8 Configuratie
OPMERKING
De instelling pekelbevriezingstemperatuur kan gewijzigd
worden en de uitlezing is ALLEEN juist in [A.6.9] Vriespunt
glycolwater na naar menu [A.8] Overzicht instellingen te
zijn gegaan.
Deze instelling kan ALLEEN worden gewijzigd en/of
opgeslagen en de uitlezing is ALLEEN juist als de
communicatie
tussen
compressormodule aanwezig is. De communicatie tussen
de hydromodule en de compressormodule wordt NIET
gegarandeerd en/of toepasbaar als:
▪ storing "U4" op de gebruikersinterface verschijnt,
▪ de warmtepompmodule is aangesloten op een
elektrische voeding met voorkeur kWhtarief wanneer
er een stroomonderbreking is en de elektrische voeding
met voorkeur kWhtarief ingeschakeld is.
[D00]
Backupverwarming
0 (standaard)
Gedwongen UIT
De besturing energieverbruik
OPMERKING
Tijdens periodes waarin heel veel capaciteit wordt
gevraagd (voorbeeld: de functie Dekvloer drogen), kan de
vermogenbeperking worden ingeschakeld overeenkomstig
de afmetingen van de pekelcollector.
Zie
"5 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen" op
pagina 9 voor meer informatie over deze functie.
Besturing energieverbruik
#
Code
Nvt
[408]
Modus:
▪ 0 (Geen beperking) (standaard):
Uitgeschakeld.
▪ 1 (Continu): Geactiveerd: U kunt één
vermogengrenswaarde (in A of kW)
instellen om aan te gegeven dat het
energieverbruik van het systeem
altijd tot deze waarde beperkt zal
worden.
▪ 2 (Digitale input): Geactiveerd: U
kunt
vermogengrenswaarden (in A of kW)
instellen om aan te gegeven dat het
energieverbruik van het systeem tot
deze waarden beperkt zal worden
wanneer
digitale input vraagt.
Nvt
[409]
Type:
▪ 0
grenswaarden worden in A ingesteld.
▪ 1 (Vermogen): De grenswaarden
worden in kW ingesteld.
Nvt
[505]
Waarde: Alleen van toepassing in het
geval van een voltijdse
vermogenbeperkingsmodus.
0~50 A, stap 1 A (standaard: 50 A)
Nvt
[509]
Waarde: Alleen van toepassing in het
geval van een voltijdse
vermogenbeperkingsmodus.
0~20 kW, stap 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Uitgebreide handleiding voor de installateur
56
de
hydromodule
en
de
Compressor
Gedwongen UIT
Beschrijving
tot
vier
verschillende
de
overeenstemmende
(Stroom)
(standaard):
De
#
Code
Amp.grensw v DI: Alleen van toepassing in het geval van een
vermogenbeperkingsmodus op basis van digitale inputs en op basis
van stroomwaarden.
Nvt
[505]
Grenswaarde DI1
0~50 A, stap 1 A (standaard: 50 A)
Nvt
[506]
Grenswaarde DI2
0~50 A, stap 1 A (standaard: 50 A)
Nvt
[507]
Grenswaarde DI3
0~50 A, stap 1 A (standaard: 50 A)
Nvt
[508]
Grenswaarde DI4
0~50 A, stap 1 A (standaard: 50 A)
kWgrenswaarde v DI: Alleen van toepassing in het geval van een
vermogenbeperkingsmodus op basis van digitale inputs en op basis
van vermogenwaarden.
Nvt
[509]
Grenswaarde DI1
0~20 kW, stap 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Nvt
[50A]
Grenswaarde DI2
0~20 kW, stap 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Nvt
[50B]
Grenswaarde DI3
0~20 kW, stap 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Nvt
[50C]
Grenswaarde DI4
0~20 kW, stap 0,5 kW (standaard:
20 kW)
De gemiddeldentimer
De gemiddeldentimer corrigeert de invloed van de schommelingen
van
de
omgevingstemperatuur.
weersafhankelijk instelpunt gebeurt op basis van de gemiddelde
buitentemperatuur.
Er wordt over een geselecteerde tijdsinterval een gemiddelde
genomen van de buitentemperatuur.
#
Code
[A.6.4]
[10A]
Gemiddeldentimer buitentemperaturen:
▪ Geen gemiddelde (standaard)
▪ 12 uren
▪ 24 uren
▪ 48 uren
▪ 72 uren
Pompwerking
De lokale instelling om de pomp te doen werken heeft alleen als
[F0D]=1 betrekking op de logica van de werking van pomp.
Wanneer de functie pompwerking gedeactiveerd is, wordt de pomp
stilgelegd als de buitentemperatuur hoger is dan de in [402]
ingestelde waarde. Wanneer de pompwerking geactiveerd is, kan de
pomp bij alle buitentemperaturen werken.
#
Code
Nvt
[F00]
Pompwerking:
▪ 0 (standaard): Uitgeschakeld als de
buitentemperatuur hoger dan [402] is.
▪ 1:
buitentemperaturen.
Daikin Altherma geothermische warmtepomp
Beschrijving
De
berekening
van
het
Beschrijving
Beschrijving
Mogelijk
voor
alle
EGSQH10S18AA9W
4P3517481B – 2014.03