Pace modus wijzigen
8-8
Pace modus wijzigen
Als er pacepulsen worden afgegeven, moet u het pacen stoppen voordat u de
pace modus wijzigt, bijvoorbeeld:
Start
1. Druk op
Stop
2. Druk op
Modus
3. Pas, indien nodig, de frequentie aan.
Start
4. Druk op
Stop
5. Pas de output zo nodig aan om te zorgen dat het hart volgt.
Defibrilleren tijdens pacen
Als de patiënt tijdens het pacen gedefibrilleerd moet worden, volg dan de pro-
cedure voor defibrilleren in de manuele modus op pagina 6-3.
De pace functie wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u de defibrillator
laadt en het dialoogvenster voor pacen verdwijnt van het scherm. Na de ont-
lading blijft de pace functie uitgeschakeld.
Raadpleeg "Pacen" op pagina 8-5 om het pacen te hervatten. Bij het hervatten
blijven de instellingen (frequentie, modus en output) van kracht die vóór het
defibrilleren waren gekozen.
om het pacen te stoppen.
om de modus te wijzigen.
om het pacen te hervatten.
Pacen (optioneel)