Gebruiksaanwijzing DIAGNOdent display 2191
5 Bediening | 5.3 Displayhelderheid
5.3 Displayhelderheid
4 De helderheidstoets met een pennetje (diameter <2mm) ① indrukken.
ð De basishelderheid van het display kan op 3 helderheidsstanden worden in-
gesteld.
ð Bij het uitblijven van infraroodsignalen wordt het display verduisterd voor
energiebesparing.
ð Wanneer een toets wordt ingedrukt of signalen worden ontvangen schakelt
het display in op de vooringestelde helderheid.
5.4 Volume
4 De volumetoets met een pennetje (diameter <2mm) ① indrukken.
ð Het volume kan in 3 gradaties worden ingesteld of uitgeschakeld.
22 / 36