Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Dataleiding (Dl-Bus); Elektrische Aansluiting - Technische Alternative UVR1611K-N-D Montagehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Elektrische aansluiting

Fabriekstesten hebben uitgewezen:
1) Stervormige aftakkingen van maximaal 10 meter veroorzaken geen beïnvloeding van de
overdracht.
2) Tot een maximale buslengte van 250 m en een overdrachtssnelheid van 50 kbit/s functioneert de
data-overdracht met een laag aantal CAN-knopen met de goedkoopste KNX-Buskabel J-Y(St)Y EIB
KNX 2x2x0,8 met een weerstand van 75 tot 90 Ohm foutloos.
3) Tot een maximale buslengte van 150m en weinig knooppunten kan ook de kabel CAT 5 24AWG
(typische ethernetkabel in PC-netwerken) worden gebruikt.
Een omschakeling van kabeltype met verschillende weerstanden is alleen door een scheiding met
een CAN-Busconverter toegestaan.
Dergelijke netwerken voldoen echter niet aan de gewenste specificaties. De Fa. Technische
Alternative GmbH kan daarom geen garantie geven op probleemloos functioneren bij gebruik van een
van de drie hierboven opgegeven mogelijkheden.

Dataleiding (DL-Bus)

Als dataleiding kan iedere kabel met een doorsnede van 0,75 mm² tot max. 30 m lengte worden
gebruikt. Voor langere afstanden adviseren wij het gebruik van een afgeschermde kabel. Lange, vlak
naast elkaar gemonteerde kabelgoten voor netspannings- en dataleidingen leiden ertoe, dat storingen
uit het net de dataleidingen beïnvloeden. Er wordt dus een minimale afstand van 20 cm tussen beide
kabelwegen of het gebruik van afgeschermde bekabeling aanbevolen. Bij het aansluiten van twee
regelaars op de dataconverter dienen separaat afgeschermde kabels te worden gebruikt. Worden er
afgeschermde kabels gebruikt, dan dient de afscherming met de sensormassa (GND) te worden
verbonden. Evenzo mag de DL niet met CAN via dezelfde kabel worden gebruikt.
Tevens mag de DL-Bus nooit met de CAN-Bus in dezelfde kabel worden gecombineerd.
De dataleiding wordt op de klemmen DL (A14) en sensormassa aangesloten.
Elektrische aansluiting
De aansluiting dient enkel door een vakman conform de plaatselijke richtlijnen te geschieden. De
sensorleidingen mogen niet met de netspanning tezamen in een kabel gecombineerd te worden
(norm, voorschrift). In een gemeenschappelijke kabelbaan dient voor een geschikte afscherming en
afscheiding te worden gezorgd.
Opmerking: Als beveiliging voor bliksemschade dient het elektrische systeem volgens voorschriften
geaard te zijn (overspanningsafleider). Sensoruitval door onweer cq. door elektrostatische lading zijn
meestal op ontbrekende of foutieve aarding of defecte overspanningsbeveiliging te herleiden.
Lange, vlak naast elkaar gemonteerde kabelgoten voor netspannings- en sensorleidingen leiden
ertoe, dat storingen uit het net de sensorleidingen beïnvloeden. Indien geen snelle signalen (bv.:
ultrasnelle sensor) worden overgegeven, kunnen deze storingen met behulp van de gemiddelde
waardemeting van de sensoringang eruit worden gefilterd. Er wordt desondanks een minimale
afstand van 5 cm tussen beide kabelwegen of het gebruik van afgeschermde bekabeling voor de
sensoren aanbevolen.
Let op: Werkzaamheden binnen in de console mogen alleen spanningsloos geschieden. Bij de
montage van het apparaat onder spanning is een beschadiging mogelijk.
Alle sensoren en pompen cq. kleppen zijn volgens hun nummering op het gekozen schema aan te
sluiten. In het netspanningsgedeelte zijn, met uitzondering van de voeding, diameters van 1 - 1,5 mm²
soepel aan te bevelen. Voor de aardingsaansluiting staat een klemrail ter beschikking. Deze kan
tijdens de montage worden verwijderd. Alle kabels kunnen direct na het aansluiten op de betreffende
aansluiting met een kram (= trekontlasting) gefixeerd worden. Hert verwijderen van krammen is alleen
met een zijkniptang mogelijk, waardoor er meer krammen zijn meegeleverd als benodigd. Na het
aansluiten van alle spanningsvoerende verbindingen (zonder aarde) dient de aardklem terug te
worden geplaatst en kunnen alle resterende (aardings-) verbindingen worden gemaakt.
Voor alle sensoren staat aan de laagspanningszijde slechts één massa-aansluiting (GND) ter
beschikking. Er bevindt zich bovenin de console een massaklemlijst, welke voor het aansluiten van de
sensoren dient te worden verbonden met de aansluitklem GND.
58

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Uvr1611s-n-dUvr 1611

Inhoudsopgave