om te detecteren dat een dat u gecontroleerd hebt, dan is het beperkte sleutel vervallen is.
Pagina 38
MyKey (If Equipped) Toestand Mogelijke oorzaken Geprogrammeerd totaal van beperkte Een onbekende sleutel is als beperkte sleutel sleutels omvat een extra sleutel. bij de auto geprogrammeerd. Geprogrammeerd totaal van beheerder- Een onbekende sleutel is als beheerdersleutel sleutels omvat één extra sleutel. bij de auto geprogrammeerd.
Sloten Ontgrendelfunctie opnieuw VERGRENDELEN EN programmeren ONTGRENDELEN U kunt de ontgrendelfunctie zodanig Afstandsbediening herprogrammeren met behulp van de afstandsbediening dat alleen het De afstandsbediening kan altijd worden bestuurdersportier wordt ontgrendeld. gebruikt wanneer niet met de auto wordt Daarmee is twee-fase ontgrendeling gereden.
Pagina 40
Sloten Portieren met portierhendels van Druk de toets tweemaal binnen binnenuit ontgrendelen. drie seconden in. U kunt afzonderlijke portieren ontgrendelen Automatisch opnieuw vergrendelen door aan de betreffende interieurportierhendel te trekken. Door aan De portieren worden automatisch opnieuw de interieurportierhendel aan vergrendeld wanneer u niet binnen 45 bestuurderszijde te trekken, worden alle seconden na het ontgrendelen met de...
Sloten Achterklep openen en sluiten N.B.: Als de portieren met deze methode ontgrendeld zijn, dan moeten de portieren Achterklep openen afzonderlijk vergrendeld worden tot de centrale vergrendeling is gerepareerd. N.B.: Als de centrale vergrendeling niet werkt, dan kunnen de portieren afzonderlijk met de sleutel in de afgebeelde positie worden vergrendeld.
Sloten Passieve sleutel SLEUTELLOZE TOEGANG Uw auto kan met de passieve sleutel Algemeen vergrendeld en ontgrendeld worden. U kunt de passieve sleutel als een WAARSCHUWING afstandsbedieninge gebruiken. Zie Het systeem werkt misschien niet Vergrendelen en ontgrendelen wanneer de sleutel zich dicht bij (bladzijde 37).
Pagina 43
Sloten De richtingaanwijzers knipperen tweemaal Alleen bestuurdersportier kort om te bevestigen dat alle portieren en ontgrendelen de achterklep vergrendeld zijn en het alarm Indien de ongrendelfunctie opnieuw is geactiveerd is. geprogrammeerd zodat alleen het bestuurdersportier en de achterklep Achterklep worden ontgrendeld. Zie N.B.: Als de passieve sleutel zich bij Afstandsbediening (bladzijde 29).
Pagina 44
Sloten Portieren met de sleutelbaard vergrendelen en ontgrendelen Verwijder voorzichtig het kapje. 2. Verwijder de sleutelbaard en steek hem in het slot. N.B.: Alleen de handgreep van het bestuurdersportier beschikt over een slotcilinder.
Beveiliging Indien u de motor niet met een correct PASSIEF gecodeerde sleutel kunt starten, en het ANTIDIEFSTALSYSTEEM bericht Immobiliser malfunction Service now (Storing in startblokkering, Werking bezoek uw dealer) in de display wordt weergegeven, wijst dit op een storing. Laat Het immobilisatiesysteem is een de startblokkering onmiddellijk controleren.
Pagina 46
Beveiliging Volledige en gereduceerde De sensors zijn een afschrikmiddel voor beveiliging indringers doordat ze elke beweging in uw auto met behulp van sensors registreren. Volledige beveiliging Sirene met afzonderlijke accu Volledige beveiliging is de standaard De sirene met afzonderlijke accu is een instelling.
Pagina 47
Beveiliging Perimeteralarm Volledige of gereduceerde beveiliging selecteren Schakel de alarminstallatie en het alarmsignaal uit door de portieren te N.B.: Door Gereduceerd te selecteren ontgrendelen en schakel het contact in, of wordt het alarmsysteem niet permanent in ontgrendel de portieren met de de gereduceerde beveiligingsmodus gezet.
Stuurwiel STUURWIEL AFSTELLEN WAARSCHUWING Verstel nooit het stuurwiel als uw auto in beweging is. N.B.: Controleer of u in de juiste positie zit. Zie De juiste zitpositie innemen (bladzijde 90). 3. Vergrendel het stuurkolom. AUDIOBEDIENING Selecteer de gewenste bron op de audio-unit.
Stuurwiel SNELHEIDSREGELING Volume lager (CRUISE CONTROL) Neerwaarts zoeken, vorige of gesprek aannemen Zoeken, volgende of vorige Druk de seek toets in om: • op het volgende of vorige radiostation af te stemmen • het volgende of vorige nummer af te spelen Houd de seek toets ingedrukt om: •...
Ruitenwissers en ruitensproeiers Intervalwissen VOORRUITWISSERS N.B.: Laat de voorruit volledig ontdooien voordat u de ruitenwissers inschakelt. N.B.: Controleer of de ruitenwissers zijn uitgeschakeld voordat u een wasstraat inrijdt. N.B.: Breng nieuwe ruitenwisserbladen aan zodra ze stroken water en strepen op de voorruit beginnen achter te laten.
Ruitenwissers en ruitensproeiers N.B.: Indien u de automatische verlichting Gebruik de draaiknop om de gevoeligheid in combinatie met de automatische van de regensensor af te stellen. Bij de wisfunctie inschakelt, wordt het dimlicht minimale automatische wisfunctie treden automatisch ingeschakeld wanneer de de ruitenwissers in werking wanneer de regensensor de continue wisfunctie van de sensor een grote hoeveelheid water op de...
Ruitenwissers en ruitensproeiers ACHTERRUITWISSERS EN - SPROEIERS Intervalwissen Trek de hendel naar u toe om de ruitensproeiers te bedienen. Deze werken maximaal 10 seconden. Na het loslaten van de hendel blijft de ruitenwisser nog kortstondig in werking. Trek de hendel naar u toe. Wissen tijdens achteruitrijden De achterruitwisser wordt automatisch ingeschakeld wanneer de achteruit wordt...
Verlichting ALGEMENE INFORMATIE VERLICHTINGSBEDIENING Condensvorming in lampen Standen van de lichtschakelaar Lampen van de buitenverlichting hebben ontluchtingsopeningen ten behoeve van normale wijzigingen in de luchtdruk Condensvorming kan een natuurlijke bijkomstigheid van deze constructie zijn. Wanneer vochtige lucht via de ontluchtingsopeningen in de lampeenheid binnendringt, bestaat de mogelijkheid dat condensvorming optreedt wanneer de temperatuur laag is.
Verlichting Grootlicht De koplampen blijven branden gedurende een bepaalde periode nadat het contact is afgezet. De tijdvertraging kan worden afgesteld met behulp van de bedieningselementen van de informatiedisplay. Zie Infodisplays (bladzijde 66). N.B.: Onder slechte weersomstandigheden kan het nodig zijn uw koplampen handmatig in te schakelen.
Verlichting UITSCHAKELVERTRAGING VOORSTE MISTLAMPEN KOPLAMPEN Nadat u het contact uitschakelt, kunt u de koplampen inschakelen door de richtingaanwijzer naar u toe te trekken. Er klinkt kort een signaal. Bij een geopende deur gaan de koplampen automatisch na drie minuten uit, of 30 seconden nadat de laatste deur is gesloten.
Verlichting KOPLAMPHOOGTE AFSTELLEN N.B.: Auto's met Xenon lampen zijn uitgerust met automatische koplampafstelling. Hoge stand van de koplamplichtbundels Lage stand van de koplamplichtbundels U kunt de hoogte van de koplamplichtbundels aanpassen aan de belading van uw auto. Aanbevolen schakelaarposities koplampafstelling Belading Gewicht in bagage- Schakelaarstand...
Verlichting Wanneer u de schakelaar in stand B zet, RICHTINGAANWIJZERS gaat de instapverlichting branden wanneer u een portier of de achterklep ontgrendelt of opent. Wanneer u het contact uitschakelt, gaat de instapverlichting korte tijd later automatisch uit om te voorkomen dat de accu leegraakt.
Ruiten en spiegels Ruiten volledig sluiten met één ELEKTRISCH BEDIENBARE druk op de knop (If Equipped) RUITEN Til de schakelaar volledig op en laat deze WAARSCHUWINGEN weer los. Druk de schakelaar opnieuw in of trek deze omhoog om de ruit te stoppen. Laat kinderen niet zonder toezicht in uw auto achter en laat hen niet met Achterruitvergrendeling...
Ruiten en spiegels Ga als volgt te werk om deze 8. Reset de procedure en herhaal deze beveiligingsvoorziening te omzeilen indien de ruit niet automatisch sluit. wanneer weerstand voelbaar is, bijv. in de Accessoiresvertraging winter: (If Equipped) Sluit de ruit twee maal totdat deze het U kunt de ruitbedieningsschakelaars nog weerstandspunt bereikt en laat de ruit enkele minuten lang gebruiken nadat u het...
Ruiten en spiegels Elektrisch inklapbare Druk op de pijl omlaag om de spiegels in buitenspiegels of uit te klappen. Wanneer u nogmaals op de schakelaar Automatisch in- en uitklappen drukt terwijl de spiegels in beweging zijn, stoppen deze en wordt de richting van N.B.: Indien de spiegels zijn ingeklapt met verplaatsing omgekeerd.
Ruiten en spiegels Binnenspiegel met automatische Integraal openen anti-verblindingsstand (If Equipped) N.B.: Blokkeer de sensoren aan de voor- en achterzijde van de spiegel niet. De werking van de spiegel kan hierdoor worden beïnvloed. Een passagier of een verhoogde hoofdsteun op de middenstoel achterin kan het licht naar de sensor ook belemmeren.
Pagina 62
Ruiten en spiegels N.B.: Het integraal sluiten kan worden ingeschakeld met behulp van de handgreep op het bestuurdersportier. Integraal openen en sluiten kan ook worden ingeschakeld met de toetsen op de passieve sleutel. Om alle ruiten te sluiten houd u de handgreep op het bestuurdersportier tenminste twee seconden lang ingedrukt.
Instrumentenpaneel METERS Toerenteller Informatiedisplay en koelvloeistoftemperatuurmeter Snelheidsmeter Brandstofmeter Terugsteltoets dagteller Brandstofmeter Motorkoelvloeistoftempe- ratuurmeter Schakel het contact in. De brandstofmeter geeft aan hoe veel brandstof er ongeveer in de brandstoftank resteert. De brandstofmeter kan licht afwijken wanneer uw auto op een helling rijdt. De pijl naast het brandstofpompsymbool geeft aan, aan welke zijde van uw auto zich de brandstofvulklep bevindt.
Instrumentenpaneel WAARSCHUWINGS- EN WAARSCHUWING INDICATIELAMPEN Rijden met uw auto terwijl de waarschuwingslamp is ingeschakeld, De volgende waarschuwings- en is gevaarlijk. Een aanzienlijke controlelampen waarschuwen u voor een vermindering van de remprestaties kan dan voertuigconditie die ernstig zou kunnen optreden. Het duurt langer voordat u de worden.
Pagina 65
Instrumentenpaneel Waarschuwingslamp Alle auto's motorkoelvloeistoftemperatuur Indien een van deze lampjes bij draaiende motor gaat branden, dan wijst dit op een WAARSCHUWING storing. De motor blijft draaien maar levert Hervat uw reis niet wanneer het wellicht minder vermogen. Wanneer deze controlelampje gaat branden terwijl tijdens het rijden knippert, minder dan het peil correct is.
Pagina 66
Instrumentenpaneel Waarschuwingslamp Vorst Informatiecontrolelampje De controlelamp gaat branden WAARSCHUWING wanneer een nieuw bericht is Zelfs wanneer de temperatuur tot opgeslagen in de boven 4ºC stijgt, is dit nog geen informatiedisplay. Zie Infoberichten garantie dat de weg vrij is van (bladzijde 71). gevaren die door plotselinge weersveranderingen kunnen ontstaan.
Instrumentenpaneel Controlelamp stabiliteitsregeling Koplampen ingeschakeld De lamp knippert tijdens het Weerklinkt als u de sleutel uit het contact rijden wanneer het systeem verwijderd en het bestuurdersportier opent, werkt. Indien dit lampje na het terwijl de koplampen of de inschakelen van het contact niet brandt of parkeerverlichting ingeschakeld zijn.
Infodisplays Bedieningstoetsen ALGEMENE INFORMATIE informatiedisplay WAARSCHUWING Afleiding tijdens het rijden kan leiden tot verlies van de controle over de auto, ongelukken en letsel. We adviseren zeer voorzichtig te werk te gaan bij het gebruik van apparatuur of functies die uw aandacht van de weg kunnen afleiden.
Pagina 69
Infodisplays SYNC-Telefoon Nummer kiezen Opnieuw kiezen Telefoonboek Oproeplijsten Snelkeuze BT-apparaten Tel.instellingen Menu Ford EcoMode SYNC-Instelling. Bluetooth aan Standaard inst. Volledige reset Install. in SYNC Systeeminfo. Spraakinstell. SYNC-Applicaties Navigatie Routeopties Kaartweergave Hulpfuncties Pers. gegevens Alle instellingen resetten Audio Adaptief volume Klank...
Pagina 70
Infodisplays Menu DSP-instelling DSP-equalizer Verkeer Nieuwsbericht Alt. frequentie RDS regionaal DAB-servicelink Bluetooth Auto Tractiecontrole Active City Stop Bandenspanningcontr. Hill start assist Parkeerslot Alarmsysteem Rain sensor El. inklapb. spiegel Richtingaanwijzer Sfeerverlichting Signaaltonen Klok Automat. (GPS) Tijd Datum Tijdzone Zomertijd 24-uurs Display Meeteenheid...
Infodisplays Menu Taal Dimmen MyKey maak MyKey Tractiecontrole Active City Stop Snelh.beperking Snelh.waarsch. Volumebegrenz. Informatie wist alle MyKeys MyKey actief Informatie System Check TRIPCOMPUTER Indien van toepassing worden eerst alle actieve waarschuwingen weergegeven. Het menu System Check kan afwijken op basis van uitrustingsopties en actuele voertuigstatus.
Infodisplays Dagteller Gemiddelde snelheid Registreert de gereden afstand Geeft de berekende gemiddelde van de afzonderlijke ritten. snelheid aan vanaf het moment dat de functie op nul werd teruggesteld. Kilometerteller Resterende afstand tot tank leeg is Registreert de totale afstand die Geeft bij benadering de afstand met uw auto gereden is.
Infodisplays Druk op de toets OK om te bevestigen en INFOBERICHTEN om enkele berichten van de informatiedisplay te verwijderen. Andere N.B.: Niet alle berichten worden berichten worden na korte tijd automatisch weergegeven of zijn beschikbaar, afhankelijk verwijderd. van de opties waarmee de auto is uitgerust. Afhankelijk van het type Bepaalde berichten moeten worden instrumentenpaneel kunnen bepaalde...
Pagina 74
Infodisplays Alarm Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Alarm afgegaan oranje Zie Beveiliging (bladzijde 43). Check voertuig Interieurbeveiliging oranje Zie Beveiliging (bladzijde 43). gedeactiveerd Alarmsysteem Laat uw auto zo snel mogelijk door een Storing erkende dealer controleren. Onderhoud zsm Deuren open Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling...
Pagina 75
Infodisplays Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Portier passagier oranje Auto is niet in beweging. Sluiten. open Zijportier achter passagier oranje Auto is niet in beweging. Sluiten. open Bagageruimte oranje Auto is niet in beweging. Sluiten. open Auto is niet in beweging. Sluiten. Zie De Motorkap oranje motorkap openen en sluiten (bladzijde...
Pagina 76
Infodisplays Sleutelloze toegang Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Sleutel oranje Zie Sleutelloze toegang (bladzijde 40). niet herkend Sleutel oranje Zie Sleutelloze toegang (bladzijde 40). buiten auto Sleutel - batterij bijna leeg oranje Zie Afstandsbediening (bladzijde 29). Vervang batterij Contact uit oranje Zie Sleutelloos starten (bladzijde 100).
Pagina 77
Infodisplays Onderhoud Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Remvloeistof Zie Controle vloeistofpeil koppeling en laag peil rood remsysteem (bladzijde 162). Service nu Remsysteem Laat uw auto zo snel mogelijk door een Storing rood erkende dealer controleren. Veilig stoppen Motorolie druk laag rood Zie Motorolie controleren (bladzijde 161).
Pagina 78
Infodisplays Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Wordt weergeven bij het starten van uw MyKey auto en wanneer MyKey wordt gebruikt en Snelheidsbegrenz. de MyKey snelheidsbegrenzing ingescha- tot XX km/h keld is. MyKey Wordt weergegeven wanneer MyKey actief Controleer snelheid Veilig rijden MyKey Wordt weergegeven wanneer een MyKey...
Pagina 79
Infodisplays Stabiliteitsregeling Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Tractiecontrole Zie Gebruik maken van stabiliteitsrege- oranje ling (bladzijde 122). Zie Gebruik maken van stabiliteitsrege- Sport mode oranje ling (bladzijde 122). Electronische Zie Gebruik maken van stabiliteitsrege- stabiliteitscontrole oranje ling (bladzijde 122). Laat uw auto zo snel mogelijk door een Storing oranje...
Pagina 80
Infodisplays Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Koppeling indrukken Zie Motor starten en stoppen (bladzijde om te starten 100). Rem en Zie Motor starten en stoppen (bladzijde koppeling indrukken 100). om te starten Tijdoverschrijding Zie Motor starten en stoppen (bladzijde motorstart 100).
Pagina 81
Infodisplays Stuurinrichting Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Stuurbekrachtiging Laat uw auto zo snel mogelijk door een Storing rood erkende dealer controleren. Service nu Stuurslot Stop uw auto op een veilige plek. Laat uw Storing rood auto zo snel mogelijk door een erkende Veilig stoppen dealer controleren.
Pagina 82
Infodisplays Transmissie Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Transmissie Laat uw auto door een erkende dealer Storing rood controleren. Service nu De transmissie raakt oververhit en moet afkoelen. Breng de auto tot stilstand zodra Transmissie dit veilig kan. Zet de keuzehendel van de oververhit rood transmissie in stand N of P en schakel de...
Pagina 83
Infodisplays Berichtenindi- Bericht Te verrichten handeling cator Rem indrukken Zie Automatische transmissie (bladzijde om keuzehendel 115). Zie Motor starten en stoppen te ontgrendelen (bladzijde 100). Zie Automatische transmissie (bladzijde Keuzehendel 115). Zie Motor starten en stoppen ontgrendeld (bladzijde 100). Zie Automatische transmissie (bladzijde Versnelling niet 115).
Klimaatregeling Algemene informatie over de WERKING klimaatregeling in het interieur Buitenlucht Sluit alle ruiten. Houd de luchtinlaten voor de voorruit vrij Het interieur verwarmen van belemmeringen (sneeuw, bladeren, enz.) zodat het klimaatregelsysteem Laat de lucht naar de beenruimten effectief kan werken. stromen.
Klimaatregeling HANDMATIGE KLIMAATREGELING Aanjagersnelheid: Regelt de hoeveelheid lucht die in de auto circuleert. Draai deze knop om de gewenste snelheid te selecteren of de aanjager uit te schakelen. Als u de aanjager uitschakelt, kan de voorruit beslaan. Luchtrecirculatie: Druk op de toets om te kiezen tussen toevoer van buitenlucht en gerecirculeerde lucht.
Klimaatregeling AUTOMATISCHE KLIMAATREGELING Aanjagersnelheid: Regelt de hoeveelheid lucht die in de auto circuleert. Draai de knop voor de gewenste aanjagersnelheid. De instelling wordt op het display weergegeven. Dashboard: Druk op de toets om de lucht via de luchtroosters in het dashboard te verdelen.
Klimaatregeling Luchtrecirculatie: Druk op de toets om te kiezen tussen toevoer van buitenlucht en gerecirculeerde lucht. De lucht in het passagierscompartiment wordt gerecirculeerd. Hierdoor kan het koelen van het interieur minder lang duren en kunnen ongewenste geuren van buiten verminderd worden. Off knop: Druk op de knop om het systeem uit te schakelen.
Pagina 88
Klimaatregeling Handbediende klimaatregeling N.B.: Wanneer AUTO geselecteerd is bij een lage omgevingstemperatuur, wordt de N.B.: Om het beslaan van de voorruit tijdens luchtstroom naar de voorruit en zijruiten vochtig weer te voorkomen, moet de geleid zolang de motor nog koud is. luchtverdeling worden ingesteld op lucht N.B.: Wanneer het systeem uitgeschakeld via de luchtroosters bij de voorruit.
Pagina 89
Klimaatregeling Aanbevolen instellingen voor verwarmen Auto's met handbediende klimaatrege- Auto's met automatische klimaatrege- ling ling Stel de aanjagersnelheid op de tweede Druk op de toets AUTO. stand in. Stel de temperatuurregeling op de Stel de temperatuurregeling op de middelste stand van de instellingen voor gewenste stand in.
Klimaatregeling Auto staat langere tijd stil bij extreem hoge omgevingstemperatuur Auto's met handbediende klimaatrege- Auto's met automatische klimaatrege- ling ling Schakel de parkeerrem in. Schakel de parkeerrem in. Zet de keuzehendel van de transmissie Zet de keuzehendel van de transmissie in stand P of neutraal.
Pagina 91
Klimaatregeling Verwarmde voorruit Verwarmde achterruit Verwarmde buitenspiegels In de elektrisch bedienbare buitenspiegels is een verwarmingselement gemonteerd dat het spiegelglas ontdooit of ontwasemt. Wanneer u de achterruitverwarming inschakelt, worden deze elementen automatisch ingeschakeld.
Stoelen Er wordt aangeraden de volgende DE JUISTE ZITPOSITIE richtlijnen in acht te nemen: INNEMEN • Ga rechtop zitten met de onderzijde van uw rug zover mogelijk naar WAARSCHUWINGEN achteren. Kantel de rugleuning niet te ver • Kantel de rugleuning van de stoel niet achterover, want dit kan ertoe leiden meer dan 30 graden achterover.
Stoelen De hoofdsteunen verwijderen Hoofdsteun midden achterbank Hoofdsteun voor Druk de borgknoppen in en verwijder de hoofdsteun. HANDMATIG VERSTELBARE Druk de vergrendelknop in en houd STOELEN - 3-DEURS deze ingedrukt. 2. Maak de bevestigingsklem m.b.v. een WAARSCHUWINGEN geschikt werktuig los. Verstel de bestuurdersstoel niet Hoofdsteun buitenzijde achterbank tijdens het rijden.
Pagina 94
Stoelen De stoel naar achteren en naar voren bewegen WAARSCHUWING Beweeg de stoel naar voren en naar achteren nadat u de hendel hebt losgelaten om te controleren of de stoel goed is vergrendeld. Een stoel die niet volledig in zijn vergrendeling grijpt, kan zich verplaatsen wanneer uw auto rijdt.
Stoelen Hoogte van de bestuurdersstoel verstellen Duw tegen de rugleuning om de Kantelhoek afstellen gekantelde stoel naar de eindaanslag (geheugenpositie) of de gewenste zitpositie te schuiven. 2. Zet de rugleuning rechtop. Lendensteun afstellen HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN - 5-DEURS WAARSCHUWING Verstel de bestuurdersstoel niet tijdens het rijden.
Pagina 96
Stoelen De stoel naar achteren en naar Lendensteun afstellen voren bewegen WAARSCHUWING Beweeg de stoel naar voren en naar achteren nadat u de hendel hebt losgelaten om te controleren of de stoel goed is vergrendeld. Een stoel die niet volledig in zijn vergrendeling grijpt, kan zich verplaatsen wanneer uw auto rijdt.
Stoelen Kantelhoek afstellen 2. Druk de rugleuning naar voren. N.B.: Probeer niet het zitkussen van de achterban naar voren te klappen. N.B.: Schuif de hoofdsteunen naar beneden. Zie Hoofdsteunen (bladzijde 90). Rugleuning omhoog klappen WAARSCHUWINGEN Bij het omhoog klappen van de rugleuningen van de achterbank dient u ervoor te zorgen dat de veiligheidsgordels zichtbaar zijn voor de...
Pagina 98
Stoelen Doe het volgende niet! • Zware voorwerpen op de stoel plaatsen. • De stoelverwarming inschakelen indien water of een andere vloeistof op de stoel gemorst is. Laat de stoel grondig drogen. • De stoelverwarming inschakelen terwijl de motor niet loopt. Daardoor zou de accu ontladen kunnen raken.
30 minuten. N.B.: Gebruik het voedingspunt niet voor N.B.: Gebruik alleen Ford stekkers of het gebruiken van een sigarettenaansteker. stekkers die geschikt zijn voor gebruik in SAE N.B.: Incorrect gebruik van het gestandaardiseerde aansluitingen.
Pagina 100
Extra voedingsaansluitingen Druk het verwarmingselement in om de aansteker te laten gloeien. Hij springt automatisch in de oorspronkelijke stand terug.
Motor starten en stoppen ALGEMENE INFORMATIE CONTACTSLOT Als u de accu loskoppelt, kan uw voertuig nog ca. 8 kilometer ongebruikelijke rijeigenschappen vertonen nadat u de accu weer heeft aangesloten. Dit komt omdat het motormanagementsysteem opnieuw met de motor moet worden uitgelijnd. U kunt eventuele ongebruikelijke rijeigenschappen in deze periode negeren.
Pagina 103
Motor starten en stoppen N.B.: Het contact wordt automatisch Zet de keuzehendel in stand "P" of "N". uitgeschakeld wanneer u de auto onbeheerd 2. Druk het rempedaal volledig in. achterlaat. Dit is om te voorkomen dat de 3. Druk de toets kortstondig in. voertuigaccu leegraakt.
Motor starten en stoppen Handgeschakelde versnellingsbak 2. Beweeg de keuzehendel van de transmissie naar de stand N en gebruik N.B.: Door tijdens het starten het de remmen om de auto veilig te koppelingspedaal op te laten komen, wordt stoppen. de startmotor uitgeschakeld maar blijft het 3.
Motor starten en stoppen Auto's met handgeschakelde Levert het starten bij temperaturen lager versnellingsbak dan -25 °C problemen op, druk het gaspedaal dan tot het middenpunt van de Schakel het contact in of trap het pedaalslag in en probeer het opnieuw. koppelingspedaal in.
Motor starten en stoppen Motor slaat niet aan Auto's met automatische transmissie N.B.: Druk het gaspedaal niet in. Auto's met handgeschakelde versnellingsbak N.B.: Door tijdens het starten het rempedaal op te laten komen, wordt de Als de motor niet start wanneer het startmotor uitgeschakeld maar blijft het koppelingspedaal volledig is ingetrapt en contact aan.
Motor starten en stoppen Regeneratie U dient af en toe ritten te maken onder de volgende omstandigheden ter WAARSCHUWINGEN ondersteuning van de regeneratieprocedure: Laat de motor niet stationair draaien of parkeer de auto niet op droge • Rijd minimaal 20 minuten met de auto bladeren, droog gras of ander onder gunstige omstandigheden (hoge brandbaar materiaal.
Unieke rijeigenschappen N.B.: De start/stop-indicatielamp brandt START/STOP KNOP groen wanneer de motor wordt uitgeschakeld. Zie Waarschuwings- en N.B.: Voor auto's met start/stop-schakelaar indicatielampen (bladzijde 62). verschillen de accuvereisten. De accu moet worden vervangen door een accu met exact dezelfde specificatie als de originele. Het systeem verlaagt het brandstofverbruik en de CO2-emissies N.B.: Wanneer de start/stop-indicatielamp...
Pagina 109
Unieke rijeigenschappen • Weinig vacuüm in remsysteem. • Als een snelheid van 5 km/u niet is overschreden. • De veiligheidsgordel van de bestuurdersstoel is niet vastgemaakt. Motor opnieuw starten N.B.: De keuzehendel van de transmissie moet in neutraal staan. Druk het koppelingspedaal in. Het systeem kan de motor onder bepaalde omstandigheden weer starten, bijvoorbeeld:...
Brandstof en tanken • Autobrandstoffen kunnen schadelijk VEILIGHEIDSMAATREGELEN of fataal zijn indien deze worden ingeslikt. Brandstof zoals benzine is WAARSCHUWINGEN zeer giftig en kan bij inslikken resulteren Tank de brandstoftank niet te vol. De in permanent of dodelijk letsel. Als druk in een overvolle tank kan brandstof wordt ingeslikt, roep dan lekkage veroorzaken en leiden tot het...
Brandstof en tanken veroorzaken. Bij gevoelige personen BRANDSTOFKWALITEIT - kan dit leiden tot ernstig letsel of ziekte. DIESEL Als er brandstof op de huid terecht komt, was deze dan grondig met water WAARSCHUWINGEN en zeep. Neem direct contact op met een arts als u bijwerkingen ondervindt.
Brandstof en tanken • Het contact moet na het tanken Gebruik tijdens het vullen van de wellicht enkele malen van OFF naar brandstoftank met behulp van een ON worden gedraaid, zodat het draagbaar brandstofreservoir de bij de auto brandstofsysteem de brandstof van de geleverde trechter.
Brandstof en tanken WAARSCHUWINGEN WAARSCHUWINGEN Schakel de startmotor niet langdurig Stop met tanken nadat het achtereen in. vulpistool voor de tweede keer is afgeslagen. Alle brandstof die u dan Laat de motor niet met een nog toevoegt vult de expansieruimte in de losgekoppelde bougiekabel draaien.
Brandstof en tanken 4. Bedien het vulpistool binnen de getoonde gebieden. N.B.: Na het plaatsen van een vulpistool met de correcte afmeting wordt een veerbelaste blokkering geopend. Hierdoor wordt voorkomen dat onjuiste brandstof wordt getankt. 2. Breng het vulpistool tot en met de eerste nok op het vulpistool A in.
Pagina 115
Brandstof en tanken De CO2 waarden en de De resultaten zijn het meest nauwkeurig brandstofverbruikcijfers zijn afgeleid van wanneer de vulmethode consistent is. laboratoriumtests volgens Richtlijn (EEC) Brandstofverbruik berekenen 715/2007 en aanvullingen daarop. Deze richtlijnen worden door alle Meet het brandstofverbruik niet gedurende automobielfabrikanten aangehouden.
Versnellingsbak/transmissie N.B.: Het systeem voert een reeks controles HANDGESCHAKELDE uit wanneer u het contact uitschakelt. Er kan VERSNELLINGSBAK een zacht klikkend geluid hoorbaar zijn. Dit is normaal. De achteruit inschakelen Standen keuzehendel Schakel de achteruit niet in wanneer de auto in beweging is. Dit kan inwendige schade aan de versnellingsbak veroorzaken.
Pagina 118
Versnellingsbak/transmissie P (Park) D (Drive) N.B.: Het schakelen vindt alleen plaats bij WAARSCHUWINGEN bepaalde rijsnelheden en motortoerentallen. Zet de keuzehendel van de transmissie alleen in de parkeerstand N.B.: U kunt de actueel geselecteerde bij stilstaande auto. versnelling tijdelijk uitschakelen m.b.v. de knoppen + en -.
Pagina 119
Versnellingsbak/transmissie Er worden mogelijk versnellingen N.B.: Beweeg de auto niet langer dan 1 overgeslagen wanneer er herhaaldelijk minuut heen en weer, omdat anders de binnen korte intervallen op de knoppen transmissie en de banden beschadigd wordt gedrukt. kunnen raken of de motor oververhit kan raken.
Versnellingsbak/transmissie 3. Verwijder het zijpaneel van de WAARSCHUWINGEN middenconsole. Als het toerental van de motor overmatig wordt verhoogd of een functiestoring wordt geregistreerd, wordt het systeem gedeactiveerd. Het systeem maakt het eenvoudiger op te trekken wanneer uw auto op een helling staat zonder dat het noodzakelijk is gebruik te maken van de parkeerrem.
Pagina 121
Versnellingsbak/transmissie Het systeem in- en uitschakelen N.B.: Het systeem kan allen in- en uitgeschakeld worden voor handgeschakelde versnellingsbakken. N.B.: Wanneer u het systeem uitgeschakeld heeft, blijft dit uitgeschakeld tot u het weer inschakelt. Uw auto wordt geleverd met ingeschakeld systeem. U kunt deze functie desgewenst uitschakelen: Zie Algemene informatie (bladzijde 66).
Remmen ALGEMENE INFORMATIE TIPS VOOR RIJDEN MET ABS N.B.: Wanneer het systeem in werking is, WAARSCHUWING pulseert het rempedaal en legt wellicht een Het systeem is niet bedoeld om de langere weg af. Blijf het rempedaal bestuurder te ontheffen van zijn indrukken.
Pagina 123
Remmen N.B.: Als de auto wordt geparkeerd op een helling en naar beneden wijst, selecteer dan de achteruitversnelling en draai het stuur richting de stoeprand. Alle auto's N.B.: Druk de ontgrendelknop tijdens het aantrekken niet in. De handrem inschakelen: Druk het rempedaal krachtig in. 2.
Stabiliteitsregeling Waarschuwingslamp WERKING stabiliteitsregeling Elektronisch De lamp knippert tijdens het rijden stabiliteitsprogramma wanneer het systeem werkt. Zie Waarschuwings- en indicatielampen WAARSCHUWING (bladzijde 62). Het systeem is niet bedoeld om de bestuurder te ontheffen van zijn GEBRUIK MAKEN VAN plicht om tijdens het rijden STABILITEITSREGELING voorzichtig en oplettend te zijn.
Parkeerhulp N.B.: Houd de sensoren vrij van vuil, ijs en WERKING sneeuw. Reinig de sensoren niet met scherpe voorwerpen. WAARSCHUWINGEN N.B.: Wanneer het systeem een signaal Het systeem is niet bedoeld om de registreert dat op dezelfde frequentie wordt bestuurder te ontheffen van zijn uitgezonden als de sensoren gebruiken, of plicht om tijdens het rijden wanneer de auto maximaal is beladen, kan...
Pagina 126
Parkeerhulp Sensorsysteem achter WAARSCHUWINGEN Het systeem is niet ontworpen om De sensors achter zijn alleen actief als de contact met kleine of bewegende keuzehendel van de transmissie in de stand voorwerpen te voorkomen. Het R (achteruit) staat. Met het dichter systeem is een hulpmiddel dat is naderen van het obstakel, neemt het ontworpen om de bestuurder te...
Pagina 127
Parkeerhulp Het systeem detecteert bepaalde voorwerpen als de keuzehendel van de transmissie in de stand R (achteruit) staat: • wanneer de auto naar een stilstaand voorwerp toe beweegt met een snelheid van 5 km/u of minder • wanneer de auto niet beweegt, maar een bewegend voorwerp de achterzijde van de auto nadert met een snelheid van 5 km/u of minder...
Parkeerhulp • Een afwisselend akoestisch waarschuwingssignaal vanaf de voor- en achterzijde weerklinkt indien er zich voorwerpen vlakbij beide bumpers bevinden op een afstand van minder dan 30 centimeter. • Indien een stilstaand of terugtrekkend voorwerp op een afstand groter dan 30 centimeter van de zijkant van de auto wordt ontdekt, weerklinken de akoestische waarschuwingssignalen...
Pagina 129
Parkeerhulp Display gebruiken WAARSCHUWINGEN Obstakels boven de camera worden niet weergegeven. Controleer indien nodig het gebied achter de auto. Markeringen worden alleen gebruikt als algemene richtlijn en worden berekend voor auto's met een maximale belading op een egaal wegdek. De lijnen duiden de afstand van de buitenrand van de voorband plus 51 millimeter tot de achterbumper aan.
Pagina 130
Parkeerhulp N.B.: De groene lijn wordt verlengd van 0,9 meter tot een afstand van 3,2 meter. N.B.: Wanneer er met een aanhanger achteruit wordt gereden, dan worden de lijnen niet op het scherm getoond. De camera geeft de rijrichting van uw auto weer, en niet die van de aanhanger.
Snelheidsregeling (Cruise Control) WERKING WAARSCHUWING Het systeem is niet bedoeld om de bestuurder te ontheffen van zijn plicht om tijdens het rijden voorzichtig en oplettend te zijn. Met de snelheidsregeling (cruise control) kunt u met behulp van de schakelaars op het stuurwiel de rijsnelheid instellen.
Pagina 132
Snelheidsregeling (Cruise Control) Ingestelde snelheid annuleren Druk op de CAN toets en laat deze los, of druk het rempedaal in. De ingestelde snelheid wordt niet gewist. Ingestelde snelheid hervatten Druk op de RES toets en laat deze los. Cruise control uitschakelen N.B.: U wist de ingestelde snelheid indien u het systeem uitschakelt.
Rijhulpmiddelen ACTIVE CITY STOP WAARSCHUWINGEN Indien uw auto is uitgerust met een Algemene informatie niet door ons goedgekeurde voorruit, dan is het mogelijk dat het systeem WAARSCHUWINGEN niet naar behoren werkt. Het systeem is niet bedoeld om de Als de motor stopt nadat het bestuurder te ontheffen van zijn systeem is ingeschakeld, dan worden plicht om tijdens het rijden...
Pagina 134
Rijhulpmiddelen Active City Stop gebruiken U moet harder dan 50 km/u in een rechte lijn met de auto rijden om de procedure te Het systeem uit- en inschakelen voltooien. Dit kan enkele minuten duren. N.B.: Het systeem wordt automatisch Informatie lasersensor ingeschakeld wanneer u het contact inschakelt.
Transport De laadvloer kan in de hoge of lage stand ALGEMENE INFORMATIE worden gebracht op steunen aan de achterzijde van de bagageruimtebekleding. WAARSCHUWINGEN Gebruik bevestigingsriemen die voldoen aan een norm, bijv. DIN. Zorg ervoor dat alle losse voorwerpen goed zijn vastgezet. Plaats bagage en ander voorwerpen zo laag mogelijk en zo ver mogelijk naar voren in de bagageruimte of de...
Aanhangers trekken Steile hellingen TREKKEN VAN EEN AANHANGER WAARSCHUWING Het anti-blokkeerremsysteem stuurt WAARSCHUWINGEN de oplooprem van de aanhanger niet Rijd niet harder dan 100 km/u. aan. De bandenspanningen moeten Schakel een versnelling terug voordat u worden vermeerderd met 3 psi (0,2 een steile afdaling bereikt.
Pagina 137
Aanhangers trekken Een 13-pens stekkerdoos en het bevestigingspunt voor de trekhaakkogel bevinden zich onder de achterbumper. Draai de stekkerdoos 90 graden tot hij in zijn eindstand wordt vergrendeld. Mechanisme van trekhaakkogel ontgrendelen Verwijder de beschermkap. 2. Breng de sleutel aan en draai hem N.B.: Verwijder de dop.
Pagina 138
Aanhangers trekken N.B.: Koppel de aanhanger af. Verwijder de beschermkap. Schuif de kap op de sleutel. Breng de sleutel aan en draai hem linksom. 2. Houd de trekhaakkogel vast. Trek de draaiknop naar buiten en draai hem rechtsom totdat hij klikt. 3.
Aanhangers trekken Onderhoud WAARSCHUWING Verwijder voordat u uw auto met een hogedrukreiniger reinigt de afneembare trekhaakkogel en sluit de opening met de dop af. Houd het systeem schoon. Smeer de lagerpunten, glij-oppervlakken en vergrendelingskogels met harsvrij vet of olie. Smeer het slot met grafiet. In geval van verlies kunnen vervangingssleutels onder vermelding van het nummer op de slotcilinder.
Aanhangers trekken Sleepoog achter Auto's met automatische transmissie WAARSCHUWINGEN Wanneer uw auto met snelheden boven 20 km/uur en over afstanden van meer dan 20 kilometer moet worden gesleept, moet deze worden vervoerd met alle vier de wielen vrij van het wegdek.
Tips voor het rijden INRIJDEN WAARSCHUWINGEN De motor kan beschadigd raken als Banden water het luchtfilter binnendringt. WAARSCHUWING IN noodsituaties kan de auto met Nieuwe banden hebben een maximumsnelheid van 10 km/u door water inlooptijd van ongeveer 500 met een maximale diepte van 200 mm kilometer.
Pagina 142
Tips voor het rijden WAARSCHUWINGEN WAARSCHUWINGEN Gebruik uitsluitend vloermatten die Zorg ervoor dat geen voorwerpen in zijn ontworpen om te passen in de de voetruimte van de bestuurder voetruimte van uw auto. Gebruik kunnen vallen terwijl de auto rijdt. uitsluitend vloermatten die het gebied Losse voorwerpen kunnen onder de rondom de pedalen vrijlaten.
Wat te doen bij pech WAARSCHUWINGSKNIP- WAARSCHUWINGEN Verbind alleen accu's met dezelfde PERLICHTEN nominale spanning met elkaar. Gebruik altijd hulpstartkabels met geïsoleerde klemmen en een voldoende dikke kern. De knop voor alarmknipperlichten is aangebracht op het instrumentenpaneel. N.B.: Koppel de accu niet los van het Gebruik de knop wanneer uw auto een elektrische systeem van uw auto.
Pagina 144
Wat te doen bij pech 2. Schakel het contact van beide auto's WAARSCHUWING uit en schakel alle stroomverbruikers Schakel de koplampen tijdens het uit. loskoppelen van de hulpstartkabels 3. Verbind de pluspool (+) van auto B niet in. Door de spanningspiek met de pluspool (+) van auto A (kabel kunnen de gloeilampen doorbranden.
Zekeringen Zekeringenkast in passagiers- PLAATSEN compartiment ZEKERINGENHOUDERS De zekeringenkast bevindt zich achter het Zekeringkast motorruimte handschoenenkastje. Open het handschoenenkastje en maak het leeg. Druk de zijwanden naar binnen en laat het handschoenenkastje naar beneden kantelen.
Zekeringen SPECIFICATIE-OVERZICHT ZEKERINGEN Zekeringkast motorruimte Vermogen Zekering Beveiligde circuits zekering 40 A Module antiblokkeersysteem Module antiblokkeersysteem, elektronisch stabiliteitspro- 30 A gramma 60 A Hoog toerental ventilator koelsysteem 40 A Ventilator koelsysteem 30 A Laag toerental ventilator koelsysteem 30 A Verwarmingsaanjager...
Pagina 147
Zekeringen Vermogen Zekering Beveiligde circuits zekering 60 A Voeding zekeringenkast passagiersruimte (accu) 30 A Carrosserieregelmodule 60 A Voeding zekeringenkast passagiersruimte (ontsteking) 50 A Automatische transmissie 60 A Verwarmde voorruit Wordt niet gebruikt 30 A Startmotorrelais 10 A Relais grootlicht links 10 A Relais grootlicht rechts 10 A...
Pagina 148
Zekeringen Vermogen Zekering Beveiligde circuits zekering 10 A Koppeling van compressor airconditioning Wordt niet gebruikt Wordt niet gebruikt 20 A Claxon, accuspaarvoorziening, module sleutelloze toegang 20 A Achterruitverwarming 20 A Brandstofpomprelais, verwarming dieselbrandstof 15 A Categorie 1 alarmsysteem 7,5A Regeling automatische transmissie 25 A Voorportiermodule linkerzijde 25 A...
Pagina 149
Zekeringen Relais Geschakelde circuits Brandstofpomp, verwarming dieselbrandstof Achteruitrijlamp Verwarmingsaanjager Zekeringenkast in passagierscompartiment...
Pagina 150
Zekeringen Zekering Vermogen zekering Beveiligde circuits Contactslot, automatische wisfunctie, verwarmde 7,5 A voorruit, interieurverlichting, binnenspiegel 10 A Remlichten 7,5 A Achteruitrijlamp 7,5 A Koplampafstelling 20 A Ruitenwissers 15 A Achterruitwisser 15 A Sproeierpomp Wordt niet gebruikt 15 A Verwarmde passagiersstoel Verwarmde bestuurders- 15 A stoel...
Pagina 151
Zekeringen Zekering Vermogen zekering Beveiligde circuits 15 A een audiosysteem 7,5 A Instrumentenpaneel Multifunctioneel display, klok, interieurscanner, 7,5 A verwarmingsroosters, airconditioningspaneel 10 A SYNC, Bluetooth Wordt niet gebruikt Voorruitverwarming, linker- 30 A zijde Verwarmde voorruit rechter- 30 A zijde Hogekwaliteitsvoeding 30 A (auto's met Start-Stop) Elektrisch aansluitpunt...
Pagina 152
Zekeringen Zekering Vermogen zekering Beveiligde circuits 7,5 A Achteruitkijkcamera 10 A Active City Stop Controlelamp deactivering 7,5 A passagiersairbag Wordt niet gebruikt Wordt niet gebruikt Wordt niet gebruikt Wordt niet gebruikt Wordt niet gebruikt Relais Geschakelde circuits Ontsteking Aansteker, extra voedingspunt voor Wordt niet gebruikt Active City Stop Wordt niet gebruikt...
Zekeringen EEN ZEKERING VERVANGEN WAARSCHUWINGEN Wijzig de elektrische installatie van de wagen op geen enkele wijze. Laat reparaties aan de elektrische installatie en het vervangen van relais en hoge stroomsterkte-zekeringen uitvoeren door een erkende dealer. Zet het contact af en schakel alle elektrische onderdelen uit voordat u probeert een zekering te vervangen.
• Remvloeistofpeil. Zie Controle en de inruilwaarde ten goede komen. Er vloeistofpeil koppeling en staat een groot netwerk van Ford erkende remsysteem (bladzijde 162). reparateurs ter beschikking die u met hun professionele expertise ter zijde kunnen •...
Onderhoud 2. Verplaats de vergrendelnok naar links. DE MOTORKAP OPENEN EN SLUITEN Motorkap openen 3. Open de motorkap en ondersteun deze met de motorkapsteun. Motorkap sluiten Verwijder de motorkapsteun van de vergrendelnok en zet deze na gebruik weer correct vast. Trek aan de ontgrendelhendel.
Onderhoud OLIEPEILSTAAF - 1,0 L OLIEPEILSTAAF - 1,4 L ECOBOOST DURATEC-16V (SIGMA) Minimum Minimum Maximum Maximum OLIEPEILSTAAF - 1,6 L OLIEPEILSTAAF - 1,25 L DURATEC-16V TI-VCT (SIGMA) DURATEC-16V (SIGMA) Minimum Minimum Maximum Maximum...
Het niet opvolgen van dit voorschrift kan tot ernstig Minimum letsel leiden. Maximum Verwijder de vuldop. 2. Vul olie bij die voldoet aan de Ford MOTOROLIE CONTROLEREN specificatie. Zie Technische specificatie (bladzijde 176). De auto moet op een vlakke ondergrond staan.
(50/50) op en de MAX merktekens staat. basis van vloeistof die voldoet aan de N.B.: Koelvloeistof zet bij verwarming uit. Ford-specificatie. Zie Technische Daardoor kan het koelvloeistofpeil enkele specificatie (bladzijde 176). millimeters boven het MAX merkteken 3. Draai de vuldop er weer op. Draai hem staan.
N.B.: Het remsysteem en het bedieningsmechanisme van de koppeling zijn aangesloten op één reservoir. Vul vloeistof bij die voldoet aan de Ford specificatie. Zie Technische specificatie (bladzijde 176). Controleer met uw vingertoppen de rubber...
Onderhoud Wisserblad achterruit Til de ruitenwisserarm op. 2. Verwijder de schroeven. 2. Draai het ruitenwisserblad onder een rechte hoek op de ruitenwisserarm. 3. Maak het ruitenwisserblad los van de wisserarm. 4. Verwijder het wisserblad. 5. Breng de eerder verwijderde onderdelen in omgekeerde volgorde aan.
Onderhoud GLOEILAMPEN VERVANGEN - 3-DEURS WAARSCHUWINGEN Schakel de verlichting en het contact uit. Laat de gloeilamp afkoelen voordat u deze verwijderd. Raak het glas van de gloeilamp niet aan. N.B.: Breng alleen gloeilampen met de juiste specificaties aan. N.B.: De volgende instructies beschrijven 2.
Pagina 168
Onderhoud Dimlicht koplamp Verwijder de koplamp. Zie Een koplamp verwijderen (bladzijde 164). 3. Verwijder de lamphouder. 4. Verwijder de gloeilamp. Zijknipperlicht 2. Verwijder het afdekplaatje. 3. Trek de multistekker los. 4. Maak de klem los en verwijder de gloeilamp. N.B.: Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
Pagina 169
Onderhoud 3. Verwijder de gloeilamp en de lamphouder. Verwijder de gloeilamp. Mistlampen, voor 4. Trek de multistekker los. 5. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. Achterlampen N.B.: De gloeilamp van de mistlamp kan niet uit de lamphouder worden verwijderd. Verwijder de afdekking m.b.v.
Pagina 170
Onderhoud 4. Verwijder de vleugelmoer. 2. Til de afdichting van de bagageruimte 5. Trek de multistekker los. 6. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. 3. Verwijder de vloerbedekking. Druk voorzichtig de gloeilamp in de lamphouder en draai de gloeilamp linksom.
Pagina 171
Onderhoud Centraal derde remlicht Leeslampen N.B.: De LED verlichting kan niet worden gerepareerd, raadpleeg bij defecten uw dealer. Kentekenplaatverlichting Verwijder voorzichtig de lamp. 2. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. 3. Verwijder de gloeilamp. Maak voorzichtig de klemveer los. Verlichting bagageruimte, 2.
Onderhoud GLOEILAMPEN VERVANGEN - 5-DEURS WAARSCHUWINGEN Schakel de verlichting en het contact uit. Laat de gloeilamp afkoelen voordat u deze verwijderd. Raak het glas van de gloeilamp niet aan. N.B.: Breng alleen gloeilampen met de juiste specificaties aan. 2. Verwijder het afdekplaatje. N.B.: De volgende instructies beschrijven 3.
Pagina 173
Onderhoud N.B.: Raak het glas van de gloeilamp niet aan. Stadslicht Verwijder de koplamp. Zie Een koplamp verwijderen (bladzijde 164). 2. Verwijder de gloeilamp van het grootlicht en de dagrijverlichting. 2. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. 3. Druk voorzichtig de gloeilamp in de lamphouder en draai de gloeilamp linksom.
Pagina 174
Onderhoud 3. Verwijder de gloeilamp en de N.B.: De gloeilamp van de mistlamp kan lamphouder. Verwijder de gloeilamp. niet uit de lamphouder worden verwijderd. 2. Verwijder de afdekking m.b.v. een Mistlampen, voor geschikt werktuig. 3. Verwijder de schroeven. 4. Verwijder de lamp. Verwijder de bevestigingsklemmen om de lamp toegankelijk te maken.
Pagina 175
Onderhoud 6. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. Achterlampen 3. Verwijder de vloerbedekking. Verwijder de schroeven. 4. Verwijder de vleugelmoer. 5. Trek de multistekker los. 6. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. 2. Til de afdichting van de bagageruimte...
Pagina 176
Onderhoud Interieurverlichting Verwijder voorzichtig de lamp. 2. Draai de lamphouder linksom en Druk voorzichtig de gloeilamp in de verwijder deze. lamphouder en draai de gloeilamp linksom. Verwijder de gloeilamp. 3. Verwijder de gloeilamp. A. Richtingaanwijzer Leeslampen B. Achterlicht en remlicht C.
ISO 4925 klasse 6 remvloeistof De motor van uw auto is ontworpen voor gebruik van Castrol en Ford motorolie, die een gunstig brandstofverbruik garanderen met behoud van de duurzaamheid van uw motor. Olie bijvullen: Als u geen olie kunt vinden die voldoet aan de specificatie WSS-M2C913-C of WSS-M2C948-B (alleen benzinemotoren), dan dient u SAE 5W-30 te gebruiken die voldoet aan de specificatie ACEA A3/B5.
Pagina 179
Onderhoud Uitvoering Item Inhoud in gallons (liters) Alle Sproeiersysteem 0,6 (2,5) voor de voorruit en de achterruit Alle Motorkoelsysteem 1,3 (5,8) Alle Brandstoftank 12,4 (56,4) 1.0L EcoBoost Smeersysteem van 0,9 (4,1) de motor - inclusief oliefilter 1.0L EcoBoost Smeersysteem van 0,9 (4,0) de motor - exclusief oliefilter...
Pagina 180
Onderhoud Uitvoering Item Inhoud in gallons (liters) 1,5L Duratorq-TDCi Smeersysteem van 0,8 (3,5) de motor - exclusief oliefilter 1.6L DuraTorq-TDCi Smeersysteem van 0,9 (3,9) de motor - inclusief oliefilter 1.6L DuraTorq-TDCi Smeersysteem van 0,8 (3,5) de motor - exclusief oliefilter Vulhoeveelheid motorolie Motor Inhoud in gallons (liters)
Verzorging van de auto Achterruit reinigen REINIGEN VAN BUITENZIJDE AUTO WAARSCHUWING Gebruik geen scherpe voorwerpen, WAARSCHUWINGEN schurende reinigingsmiddelen of Wanneer de auto tijdens het wassen chemische oplossingen op de in een autowasserette in de was binnenzijde van de achterruit te reinigen. wordt gezet, verwijder dan de was van de voorruit.
Verzorging van de auto Wij raden u aan de lak één- of tweemaal N.B.: Breng geen stickers of labels aan op per jaar in de was te zetten. de binnenzijde van de achterruiten. REINIGEN VAN BINNENZIJDE KLEINE LAKSCHADE AUTO REPAREREN N.B.: Mors niet met luchtverfrissers en Lakbeschadigingen door steenslag of handzeep op bekledingsoppervlakken van...
Pagina 183
• Grondig afspoelen met een hogedrukspuit nadat de reinigingsprocedure is voltooid. Er wordt aanbevolen Ford-wielenreiniger te gebruiken. Lees en volg de aanwijzingen van de fabrikant. Het gebruik van niet aanbevolen reinigingsmiddelen kan leiden tot ernstige en permanente cosmetische beschadiging.
Velgen en banden Algemene informatie ALGEMENE INFORMATIE WAARSCHUWINGEN In de bestuurdersportieropening bevindt Afhankelijk van het type en de zich een tabel met de bandenspanning. omvang van de beschadiging kunnen Controleer bij koude banden de sommige banden slechts gedeeltelijk bandenspanning bij een temperatuur of soms geheel niet worden gedicht.
Pagina 185
Velgen en banden De set gebruiken Banden op spanning brengen WAARSCHUWINGEN WAARSCHUWINGEN Samengeperste lucht kan zich Controleer de bandwang voordat u gedragen als een explosief of het afdichtmiddel in de band pompt. drijfmiddel. Wanneer u scheuren, knobbels of dergelijke ziet, probeer dan niet de band Laat de set tijdens het gebruik nooit op te pompen.
Pagina 186
Velgen en banden 2. Trek het label A waarop de maximaal toelaatbare snelheid van 80 km/u vermeld staat van de fles afdichtmiddel en maak het binnen het gezichtsveld van de bestuurder vast op het instrumentenpaneel. Het label mag niets belangrijks aan het oog onttrekken.
Pagina 187
Velgen en banden N.B.: Wanneer het afdichtmiddel in de band Stop de auto na ongeveer drie wordt gepompt, kan de druk toenemen tot kilometer. Controleer en corrigeer zo 87 psi (6 bar) maar deze neem na ca. 30 nodig de spanning van de seconden weer af.
Velgen en banden Lege flessen afdichtmiddel mogen samen GEBRUIK VAN met het huishoudelijk afval worden WINTERBANDEN afgevoerd. Breng resten afdichtmiddel naar uw erkende dealer of voer ze af WAARSCHUWING volgens de lokale richtlijnen. Bij het gebruik van winterbanden op uw auto, dient u ervoor te zorgen dat VERZORGING VAN BANDEN de correcte wielmoeren worden aangebracht.
Velgen en banden Auto's met stabiliteitsregeling wielomtrek verandert, wordt een lage bandenspanning aangeduid. Er wordt een Wanneer de stabiliteitsregeling waarschuwingsbericht weergegeven in het ingeschakeld is, kan de auto enkele informatiedisplay en de ongebruikelijke rijeigenschappen vertonen. waarschuwingslamp brandt. Zie Om deze te reduceren, schakelt u de Infoberichten (bladzijde 71).
Wielmoeren Autokrik Na het overleggen van het certificaat met WAARSCHUWINGEN het referentienummer kunt u bij uw Ford De boordkrik waarmee uw auto dealer een vervangende dopsleutel en wordt geleverd mag alleen worden vervangende wielslotmoeren verkrijgen. gebruikt voor het wisselen van een Auto's met een reservewiel wiel in noodsituaties.
Pagina 191
Velgen en banden Alleen voor gebruik in noodsituaties Onderhoud Uitsparingen in dorpels duiden de kriksteunpunten aan.
Pagina 192
Velgen en banden Steek het afneembare sleepoog in de wielmoersleutel. Wieldop verwijderen Auto's met zijskirts Wielmoersleutel monteren WAARSCHUWING Het afneembare sleepoog heeft linkse schroefdraad. Draai het Breng de wieldopverwijderaar aan. linksom in het draadgat. Zorg ervoor dat het sleepoog tot de aanslag wordt 2.
Pagina 193
Velgen en banden Een wiel verwijderen WAARSCHUWINGEN Parkeer uw auto dusdanig dat u, noch het verkeer hinder ondervindt of gevaar loopt. Een waarschuwingsdriehoek plaatsen. Zorg dat de auto met de wielen in de rechtuitstand op een stevige, vlakke ondergrond staat. Schakel het contact uit en schakel de parkeerrem in.
Velgen en banden Breng het wiel aan. WAARSCHUWINGEN 2. Draai de wielmoeren handvast aan. Zorg ervoor dat er zich geen smeermiddel (vet of olie) op de 3. Breng de dopsleutel voor de schroefdraad of tussen de tapeinden wielslotmoer aan. en de moeren bevindt. Hierdoor kunnen de moeren tijdens het rijden losraken.
Pagina 195
Velgen en banden Bandenspanningen (koude banden) Tot 80 km/u Lading van de auto Normaal Positie van de band Voorzijde Achter- Voorzijde Achter- zijde zijde Uitvoering Bandenmaat Ruimtebesparend reser- 175/65 R14-T 3,2 bar 3,2 bar 3,2 bar 3,2 bar vewiel wanneer dit van de aangebrachte wielen verschilt Tot 160 km/u...
Pagina 196
Velgen en banden Lading van de auto Normaal Positie van de band Voorzijde Achter- Voorzijde Achter- zijde zijde Uitvoering Afmeting Alle motoren behalve 2,3 bar 1,8 bar 2,4 bar 3,2 bar 1,25L Duratec-16V en 1,4L 195/55 R15 Duratec-16V Alle motoren 195/60 R15 2,1 bar 1,8 bar...
Pagina 197
Velgen en banden Continue snelheid hoger dan 160 km/u Lading van de auto Normaal Positie van de band Voorzijde Achter- Voorzijde Achter- zijde zijde Uitvoering Afmeting Alle benzinemotoren met 2,1 bar 1,8 bar 2,6 bar 3,2 bar handgeschakelde 175/65 R14 versnellingsbak Alle benzinemotoren met 2,3 bar...
Inhouden en specificaties N.B.: Het ontwerp van het VOERTUIGIDENTIFICA- identificatieplaatje kan afwijken van het TIEPLAATJE (IF EQUIPPED) getoonde plaatje. N.B.: De informatie op het identificatieplaatje is afhankelijk van de vereisten per land. Model Uitvoering Motorbenaming Emissiecode Voertuigidentificatienummer Maximaal toelaatbaar totaalgewicht Maximaal toelaatbaar treingewicht Maximum voorasbelasting Maximum achterasbelasting...
Inhouden en specificaties Het Voertuig Identificatie Nummer CHASSISNUMMER (chassisnummer) is rechtsvoor naast de voorstoel in de bodemplaat ingeslagen. Het is ook op de linkerzijde van het instrumentenpaneel vermeld. TECHNISCHE SPECIFICATIE Afmetingen van de auto Omschrijving van de maat Afmeting in mm (inches) Totale lengte 155,5 - 155,8 (3950 - 3958) Totale breedte inclusief buitenspiegels...
Pagina 200
Inhouden en specificaties Afmetingen trekhaak Item Omschrijving van de maat Afmeting in mm (inches) Bumper – achterzijde trekhaakkogel 4,9 (124) Bevestigingspunt – hart trekhaakkogel 0,3 (7) Hart wiel – hart trekhaakkogel 29,9 (761) Hart trekhaakkogel – langsbalk 20,2 (512)
Pagina 201
Inhouden en specificaties Item Omschrijving van de maat Afmeting in mm (inches) Afstand tussen langsbalken 40,3 (1024) Hart trekhaakkogel – hart 1e bevestigings- 12,5 (317) punt Hart trekhaakkogel – hart 2e bevestigings- 23 (584) punt...
Stel cd's niet langdurig aan direct zonlicht bepaalde recordable en re-recordable cd's of hitte bloot. niet correct werken in Ford cd-spelers. N.B.: Cd's met thuis vervaardigde papieren (kleef-) labels mogen niet in de cd-speler worden ingebracht aangezien het label kan losraken waardoor de cd in het apparaat bekneld kan raken.
Audiosysteem MP3- en WMA-track en uitsluitend de bestanden met de extensie mapstructuur .mp3 en .WMA worden afgespeeld; andere bestanden worden door het systeem Audiosystemen die afzonderlijke MP3- en genegeerd. Daardoor kunt u dezelfde MP3- WMA-tracks en mapstructuren kunnen en WMA-cd voor verschillende taken op herkennen en afspelen, werken als volgt: uw werkcomputer, thuiscomputer en het systeem in uw auto gebruiken.
Pagina 204
Audiosysteem Uitwerpen: Druk op de toets om een CD uit te werpen. Cursorpijlen: Druk op een toets om door de schermopties te scrollen. CD sleuf: Hier plaatst u een CD. OK: Druk op de toets om de schermselecties te bevestigen. INFO: Druk op de toets voor toegang tot radio-, CD-, USB- en IPod-informatie.
Pagina 205
Audiosysteem MENU: Druk op de toets voor toegang tot verschillende audiosysteemfuncties. SOUND: Druk op de toets om de geluidsinstellingen (bass, treble, middle, balance en fade) aan te passen. AUX: Druk op de toets voor toegang tot de AUX en SYNC functies; deze annuleert ook het navigeren in het menu of de lijst.
Pagina 206
Audiosysteem Traffic Information Control 4. Druk op OK om naar een radiostation te blijven luisteren. Veel radiostations die op de FM-band uitzenden hebben een TP-code die Voorkeuzezenders aanduidt dat deze verkeersberichten Met deze voorziening kunt u uw favoriete uitzenden. radiostations opslaan, zodat u later hierop direct kunt afstemmen door de juiste Verkeersberichten in- en uitschakelen golfband te selecteren en de betreffende...
Pagina 207
Audiosysteem News Broadcasts Volume verkeersberichten Verkeersberichten onderbreken de normale Sommige audio-eenheden onderbreken geluidsweergave met een de normale ontvangst voor voorgeprogrammeerd volume dat nieuwsberichten van radiostations op de gewoonlijk hoger is dan het gebruikelijke FM-band, of RDS- of EON-geschakelde luistervolume. stations. Instellen van het voorgeprogrammeerde Tijdens nieuwsuitzendigen zal het display volume:...
Audiosysteem Wanneer een radiostation wordt gevonden Druk op de MENU toets. wordt de weergave van het geluid hervat; 2. Selecteer AUDIO of wanneer er geen radiostation wordt AUDIO-SETTINGS. gevonden, stemt het systeemautomatisch 3. Scroll naar RDS REGIONAL en af op de oorspronkelijke frequentie. schakel in of uit met de toets OK.
Pagina 209
Audiosysteem Uitwerpen: Druk op de toets om een CD uit te werpen. Cursorpijlen: Druk op een toets om door de schermopties te scrollen. CD sleuf: Hier plaatst u een CD. OK: Druk op de toets om de schermselecties te bevestigen. INFO: Druk op de toets voor toegang tot radio-, CD-, USB- en IPod-informatie.
Pagina 210
Audiosysteem Functietoets 3: Druk op de toets om verschillende functies van het audiosysteem te selecteren, afhankelijk van in welke modus (bijv. radio of CD) u zich bevindt. Opwaarts zoeken: Druk op de toets om naar de volgende zender op de radiofrequentieband of het volgende nummer op een CD te gaan.
Pagina 211
Audiosysteem Golfbandtoets Druk op de RADIO toets om een keuze uit de beschikbare golfbanden te maken. De keuzetoets kan gebruikt worden om weer over te schakelen naar de radio nadat u naar een andere bron geluisterd hebt. Of druk op de linker pijltjestoets om de beschikbare frequentiebanden weer te geven.
Pagina 212
Audiosysteem 2. Druk op de linker en rechter N.B.: Wanneer u naar een ander deel van pijltjestoetsen om de frequentieband het land rijdt, wordt de informatie van in kleine stappen omlaag of omhoog radiostations die op een andere frequentie af te zoeken of houd de toets ingedrukt uitzenden en onder een voorkeuzetoets zijn om snel te zoeken tot u een opgeslagen, automatisch geactualiseerd...
Pagina 213
Audiosysteem Automatic Volume Control Indien een radiostation wordt gekozen of met behulp van de voorkeuzetoetsen Indien van toepassing, past de wordt opgeroepen dat geen automatische volumeregeling het verkeersberichten uitzendt, dan blijft het geluidsvolume aan, om geluiden van de toestel op dat radiostation afgestemd motor en het wegdek te compenseren.
Audiosysteem Als bij uw radio AF is ingeschakeld en u rijdt een aantal kleinere regionale netwerken, vanuit het ene ontvangstgebied naar een die bijvoorbeeld in grotere plaatsen of ander, zoekt deze functie naar een steden zijn gevestigd. Wanneer het krachtiger radiosignaal en stemt daarop netwerk niet in regionale zenders wordt af wanneer het wordt gevonden.
Pagina 215
Audiosysteem N.B.: Boven de unit is een ingebouwde multifunctionele display aangebracht. Hierop wordt belangrijke informatie weergegeven over de bediening van het systeem. Daarnaast bevinden zich rondom het display diverse pictogrammen die oplichten wanneer een functie actief is (bijvoorbeeld CD, Radio of Aux.) Aan, uit: Druk op de knop om het audiosysteem in of uit te schakelen.
Pagina 216
Audiosysteem Digitale signaalverwerking: Druk op de toets voor toegang tot de functies voor digitale signaalverwerking. Uitwerpen: Druk op de toets om een CD uit te werpen. INFO: Druk op de toets voor toegang tot radio-, CD-, USB- en IPod-informatie. KLOK: Druk op de toets voor toegang tot de klokfuncties. Opwaarts zoeken: Druk op de toets om naar de volgende zender op de radiofrequentieband of het volgende nummer op een CD te gaan (in de CD-modus).
Pagina 217
Audiosysteem RADIO: Druk op de toets om verschillende radiofrequentiebanden te kiezen; deze annuleert ook het navigeren in het menu of de lijst. CD: Druk op de toets om de bron op CD in te stellen; deze annuleert ook het navigeren in het menu of de lijst. Volume: Draai de knop om het volume aan te passen.
Pagina 218
Audiosysteem Automatisch afstemmen 3. Houd een van de voorkeuzetoetsen ingedrukt. Er verschijnen een Selecteer een frequentieband en druk kort voortgangsbalk en een melding. op een van de zoektoetsen. Het toestel Wanneer de voortgangsbalk vol is, is stopt bij het eerste radiostation dat in de het radiostation opgeslagen.
Pagina 219
Audiosysteem Verkeersberichten in- en uitschakelen • Gebruik de volumeknop om het gewenste volume in te stellen tijdens Voordat u verkeersberichten kunt een inkomend verkeersbericht. De ontvangen, moet u op de toets TA of display geeft het geselecteerde niveau TRAFFIC drukken. TA verschijnt op het weer.
Pagina 220
Audiosysteem Alternative Frequencies Digitale signaalverwerking op basis van equalizer Veel programma's die op de FM-band Kies de muziekcategorie waarnaar u bij worden uitgezonden hebben een voorkeur luistert. Het audiosignaal programma-identificatiecode (PI-code), verandert om de weergave van de specifiek die door de audio-unit kan worden herkend. gekozen muziekstijl te verbeteren.
Audiosysteem Regional Mode De volgende formats worden ondersteund: • De regionale modus regelt het gedrag van • DAB+ alternatieve frequenties (AF) door tussen regionale netwerken van een hoofdzender • DMB-Audio. te schakelen. Een zender kan over een groot netwerk beschikken dat in een groot Ensembles deel van het land te ontvangen is.
Pagina 222
Audiosysteem 2. Druk op een zoektoets. De radio stopt Voorkeuzezenders bij het eerste station dat in de gekozen N.B.: Het is mogelijk dat stations die onder richting wordt gevonden. voorkeuzetoetsen zijn opgeslagen niet altijd beschikbaar zijn indien u het dekkingsgebied Radiostationlijst hebt verlaten.
Audiosysteem Deze functie kan worden in- en Met de extra ingangsaansluiting kunt u uw uitgeschakeld met behulp van de draagbare audiospeler aansluiten en de informatiedisplay. Zie Algemene muziek hierop via de luidsprekers van uw informatie (bladzijde 66). auto afspelen. U kunt elke draagbare audiospeler gebruiken die ontworpen is voor gebruik met een hoofdtelefoon.
Audiosysteem STORINGEN VERHELPEN AUDIO-INSTALLATIE Display audio-unit Rectificatie CONTROLEER CD Algemeen bericht voor storingen tijdens het afspelen van een CD, zoals 'cannot read the CD' (kan CD niet lezen), 'data-CD inserted' (data-CD aangebracht), enz. Controleer of de CD is aangebracht met de juiste zijde naar boven gekeerd.
Neem voor meer ondersteuning contact • toegang tot de contacten in uw op met een erkende dealer. Bezoek voor telefoonboek en muziek verkrijgen met meer informatie de regionale Ford website. gesproken commando's • muziek streamen vanaf uw aangesloten mobiele telefoon •...
Pagina 226
Er is tevens toegang liggen, want hierdoor kan de nodig tot de SYNC-module van de auto. apparatuur beschadigd raken. Zie de Ford zal geen toegang tot de handleiding van uw apparaat voor systeemgegevens verkrijgen voor andere meer informatie.
SYNC Wacht alvorens een spraakcommando te SPRAAKHERKENNING geven tot de systeemmededeling is GEBRUIKEN geweest gevolgd door een enkele pieptoon. Als er van te voren een Dit systeem helpt u bij de bediening van gesproken commando wordt gegeven, dan veel functies m.b.v. spraakcommando's. registreert het systeem dit niet.
Pagina 228
SYNC Systeeminteractie en -feedback Een hogere mate van interactie is de standaardinstelling om u te helpen bij het Het systeem geeft feedback aan de hand leren van het gebruik van het systeem. U van akoestische tonen, propmts, vragen kunt deze instellingen op elk willekeurig en gesproken bevestigingen, afhankelijk moment wijzigen.
Bluetooth en Automatic phonebook 2. Selecteer SYNC-Instelling.. download (telefoonboek automatisch downloaden) zijn telefoonafhankelijke 3. Selecteer Spraakinstell.. functies. Zie de handleiding van uw mobiele telefoon of ga naar uw lokale Ford SYNC GEBRUIKEN MET website om de compatibiliteit van het TELEFOON toestel te controleren.
Pagina 230
SYNC Zorg dat de Bluetooth-functie op uw N.B.: Druk op de pijl omhoog of omlaag op mobiele telefoon ingeschakeld is uw audiosysteem om door de menu's te voordat het zoeken wordt gestart. scrollen. Raadpleeg zo nodig de handleiding van Zorg dat de Bluetooth-functie op uw het apparaat.
Pagina 231
SYNC "Telefoon" "<naam> op GSM bellen" "Telefoonboek <naam>" "<naam> op ander nummer bellen" "Telefoonboek <naam> thuis" "Ontvangen oproepen" "Telefoonboek <naam> op kantoor" "Gemiste oproepen" "Telefoonboek <naam> op het werk" "Gekozen" "Telefoonboek <naam> op GSM" "Telefoonboek <naam> op ander "Verbindingen" nummer" "Kiezen"...
Pagina 232
SYNC "Dial" "Asterisk" (*) "Alles wissen" (verwijdert alle ingevoerde tekens) "Wissen" (verwijdert een teken) "Plus" "Sterretje" N.B.: Om de kiesmodus te verlaten, houdt u de toets Phone ingedrukt en drukt u op een willekeurige toets op op de audio-unit. "Menu" "(Telefoon) verbindingen"...
Pagina 233
SYNC Telefoonopties tijdens een actief Om het gesprek te beëindigen, drukt u op gesprek de toets End call (Einde) op het stuurwiel of selecteert u de optie End call (Einde) in Tijdens een actief gesprek heeft u extra de display van de audio-unit en drukt u op menufuncties tot uw beschikking, zoals een gesprek in de wacht zetten, Een telefoongesprek...
Pagina 234
SYNC Na het selecteren van Kunt u 2. Verkrijg toegang tot het gewenste contact via het systeem of gebruik spraakcommando's om de tweede oproep te plaatsen. Indien het tweede gesprek actief is, selecteert u de optie Meer. 3. Navigeer naar de optie om gesprekken samen te voegen en druk op de toets OK.
Pagina 235
SYNC Na het selecteren van Kunt u 1. Druk op de toets OK om te bevestigen en in te voeren. U kunt de opties onderaan het scherm gebruiken om snel toegang tot een alfabetische categorie te verkrijgen. U kunt ook de lettes op het toetsenbord gebruiken om snel naar een bepaalde letter in de lijst te gaan.
Pagina 236
SYNC Een tekstbericht ontvangen Uw tekstberichten versturen, downloaden en verwijderen N.B.: Uw mobiele telefoon moet het downloaden van tekstberichten met behulp Druk op de toets PHONE. van Bluetooth ondersteunen om 2. Selecteer de optie voor tekstberichten tekstberichten te kunnen ontvangen. en druk op de toets OK.
Pagina 237
SYNC Toegang tot uw telefoonin- 2. Selecteer de bevestigingsoptie stellingen wanneer de contactpersoon wordt weergegeven en druk nogmaals op de Dit zijn telefoonafhankelijke functies. Met toets OK om te bevestigen wanneer uw telefooninstellingen kunt u toegang tot het systeem u vraagt of u een bericht functies (zoals uw beltoon of wilt versturen.
Pagina 238
SYNC Na het selecteren van Kunt u Contacten toevoegen: Druk op de toets OK om meer contacten van uw telefoonboek toe te voegen. "Push" de gewenste contacten van uw mobiele telefoon. Zie de handleiding van uw apparaat voor informatie over de "push"...
Pagina 239
SYNC Na het selecteren van Kunt u 2. Wanneer een bericht voor het beginnen met koppelen in de display van de audio-unit wordt weergegeven, zoek dan naar SYNC op uw mobiele telefoon. Raadpleeg zo nodig de handleiding van het apparaat. 3.
Pagina 240
SYNC Na het selecteren van Kunt u Selecteer deze optie om verbinding te maken met de geselecteerde, eerder gekoppelde mobiele telefoon. Ontkp. De geselecteerde mobiele telefoon ontkoppelen. Selecteer deze optie en bevestig als hierom wordt gevraagd. Nadat een mobiele telefoon ontkoppeld is, kan hiermee weer verbinding worden gemaakt zonder de volledige koppe- lingsprocedure opnieuw te hoeven uitvoeren.
SYNC Na het selecteren van Kunt u Systeeminfo. Het versienummer en serienummer van het systeem weergeven. Druk op de toets OK om te selecteren. Spraakinstell. Het submenu voor spraakinstellingen bevat verschillende opties. Zie Spraakherkenning gebruiken (bladzijde 225). USB doorzoeken De actuele menustructuur van het verbonden USB-appa- raat doorzoeken.
Pagina 242
Displayopties Noodhulpoproep de lokale noodhulpdiensten kan bellen. Ga naar uw Als u deze functie inschakelt, wordt een lokale Ford website voor meer informatie. bevestigingsbericht in het display weergegeven. Als u deze functie uitschakelt, wordt een dialoogvenster in het display weergegeven waarmee u een gesproken herinnering kunt instellen.
Pagina 243
SYNC In het geval van een aanrijding Tijdens een oproep: • Het noodhulpoproepsysteem maakt N.B.: Niet elke aanrijding gaat gepaard met gebruik van informatie van het GPS van een activering van een airbag of de de auto of het mobiele netwerk (indien veiligheidsschakelaar van de beschikbaar) om de meest geschikte brandstofpomp (wat tot de activering van...
USB-poort Bosnië-Herzegovina, Macedonië, N.B.: Als uw mediaspeler een Nederland, Oekraïne, Moldavië en Rusland. aan/uit-schakelaar heeft, zorg er dan voor Ga naar uw lokale Ford website voor meer dat het apparaat ingeschakeld is. informatie. Verbinden met behulp van Privacy notice noodhulpoproep...
Pagina 245
SYNC Verbinden met behulp van het • Artiesten. systeemmenu • Albums. Sluit het apparaat op de USB-poort • Genres. van de auto aan. • USB doorzoeken. 2. Druk op de toets AUX tot een • Reset Sync USB. initialiseerbericht in het display •...
Pagina 246
SYNC "USB" "Wat speelt er nu?" "Lied <naam> afspelen" "Nummer <naam> afspelen" <naam> is een dynamische lijstvermelding, d.w.z. dit kan de naam van elke gewenste groep, artiest, nummer, etc. zijn. Spraakcommando's die niet beschikbaar zijn tot de indexering voltooid is. Spraakcommando's die alleen in de mapmodus beschikbaar zijn.
Pagina 247
SYNC Functies mediamenu USB-apparaten resetten. Druk op AUX om USB-weergave te Met het mediamenu kunt u selecteren selecteren en vervolgens op Opties welke mediabron u wilt gebruiken, hoe u om het menu Media te openen. uw muziek wilt afspelen (op artiest, genre, shuffle, herhalen, etc.), kunt u soortgelijke 2.
Pagina 248
SYNC Na het selecteren van Kunt u Alles afspelen Alle geïndexeerde mediabestanden van uw audiospeler afspelen, een per keer in numerieke volgorde. Druk op OK om te selecteren. De titel van het eerste nummer wordt in de display weergegeven. Playlists Toegang tot uw afspeellijsten verkrijgen (van formaten zoals .
Zie SYNC gebruiken met telefoon (bladzijde 227). Bezoek de Ford website om de compatibiliteit van uw mobiele telefoon te controleren. Storingen mobiele telefoon Storing Mogelijke oorzaak...
Pagina 250
SYNC Storingen mobiele telefoon Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing U moet uw telefoon en de functie Auto- download telefoonboek van SYNC inscha- kelen. Het systeem Beperkte mogelijkheden Probeer de contacten in uw telefoonboek zegt "Telefoon- van uw mobiele telefoon. over te brengen naar SYNC door de optie boek gedown- voor toevoegen te gebruiken.
Pagina 251
SYNC Storingen mobiele telefoon Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing Toegang tot het menu SMS van SYNC om te controleren of de functie door uw mobiele telefoon ondersteund wordt. Druk op de toets PHONE, scrol en selecteer daarna de optie voor tekstberichten en druk vervolgens op OK.
Pagina 252
SYNC Storingen USB en media Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing Controleer of het apparaat niet beschikt over een automatisch installatiepro- gramma of actieve beveiligingsinstellingen. SYNC herkent Dit is een beperking van Zorg dat u het apparaat niet in de auto het apparaat het apparaat.
Pagina 253
SYNC Storingen spraakcommando's Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing U spreekt mogelijk te snel Zie de display van de audio-unit tijdens een of op het verkeerde actieve spraaksessie voor een lijst met moment. spraakcommando's. De microfoon van het systeem bevindt zich in de binnenspiegel of net boven de voorruit in de hemelbekleding.
Pagina 254
SYNC Storingen spraakcommando's Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing U kunt ook gebruik maken van de mobiele telefoon en media-optielijst om een lijst met mogelijke opties te verkrijgen als het systeem u niet volledig begrepen heeft. Zie Spraakherkenning gebruiken (bladzijde 225). Het SYNC Buitenlandse namen SYNC past de phonetische uitspraakregels...
Pagina 255
SYNC Storingen spraakcommando's Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing sommige SYNC biedt verschillende nieuwe spraakbe- woorden kan sturingsfuncties voor een uitgebreid aantal mogelijk niet talen. Een contacnaam direct uit het tele- correct zijn in de foonboek bellen zonder opname vooraf betreffende (bijvoorbeeld “bel John Smith”) of een taal.
Pagina 256
SYNC Algemeen Storing Mogelijke oorzaak Mogelijk oplossing etc.) komt niet SYNC biedt verschillende nieuwe spraakbe- overeen met de sturingsfuncties voor een uitgebreid aantal SYNC taal (tele- talen. Een contactnaam direct uit het tele- foon, USB, Blue- foonboek bellen zonder opname vooraf tooth audio, (bijvoorbeeld “bel John Smith”) of een spraakbesturing...
Bijlagen ELEKTROMAGNETISCHE WAARSCHUWINGEN Monteer geen zender/ontvangers, COMPATIBILITEIT microfoons, luidsprekers en dergelijke in het ontvouwbereik van WAARSCHUWINGEN de airbags. Uw auto is getest en gecertificeerd Bevestig geen antennekabels aan de volgens de wetgeving betreffende originele bedrading, elektromagnetische comptabiliteit brandstofleidingen en remleidingen (72/245/EEC, UN ECE Regeling 10 of van de auto.
• met het contact AAN • bij draaiende motor • U hebt een apparaat ("APPARAAT") verkregen dat door FORD MOTOR • tijdens een proefrit bij verschillende COMPANY gelicenseerde software van snelheden. een partner van Microsoft Corporation Controleer of de elektromagnetische ("MS") bevat.
Pagina 259
Bijlagen documentatie ("MS SOFTWARE"), • De MS SOFTWARE en/of FORD worden beschermd door internationale SOFTWARE kan gekoppeld worden intellectuele eigendomsrechten en aan en/of communiceren met, of kan verdragen. De MS SOFTWARE wordt later met upgrades worden bijgewerkt in licentie gegeven, niet verkocht. Alle om gekoppeld te worden aan en/of te rechten voorbehouden.
Pagina 260
APPARAAT documentatie voor de eindgebruiker en anderszins gekoppeld aan door of van het APPARAAT en eraan via FORD MOTOR COMPANY of haar gerelateerde systemen en service kan leveranciers van software van derden meerdere EULA's bevatten, zoals...
Pagina 261
SOFTWARE ("Aanvullende verzameld. MS, Microsoft Corporation, Componenten") hebt verkregen. FORD MOTOR COMPANY, leveranciers Als FORD MOTOR COMPANY of derde van software van derden en service, software- en serviceleveranciers u hun partners en/of de door hen Aanvullende componenten verstrekken of...
Pagina 262
APPARAAT wordt uitgegaan. UPGRADES AND RECOVERY MEDIA: Indien de SOFTWARE door FORD MOTOR COMPANY los van het APPARAAT op media zoals een ROM chip, CD ROM disk(s) of via download van het web of andere middelen is geleverd, en is gemarkeerd als "For Upgrade Purposes...
EULA zijn toegekend, zijn door MS, over deze EULA, of om enige andere reden Microsoft Corporation, FORD MOTOR contact wilt opnemen met FORD MOTOR COMPANY, leveranciers van software van COMPANY, zie dan het adres dat in de derden en service, hun partners en documentatie bij het APPARAAT is leveranciers voorbehouden.
Pagina 264
Dit systeem Ford SYNC bevat software afleiden en uw handen van het stuurwiel die in licentie is gegeven aan fabrikant moet verwijderen. FORD MOTOR COMPANY door een partner van Microsoft Corporation volgens een Algemene bediening licentie-overeenkomst. Verwijdering, reproductie, reconstructie of ander...
Pagina 265
Bijlagen Volume-instelling: Verhoog het volume Routeveiligheid: Volg de voorgestelde niet overmatig. Houd het volume tijdens route niet als dit in een onveilige of het rijden op een niveau waarbij u kan nog ongeoorloofde manouevre kan resulteren, steeds ander verkeer en noodhulpsignalen als u hierdoor in een onveilige situatie kunt horen.
Pagina 266
Bijlagen TeleNav kan deze Overeenkomst en het U gaat ermee akkoord TeleNav te vrijwaren privacybeleid op elk gewenst moment van alle claims die voortvloeien uit herzien, met of zonder kennisgeving aan u. eventueel gevaarlijk of anderszins U gaat ermee akkoord om van tijd tot tijd ongepast gebruik van de TeleNav-software http://www.telenav.com te bezoeken om in een bewegend voertuig, inclusief...
Bijlagen 3.1 Licentiebeperkingen 4. Disclaimers U gaat ermee akkoord geen van de volgene Voor zover toegestaan volgens toepasselijk zaken te verrichten: (a) reconstrueren, recht, zal TeleNav, zijn licentiegevers en decompileren, demonteren, vertalen, leveranciers, of agenten of werknemers modificeren, wijzigen of anderszins van een van de voorgaande, in geen enkel veranderen van de TeleNav-sSoftware of geval aansprakelijk zijn voor gemaakte...
Pagina 268
Bijlagen VAN DERDEN MET BETREKKING TOT DE UITSLUITING OF BEPERKING VAN TELENAV-SOFTWARE. Bepaalde INCIDENTELE SCHADE OF rechtsgebieden staan de disclaimer van GEVOLGSCHADE NIET TOE, ZODAT DE bepaalde garanties niet toe, dus deze BOVENSTAANDE BEPERKINGEN OF beperking is mogelijk niet op u van UITSLUITINGEN MOGELIJK NIET OP U toepassing.
Pagina 269
Bijlagen 7. Toewijzing door implicatie, statuut, aansporing, estoppel of anderszins, en TeleNav en haar U mag deze Overeenkomst of een van uw leveranciers en licentiegevers behouden rechten of verplichtingen niet verkopen hierbij alle andere betreffende rechten dan toewijzen of overdragen, behalve in de licenties expliciet verleend in deze totaliteit, in verband met uw permanente Overeenkomst.
Bijlagen installeren, kopiëren, gebruiken, verkopen of overdragen. Als u de voorwaarden van De koppen in deze Overeenkomst dienen deze overeenkomst wenst te verwerpen, slechts ter referentie en worden niet als en de Gegevens niet geïnstalleerd, onderdeel van deze Overeenkomst gekopieerd of gebruikt hebt, dient u binnen beschouwd, en hiernaar zal niet verwezen dertig (30) dagen na aankoop contact op worden in verband met de constructie of...
Pagina 271
Bijlagen Licentiebeperkingen op gebruik: U gaat aan communicatie gekoppelde ermee akkoord dat uw licentie voor het toepassingen bij voertuigen die beschikken gebruik van deze Gegevens is beperkt tot over mogelijkheden met betrekking tot en geconditioneerd voor persoonlijk gebruik voertuignavigatie, positiebepaling, en niet-commerciële doeleinden, en niet verzending, real-time routebegeleiding, voor servicebureau, timesharing of andere...
Pagina 272
Bijlagen VOOR EEN BEPAALD DOEL OF wetten, regels en voorschriften beheerd NIET-INBREUK AF. Sommige staten, door het Office of Foreign Assets Control gebieden en landen staan bepaalde van de Verenigde Staten. Department of garantieuitsluitingen niet toe, dus in dat Commerce en Bureau of Industry and opzicht kan de bovenstaande uitsluiting Security van de Verenigde Staten.
Pagina 273
Bijlagen Eindgebruikers overheid: Als de Als de Contracterende functionaris, de Gegevens worden verworven door of federale regering of een federale namens de overheid van de Verenigde functionaris weigert om de hierin verstrekt Staten, of een andere entiteit die rechten legenda te gebruiken, moet de zoekt of toepast die vergelijkbaar zijn met Contracterende functionaris, de federale die gewoonlijk opgeëist worden door de...
Pagina 274
Bijlagen en titelinformatie ("Gracenote Gegevens"), beding is Gracenote aansprakelijk voor van online servers ("Gracenote Servers"), betalingen aan u voor informatie die u en andere functies vervullen. U mag verstrekt, met inbegrip van Gracenote Gegevens uitsluiten gebruiken auteursrechtelijk beschermd materiaal of met behulp van de beoogde muziekbestandinformatie.
Pagina 275
Bijlagen TOEKOMST KAN VERSTREKKEN EN IS De antenne die voor deze zender wordt VRIJ OM HAAR ONLINE DIENSTEN OP ELK gebruikt mag zich niet in de buurt van een MOMENT TE STOPPEN. GRACENOTE andere antenne of zender bevinden of hier WIJST ALLE GARANTIES AF, EXPLICIET tegelijkertijd mee werken.
Pagina 277
Index Afstandsbediening........29 Afstandsbediening met inklapbare sleutelbaard............30 12 volt accu vervangen........163 Afstandsbediening zonder inklapbare sleutelbaard............31 Batterij van afstandsbediening vervangen............30 Een nieuwe afstandsbediening Zie: Klimaatregeling..........82 programmeren..........29 Aanbeveling nieuwe onderdelen....7 Ontgrendelfunctie opnieuw Garantie op vervangingsonderdelen....7 programmeren..........30 Gepland onderhoud en mechanische Airconditioning reparaties..............7 Zie: Klimaatregeling..........82 Schadeherstel............7 Akoestische waarschuwingssignalen en Aanhangers trekken........134...
Pagina 278
Index Audio-installatie - Auto's met: Bandenreparatieset AM/FM/CD...........201 Zie: Set tijdelijke mobiliteit......182 Bandenspanningcontrolesysteem..187 Alternative Frequencies........205 Automatic Volume Control......205 Systeem resetten..........187 Banden Autostore..............204 Golfbandtoets............203 Zie: Velgen en banden........182 Band oppompen bij een lek/gat Klanktoets (SOUND)........203 News Broadcasts..........205 Zie: Set tijdelijke mobiliteit......182 Bekerhouders..........99 Regional Mode...........206 Bestuurdersairbag.........26 Station Tuning Control........203...
Pagina 279
Index Cruise Control Elektrisch bedienbare ruiten......56 Zie: Snelheidsregeling (Cruise Control)..129 Accessoiresvertraging.........57 Achterruitvergrendeling........56 Inklembeveiliging..........56 Ruiten volledig openen met één druk op de Dagrijlicht............53 knop..............56 De juiste zitpositie innemen......90 Ruiten volledig sluiten met één druk op de De motorkap openen en sluiten.....153 knop..............56 Elektrische portiersloten Motorkap openen..........153...
Pagina 280
Index Gloeilampen vervangen - 5-deurs..170 Hoogte van veiligheidsgordels afstellen............25 Achterlampen............173 Centraal derde remlicht........174 Interieurverlichting..........174 Kentekenplaatverlichting.........174 In één oogopslag ..........10 Koplamp..............170 Leeslampen............174 Overzicht achterzijde exterieur......15 Mistlampen, voor..........172 Overzicht instrumentenpaneel......12 Verlichting bagageruimte, beenruimte en Overzicht interieur..........11 achterklep............175 Overzicht voorzijde exterieur......10 Infoberichten.............71 Zijknipperlicht............171 Infodisplays............66 Algemene informatie..........66 Informatiecentrum...
Pagina 281
Index Klok..............69 Type 1................69 Type 2...............69 Oliepeilstaaf - 1,0 l EcoBoost....160 Knie-airbag............28 Oliepeilstaaf - 1,25 l Duratec-16V Koplamphoogte afstellen......54 (Sigma)............160 Aanbevolen schakelaarposities Oliepeilstaaf - 1,4 l Duratec-16V koplampafstelling...........54 (Sigma)............160 Oliepeilstaaf - 1,6 l Duratec-16V Ti-VCT (Sigma)............160 Oliepeilstaaf - 1,6 l Duratorq-TDCi (DV) Lekke band oppompen diesel ..............161 Zie: Set tijdelijke mobiliteit......182...
Pagina 282
Index Parkeerhulp ............123 Ruitensproeiers Werking..............123 Zie: Ruitenwissers en ruitensproeiers..48 Parkeerrem.............120 Ruitensproeiervloeistof controleren...........163 Alle auto's...............121 Ruitenwisserbladen controleren....163 Auto's met automatische Ruitenwisserbladen vervangen....163 transmissie............120 Auto's met handgeschakelde Wisserblad achterruit........164 versnellingsbak..........120 Wisserbladen voorruit........163 Passagiersairbag..........27 Ruitenwissers en ruitensproeiers.....48 ..................2 7 De passagiersairbag inschakelen....27 De passagiersairbag uitschakelen....27 Passief antidiefstalsysteem ......43 Set tijdelijke mobiliteit........182 Gecodeerde sleutels...........43...
Pagina 283
Index Specificatie-overzicht zekeringen..144 SYNC gebruiken met telefoon....227 Zekeringenkast in Bellen..............230 passagierscompartiment......147 Bluetooth-apparaten........236 Zekeringkast motorruimte......144 Een telefoongesprek beantwoorden...231 Spiegels Meer mobiele telefoons koppelen....228 Zie: Ruiten en spiegels........56 Mobiele telefoon voor het eerst Zie: Verwarmde ruiten en spiegels....88 koppelen............227 Spraakherkenning gebruiken....225 Spraakcommando's mobiele Een spraaksessie starten........225 telefoon............228 Handige tips............225...
Pagina 284
Index Trekhaak ............134 Verlichtingsbediening........51 Mechanisme van trekhaakkogel Grootlicht..............52 ontgrendelen...........135 Lichtsignaal............52 Met aanhanger rijden........135 Parkeerlichten............51 Onderhoud............137 Standen van de lichtschakelaar......51 Verlichting............51 Trekhaakkogel aanbrengen......135 Trekhaakkogel verwijderen......136 Algemene informatie...........51 Versnellingsbak/transmissie.....115 Zonder aanhanger rijden.........136 Trekken van een aanhanger.....134 Versnellingsbak Steile hellingen............134 Zie: Versnellingsbak/transmissie....115 Tripcomputer...........69 Verwarmde ruiten en spiegels....88 ..................69 Ruitverwarming............88...