Instelpunt voor aanvoerwatertemperatuur>55°C
Zodra het instelpunt voor de aanvoerwatertemperatuur >55 is, is Δt
geen constante meer die wordt bepaald door de lokale instelling
[909] (standaard 5K), maar lineair in functie van het instelpunt.
°C
14
4
55
65
Δt
Temperatuurverschil
T
Eindaanvoerwatertemperatuur (primair)
t
Instelpunt voor aanvoerwatertemperatuur>60°C
Tot instelpunt aanvoerwatertemperatuur 60°C kan de warmtepomp
deze
temperatuur
instelpunten aanvoerwatertemperatuur >60°C nodig hebt, zorgt de
backupverwarming voor de ondersteuning om de gewenste
temperatuur
te
bereiken.
upverwarmingen
is
ALLEEN
omgevingstemperatuur lager dan de evenwichtstemperatuur is.
T t
b
a
c
≤65
≤60
a
Water van warmteafgevers
b
Condensor
c
Aanvoerwater komende van condenser
d
Backupverwarming
e
Aanvoerwater
f
Waterdebiet
1
Door warmtepomp
2
Door backupverwarming
3
Temperatuurverschil
T
Eindaanvoerwatertemperatuur (primair)
t
Om het stroomverbruik te minimaliseren, probeert de warmtepomp
ALTIJD de maximale aanvoerwatertemperatuur van 60°C te
bereiken. Het resterende deel wordt door de backupverwarming
verzorgd.
De aanvoerwatertemperatuur: Aanpassen
Alleen van toepassing in het geval van een regeling via
kamerthermostaat. Wanneer de kamerthermostaatfunctie gebruikt
wordt, moet de gebruiker de gewenste kamertemperatuur instellen.
De unit zal warm water aan de warmteafgevers leveren en de kamer
zal verwarmd worden. Daarbij moet ook de gewenste
aanvoerwatertemperatuur geconfigureerd worden: wanneer de
aanpassing aangezet wordt, zal de unit de gewenste
aanvoerwatertemperatuur automatisch berekenen (op basis van
voorgeprogrammeerde temperaturen, als weersafhankelijk werd
geselecteerd, zal de aanpassing gebeuren op basis van de
gewenste weersafhankelijke temperaturen); wanneer de aanpassing
uitgezet wordt, kunt u de gewenste aanvoerwatertemperatuur op de
gebruikersinterface instellen. Bovendien wordt, met ingeschakelde
aanpassing, de gewenste aanvoerwatertemperatuur verlaagd of
verhoogd in functie van de gewenste kamertemperatuur en het
verschil tussen de werkelijke en de gewenste kamertemperatuur. Dit
resulteert in volgende zaken:
EGSQH10S18AA9W
Daikin Altherma geothermische warmtepomp
4P3517481B – 2014.03
Δt
T
t
verzorgen.
Als
Ondersteuning
door
de
back
mogelijk
wanneer
d
e
f
2
3
1
▪ stabiele kamertemperaturen die exact overeenkomen met de
gewenste temperatuur (hoger niveau van comfort)
▪ minder AAN/UITcycli (stiller, groter comfort en grotere
effectiviteit)
▪ zo laag mogelijke watertemperaturen om met de gewenste
temperatuur overeen te stemmen (grotere effectiviteit)
#
Code
[A.3.1.1.5]
[805]
Aanvoerwatertemperatuur: Afgiftesysteem
u
Alleen van toepassing in het geval van een regeling via
kamerthermostaat. Afhankelijk van het systeemwatervolume en het
type van warmteafgiftesystemen kan het langer duren om een ruimte
de
te verwarmen. Deze instelling kan een langzaam of een snel
verwarmingssysteem compenseren tijdens de verwarmcyclus.
Opmerking: De instelling van het afgiftesysteem zal invloed hebben
op
de
maximumaanpassing
aanvoerwatertemperatuur en de mogelijkheid om op basis van de
binnenomgevingstemperatuur automatisch tussen verwarming om te
schakelen.
Het is daarom belangrijk deze waarde correct in te stellen.
#
Code
[A.3.1.1.7]
[90B]
8.2.6
Het warm tapwater regelen
Alleen van toepassing wanneer een optionele tank voor warm
tapwater geplaatst werd.
De gewenste tanktemperatuur configureren
Het warm tapwater kan op 3 verschillende manieren bereid worden.
Deze manieren verschillen onderling door de manier waarop de
gewenste tanktemperatuur ingesteld wordt en hoe de unit hierop
reageert.
#
Code
[A.4.1]
[60D]
8 Configuratie
Beschrijving
Aangepaste AWT:
▪ Nee (standaard): uitgeschakeld.
Opmerking:
De
gewenste
aanvoerwatertemperatuur moet op
de
gebruikersinterface
worden.
▪ Ja: geactiveerd.
Opmerking:
De
gewenste
aanvoerwatertemperatuur kan alleen
op de gebruikersinterface gelezen
worden
van
de
Beschrijving
Afgiftesysteem:
Reactietijd van het systeem:
▪ 0 (Snel) (standaard)
Voorbeeld: Klein watervolume en
kleine ventilatorconvectoren.
▪ 1 (Langzaam)
Voorbeeld:
Groot
watervolume,
grote vloerverwarminglussen.
Beschrijving
Warm tapwater Instelpuntstand:
▪ 0
(Uitsl
warmhoudn):
warmhouden is toegestaan.
▪ 1 (Warmh + gprog) (standaard): De
tank voor warm tapwater wordt
opgewarmd volgens een programma
en tussen de geplande opwarmcycli,
het warmhouden is toegestaan.
▪ 2 (Uitsl geprog): De tank voor warm
tapwater kan ALLEEN volgens een
programma opgewarmd worden.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
ingesteld
gewenste
Enkel
47