The M4735A HeartStart XL SFDA(I)20043212740 Defibrillator/Monitor voldoet aan de Product standaarden nummer: Philips is niet aansprakelijk voor fouten eisen van de Medical Device Directive YZB/USA 2764-21 in het materiaal of voor enige directe of 93/42/EEC en draagt derhalve de indirecte schade, vervolgschade of markering.
Conventies In deze Gebruiksaanwijzing worden de volgende conventies gehanteerd: Deze meldingen beschrijven condities of handelingen die WAARSCHUWING persoonlijk letsel of levensgevaar kunnen opleveren. Deze meldingen beschrijven condities of handelingen die schade aan PAS OP de apparatuur of verlies van informatie kunnen veroorzaken. Deze meldingen geven aanvullende gebruiksinformatie.
Inhoud Introductie Overzicht ..........................1-2 Toepassing ..........................1-4 Defibrillatietherapie ......................1-4 Indicaties voor AED therapie ..................1-5 Contra-indicaties voor AED therapie ................1-5 Voorzorgen voor AED therapie ..................1-5 Indicaties voor manuele defibrillatietherapie ..............1-6 Contra-indicaties voor manuele defibrillatietherapie ............1-6 Voorzorgen voor manuele defibrillatietherapie ..............
Pagina 8
Inhoud Defibrilleren in de AED modus Overzicht ..........................3-3 Defibrillatie (met de standaard configuratie) ..............3-4 Defibrillatie (met een aangepaste configuratie) .............. 3-5 Voorbereiding ........................3-6 Defibrilleren .......................... 3-8 Automatische heranalyse Aan ..................3-14 Automatische heranalyse Uit ..................3-14 Pauzeren voor reanimatie ....................3-15 Ritmebewaking ........................
Pagina 9
Inhoud De sensorkabel aansluiten ..................... 5-7 Bewaking ..........................5-8 Alarmen instellen ........................5-9 Reageren op een alarm ......................5-9 De SpO2 bewaking beëindigen ................... 5-10 Onderhoud van de sensoren ....................5-10 Problemen oplossen ......................5-11 Defibrilleren in de manuele modus Het scherm van de manuele modus ..................
Pagina 10
Inhoud Pacen (optioneel) Bedieningsknoppen voor pacen .................... 8-2 Demand modus en vaste modus .................... 8-2 Bewaking tijdens pacen ......................8-3 Voorbereiding voor pacen ..................... 8-4 Pacen ............................. 8-5 Pace modus wijzigen ......................8-8 Defibrilleren tijdens pacen ....................8-8 Problemen oplossen ......................8-9 Opslaan, ophalen en printen Overzicht ..........................
Pagina 11
Inhoud Onderhoud van de HeartStart XL Gebruikscontroles ....................... 11-2 Voordat u begint ......................11-2 Elke dienst ........................11-3 Elke maand ........................11-3 Externe paddles gebruiken .................... 11-4 Pads gebruiken ......................11-5 Gebruik van interne paddles ..................11-7 Onderhoud van de batterij ....................11-8 Batterijen laden ......................
Pagina 13
Inhoud Beperkingen bij het gebruik ..................13-36 Emissies en immuniteit ..................... 13-37 Begeleiding en verklaring van de fabrikant ..............13-38 Aanbevolen in acht te nemen afstand ................. 13-44...
1 Introductie De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor is ontworpen om te voldoen aan uw eisen voor reanimatie en bewaking. Deze gebruiksaanwijzing ver- schaft de instructies voor veilig en juist gebruik, installatie, configuratie en onderhoud van de M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor. In dit hoofdstuk vindt u de algemene informatie die u zich eigen dient te maken voordat u de defibrillator/monitor in gebruik neemt.
Overzicht Overzicht De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor is een lichtgewicht, draag- bare, semi-automatische externe defibrillator. Hij biedt twee manieren van gebruik voor defibrilleren: Semi-Automatische Externe Defibrillatie (AED) modus Manuele modus Beide manieren werken met een lage-energie SMART bifasische curve voor defibrillatie.
Pagina 17
Overzicht De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor slaat automatisch kritieke voorvallen, zoals ontladingen en alarmgrensoverschrijdingen, op in het interne geheugen. Andere voorvallen die van belang zijn, kunt u voor opslag markeren. Voorvallen kunnen worden geprint op het moment dat zij plaatsvinden, maar u kunt ook een samenvatting van alle voorvallen printen. De De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor heeft ook de mogelijkheid gegevens en voorvallen op te slaan op een optionele HeartStart XL-compatibele datakaart (zie hoofdstuk 11 voor een lijst) om dit te kunnen...
Toepassing Toepassing De M4735A HeartStart XL moet worden gebruikt in de ziekenhuisomgeving door medisch personeel dat is getraind in de bediening van het apparaat en dat is gekwalificeerd door training in basale reanimatie, cardiopulmonale reani- matie en defibrilleren. Het apparaat moet worden gebruikt door, of op last van een arts.
M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor ver- minderd gevoelig zijn en mogelijk niet alle defibrilleerbare ritmes herkennen. Het Philips HeartStart XL AED algoritme is niet bedoeld voor kinderen LET OP jonger dan 8 jaar. Bij kinderen ouder dan 8 jaar, adviseert de American Heart Association om de standaard gebruiksprocedures voor AED's te volgen.
Defibrillatietherapie Indicaties voor manuele defibrillatietherapie Asynchrone defibrillatie is de initiële behandeling voor ventrikelfibrillatie en ventriculaire tachycardie, bij patiënten die geen pols hebben en niet reageren. Synchroon defibrilleren is een hulpmiddel bij het beëindigen van boezem fibrilleren. De SMART bifasische curve die wordt gebruikt in de M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor is klinisch getest om zijn effectiviteit te bewijzen bij cardioversie van boezem fibrilleren.
Niet-invasieve pacing therapie (optioneel) Niet-invasieve pacing therapie (optioneel) De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor biedt optioneel niet- invasieve transcutane pacing door afgifte van een monofasische, elektrische stimulus aan het hart. Deze stimulus is bedoeld om het hart te depolariseren en contractie van het myocard te laten plaatsvinden. De zorgverlener stelt de stroom in voor de stimulus en kiest ook de frequentie.
Veiligheidsoverwegingen Indicaties bewaking is bedoeld voor gebruik bij patiënten bij wie het zuurstofsatu- ratieniveau belangrijk is. Contra-indicaties Er zijn geen bekende contra-indicaties voor SpO Onder bepaalde omstandigheden kunnen de afgelezen waarden onnauwkeurig LET OP zijn. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij gebruik van puls-oxymeters in de volgende gevallen: hemoglobine die is verzadigd met iets anders dan zuurstof (zoals koolmonoxide), hypothermie, hypovolemie, patiëntbewegingen, nagellak en overmatig omgevingslicht.
Werkboek voor gebruikers van de M4735A HeartStart XL Defibrilla- tor/Monitor en de HeartStart XL User Training CD-ROM HeartStart XL User Training Video Bezoek onze website voor verdere informatie en training: www.medical.philips.com/cms. voor aanvullend trainingsmateriaal, zoals: AED Application Note Concept Guide Pacing Application Note...
2 Aan de slag Gefeliciteerd met de aanschaf van uw HeartStart XL! Dit hoofdstuk bevat een overzicht van de knoppen en het scherm van uw nieuwe defibrillator/monitor. De HeartStart XL wordt geleverd met de noodzakelijke kabels. In dit hoofd- stuk leest u hoe u uw HeartStart XL in enkele eenvoudige stappen gebruiksk- laar maakt: Aansluiten op de stroombron De batterij plaatsen...
Overzicht Overzicht Deze sectie bevat een overzicht van de knoppen, aansluitingen en het scherm van de HeartStart XL. De verschillende functies van de knoppen worden eve- neens besproken. Basis layout De afbeelding toont de verschillende knoppen, de aansluitingen voor patiëntk- abels en de plaatsen voor de batterij en de datakaart.
Pagina 27
Overzicht Figuur 2-2 HeartStart XL (achterzijde) Printer ECG connector connector ECG uitgang Sync Voeding Als uw HeartStart XL niet beschikt over de opties SpO of Pacen, kunt u deze LET OP knoppen en de informatie in deze sectie negeren. M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor...
Pagina 28
Overzicht Knoppen voor defibrillatie De knoppen voor defibrillatie bestaan uit een Energiekeuze knop en een serie functietoetsen voor het uitvoeren van de functies die als label boven elke toets staan. Deze knoppen worden zowel in de AED modus als de manuele modus gebruikt.
Overzicht Knoppen voor printen Op de knoppen staat vermeld wat er wordt geprint: ECG gegevens, defibrillatievoorvallen en gemarkeerde voorval- Strook len (real-time of met vertraging van 6 seconden, afhankelijk van de configuratie). Druk op de knop om te beginnen met printen. Nogmaals indrukken om het printen te stoppen.
Overzicht Knoppen op het scherm Kan zowel de manuele modus als de AED modus activeren. In de stand AED Aan wordt de AED modus geactiveerd. In de stand Manueel Aan worden de manuele modus, gesynchroni- seerd cardioverteren en pacen (optioneel) geactiveerd. Knop onder het scherm (uiterst links) die gesynchroniseerd car- dioverteren activeert bij indrukken in manuele modus.
Overzicht Layout van het scherm De figuren hieronder tonen de layout van het scherm in: AED modus, met ECG en SpO bewaking ingeschakeld. AED modus, met ECG en SpO bewaking uitgeschakeld. Manuele modus. De functies voor ECG en SpO bewaking in de AED modus kunnen onaf- LET OP hankelijk van elkaar worden in- en uitgeschakeld in de configuratie.
Pagina 32
Overzicht Figuur 2-5 Layout van scherm in AED modus (ECG en SpO uitgeschakeld) Systeemmelding Tijdelijke melding ECG amplitude Gebruikersmelding 150J Huidige lading Ontlading: 0 Ontladingen 00:15:02 Incidentklok Defibrillatie- PAUZE ANALYSEER ONTLADEN functietoetsen Gebruikersmeldingen vormen een aanvulling op de gesproken meldingen en geleiden u door het defibrillatieproces.
Aansluiten op de stroombron Figuur 2-6 Layout van het scherm in manuele modus Getoonde afleiding waarde AFL. SPO2 SPO2 HF ALARM KIEZEN AAN/UIT ALARM Hart- alarm frequentie Afl.IIs Pleth balk HF alarm Pols 130 Polsfrequentie Systeemmelding Tijdelijke melding ECG amplitude 114J Huidige lading Ontladingen...
Aansluiten op de stroombron De batterij plaatsen Schuif de batterij in de houder, zoals aangegeven in Figuur 2-7. Druk vervol- gens op de batterij totdat u een duidelijke klik hoort. Figuur 2-7 De batterij plaatsen 2-10 Aan de slag...
Aansluiten op de stroombron De batterij verwijderen Als u de batterij uit de HeartStart XL wilt verwijderen, moet u op de zwarte knop achter de batterijhouder drukken en de batterij omhoog trekken (zie Figuur 2-8). Figuur 2-8 De batterij verwijderen M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor 2-11...
Aansluiten op de stroombron Melding Batterij leeg De melding Batterij leeg verschijnt als de batterij bijna leeg is en opnieuw moet worden geladen. De batterij heeft nog voldoende capaciteit voor ongeveer tien minuten bewaking en vijf schokken, voordat de HeartStart XL zichzelf uitschakelt.
Voortgaand gebruik Voortgaand gebruik Zodra een patiëntenvoorval gestart is, wordt het Voortgaand Gebruik kenmerk geactiveerd. Dit kenmerk zorgt ervoor dat dezelfde patiënt continu verzorgd kan worden, doordat de instellingen en het patiëntenrecord behouden blijven, zoelfs wanneer de HeartStart XL minder dan 2 minuten wordt uitgeschakeld, zoals nodig voor het verwisselen van een batterij, of wisselen tussen AED en Manueel gebruik.
Gebruik uitsluitend een HeartStart XL-compatibele datakaart (zie hoofdstuk PAS OP 11 voor een lijst). Deze kaarten zijn speciaal geformatteerd om met uw Philips defibrillator te werken. Gewone kaarten, of andere types (zoals modem kaarten) zullen niet functioneren en kunnen zorgen dat de defibrillator niet goed werkt.
Gebruik van een datakaart (optioneel) Een datakaart plaatsen Ga als volgt te werk om een datakaart te plaatsen: 1. Zorg dat de HeartStart XL uitgeschakeld is. 2. Druk op de vergrendeling om de klep van het compartiment te openen. 3. Als het compartiment al een datakaart bevat, druk dan op de zwarte knop links van de kaart om de kaart eruit te laten springen (zie Figuur 2-9).
Gebruik van een datakaart (optioneel) Een datakaart verwijderen Om een datakaart te verwijderen gaat u als volgt te werk: 1. Zorg dat de HeartStart XL uitgeschakeld is, (wacht 2 seconden). 2. Druk op de zwarte uitwerpknop (zie Figuur 2-10). 3. Trek de datakaart uit het compartiment. Figuur 2-10 Een datakaart verwijderen Uitwerpknop 2-16...
3 Defibrilleren in de AED modus De AED modus van de HeartStart XL is ontworpen om u door de standaard algoritmes voor de behandeling van hartstilstand (cardiac arrest) te leiden, inclusief de algoritmes van de American Heart Association en de European Resuscitation Council.
Pagina 42
Figuur 3-1 AED modus – overzicht Als de patiënt: niet reageert niet ademt geen pols heeft Pads opplakken Datakaart plaatsen (Optioneel) Energiekeuze knop draaien naar AED Aan Zodra gevraagd: ANALYSEER Druk op NIET defibrilleren Advies defibrilleer Druk, zo nodig, op PAUZE Druk op ONTLADEN...
Overzicht Overzicht Figuur 3-1 toont een overzicht van het defibrillatieproces in de AED modus. Het proces begint nadat u: hebt geconstateerd dat de patiënt niet reageert, niet ademt en geen pols heeft, de defibrillatie hebt voorbereid door de pads en kabels aan te sluiten, een datakaart hebt geplaatst (indien gewenst) en de Energiekeuze knop op AED Aan hebt gezet.
Overzicht Hoe het defibrillatieproces verloopt, hangt af van de configuratie van de HeartStart XL. Deze wordt hieronder beschreven. Defibrillatie (met de standaard configuratie) In de standaard configuratie verloopt het defibrillatieproces als volgt: Draai de Energiekeuze knop in de stand AED Aan. Figuur 3-2 Energiekeuze knop Manueel Aan AED Aan...
Overzicht Defibrillatie (met een aangepaste configuratie) De parameters die u voor de AED modus kunt configureren worden uitge- breid besproken in hoofdstuk 10. Er zijn drie parameters die een belangrijke rol spelen in het defibrillatieproces: Apparaat start met analyse - start ECG analyse wanneer de HeartStart XL aan wordt gezet.
Voorbereiding Voorbereiding Als de patiënt: niet reageert niet ademt en geen pols heeft Dan: 1. Breng de multifunctionele defib elektrodepads op de patiënt aan zoals aangegeven op de verpakking. Gebruik de anterior-anterior elektrodep- laatsing. 2. Sluit de pads aan op de pads patiëntkabel, zoals getoond in Figuur 3-3. 3.
Pagina 47
Voorbereiding Impedantie is de weerstand tussen de defibrillator pads of paddles, die de LET OP defibrillator moet overbruggen om een effectieve ontlading van energie af te geven. De groote van de impedantie verschilt van patiënt tot patiënt en wordt beïnvloed door diverse factoren zoals, aanwezigheid van borsthaar, vocht en huidsmeersels of poeders.
Defibrilleren Defibrilleren Volg de gesproken instructies en de instructies op het scherm die u door de volgende stappen leiden: 1. Draai de Energiekeuze knop in de stand AED Aan. In deze eerste stap van het defibrillatieproces controleert de HeartStart XL of de pads patiëntkabel en de pads zijn aangesloten.
Pagina 49
Defibrilleren Zodra de kabel is aangesloten controleert de HeartStart XL of de pads goed contact maken met de huid van de patiënt. Dit wordt gedaan door de elektrische weerstand tussen de twee pads te meten. Als de pads niet zijn aangebracht, of slecht contact maken met de patiënt, wordt u gevraagd: Pads aanbrengen en Verbindingen controleren.
Defibrilleren 2. Indien gevraagd, druk op ANALYSEER Als apparaat-geïnitieerde analyse uit staat, zal de HeartStart XL het ritme bewaken, op voorwaarde dat Ritmebewaking aan staat. De HeartStart XL vraagt u om op te drukken als er een potentieel defibrilleerbaar ANALYSEER ritme is gedetecteerd.
Pagina 51
Defibrilleren Als apparaat-geïnitieerde analyse aan staat, hoeft u niet op ANALYSEER drukken; de ECG analyse begint automatisch. Figuur 3-7 Analyseer AFL. SpO2 ALARM KIEZEN AAN/UIT Pads Analyseert Patiënt niet aanraken Ontlading: 0 00:00:08 STOP ANALYSE Aanraken of transport van de patiënt tijdens ECG analyse kan leiden tot een incor- WAARSCHUWING recte of vertraagde diagnose.
Pagina 52
Defibrilleren 3. Als "Niet defibrelleren" het advies is Als er een niet-defibrilleerbaar ritme is gedetecteerd, zal de melding Niet defibrilleren, controleer patiënt, verschijnen. U wordt dan opgedragen om op te drukken en, zo nodig met CPR te starten (zie pagina 3-15). PAUZE Figure 3-8 Advies NIET defibrilleren AFL.
Pagina 53
Defibrilleren 4. Als het "Advies defibrilleer" is Als een defibrilleerbaar ritme gedetecteerd is, zal de melding Advies defibrilleer verschijnen. Analyse stopt en de HeartStart XL laadt automatisch op naar 150J. Laden gaat vergezeld van een oderbroken laden toon Figuur 3-9 Laden AFL.
Defibrilleren Defibrillatiestroom kan letsel veroorzaken bij de gebruiker of omstanders. Raak de WAARSCHUWING patiënt, of op de patiënt aangesloten apparaten, niet aan tijdens het defibrilleren. De defibrillator zorgt dat de lading automatisch wegvloeit als u niet binnen 30 seconden op de knop drukt.
Pauzeren voor reanimatie Pauzeren voor reanimatie Na defibrilleren, of als het adies niet defibrilleren is, geeft de HeartStart XL aan: Indien nodig Druk op PAUZE en reanimeer: Figuur 3-12 Druk op PAUZE AFL. SpO2 ALARM KIEZEN AAN/UIT Pads Indien nodig Druk op PAUZE en reanimeer Ontlading: 1...
Pagina 56
Pauzeren voor reanimatie Figuur 3-13 Pauze AFL. SpO2 ALARM KIEZEN AAN/UIT Pads Pauze Verlopen tijd Totale pauzetijd Ontlading: 3 Pauzetijd: 21 / 120 00:01:40 ANALYSEER HERVATTEN De Pauze status eindigt als de Pauze klok de geconfigureerde duur van de pauze heeft bereikt, of als u op drukt.
Ritmebewaking Ritmebewaking Als de HeartStart XL niet bezig is met analyseren of defibrilleren, of gep- auzeerd is, waarschuwt Ritmebewaking voor potentieel defibrilleerbare rit- mes (op voorwaarde dat Ritmebewaking in ingesteld op de standaard configuratie Aan). De melding Ritmebewaking verschijnt op het scherm om aan te geven dat de functie is geactiveerd en blijft staan gedurende de periode dat er wordt bewaakt.
Pagina 58
Ritmebewaking Als Ritmebewaking een defibrilleerbaar ritme detecteert, verschijnt de vol- gende melding: Figuur 3-15 Defibrilleerbaar ritme HF ALARM AFL. SpO2 KIEZEN AAN/UIT Pads Controleer patiënt druk bij afwezige pols op ANALYSEER Ontlading 3 00:00:55 ANALYSEER PAUZE Deze melding wordt periodiek herhaald (volgens de configuratie), totdat er op ANALYSEER wordt gedrukt.
ERC protocol ERC protocol De HeartStart XL kan geconfigureerd worden voor ondersteuning van de European Resuscitation Council (ERC) richtlijnen voor Resuscitatie (2005). Als Europees protocol bij de configuratie Aan is gezet, blijft het defibrillatie- proces zoals in dit hoofdstuk beschreven, met uitzondering van de werking van de pauzefunctie (zie “Pauzeren voor reanimatie”...
Pagina 60
ERC protocol Druk op als reanimatie noodzakelijk is. Tijdens de pauze geeft en klok PAUZE de verlopen tijd aan en de totale duur van de pauze (zie afbeelding): Figuur 3-17 Pauze-weergave HF ALARM AFL. SpO2 KIEZEN AAN/UIT Pads Pauze Verlopen tijd Totale pauzetijd Pauzetijd: 35 / 120 Ontladingen: 3...
Problemen oplossen Problemen oplossen Als de HeartStart XL een probleem detecteert, bieden zowel de stem als het scherm assistentie om het probleem op te lossen. In de tabel hieronder ziet u welke meldingen u in de AED modus kunt verwachten en wat u moet doen om het probleem op te lossen.
Pagina 62
Problemen oplossen Tabel 3-1 Problemen oplossen in de AED modus (vervolg) Melding Mogelijke oorzaak Oplossing NIET Slecht huidcontact; pads zijn Controleer de aansluiting van de niet goed op de patiënt aange- pads. gedefibril- bracht. Minimale beweging leerd van de patiënt is in deze situatie mogelijk als de defibrillator probeert een schok af te geven.
4 ECG bewaking Dit hoofdstuk bevat informatie over: het aanbrengen van de elektroden voor de bewaking, het selecteren van de juiste afleiding, het instellen en uitschakelen van het hartrfrequentie (HF) alarm, en het aanpassen van de ECG grootte. Raadpleeg de aanwijzingen op de verpakking voor informatie over het aan- brengen van multifunctionele defib elektrodepads.
Overzicht Overzicht De HeartStart XL kan worden gebruikt voor korte- of langetermijn ECG bewaking. U kunt de functie ECG bewaking op twee manieren gebruiken: met multifunctionele defib elektrodepads, of met 3- of 5-draads ECG elektroden (zoals geconfigureerd). Als de HeartStart XL wordt aangezet verschijnt het opgenomen ECG op het display.
De ECG patiëntkabel aansluiten De ECG patiëntkabel aansluiten Ga als volgt te werk om een 3- of 5-draads ECG patiëntkabel aan te sluiten: 1. Steek de kabelplug (met de uitsparing) in de ECG ingangsconnector, zoals getoond in Figuur 4-1. 2. Druk de kabelplug stevig in de ECG ingangsconnector, totdat het witte gedeelte niet meer zichtbaar is.
Bewakingselektroden aanbrengen Bewakingselektroden aanbrengen Het zorgvuldig op de juiste plaatsen aanbrengen van elektroden is essentieel voor betrouwbare bewaking. Goed contact tussen de elektrode en de huid reduceert de effecten van bewegingsartefacten en signaalinterferentie. Zorg dat de elektroden geen contact maken met andere geleidende materialen, met WAARSCHUWING name wanneer u de elektroden op de patiënt aanbrengt of verwijdert.
Bewakingselektroden aanbrengen Elektrodeplaatsing Figuur 4-2 toont de gebruikelijke elektrodeplaatsing voor extremiteitsafleidin- gen bij een 3- of 5-draads patiëntkabel. De C elektrode van de 5-draads kabel kan op een precordiale plaats (C1 tot en met C6) worden geplakt, zoals getoond in Figuur 4-3. Figuur 4-2 Elektrodeplaatsing voor extremiteitsafleidingen IEC labels R - Rechts...
Pagina 68
Bewakingselektroden aanbrengen Figuur 4-3 Precordiale elektrodeplaatsing Elektrode Locatie vierde intercostale ruimte, op rechter sternumrand vierde intercostale ruimte, op linker sternumrand midden tussen C2 en C4 vijfde intercostale ruimte, op linker midclaviculairlijn zelfde hoogte als C4, op anterior axilairlijn zelfde hoogte als C4, op linker midaxilairlijn Tabel 4-2 5-draads ECG afleidingsvorming Afleiding...
Bewakingselektroden aanbrengen Gebruik van externe ECG monitoren Een externe Philips (Agilent of Hewlett-Packard) monitor kan aangesloten worden op de HeartStart XL om een ECG signaal tussen de twee apparaten uit te wisselen. Een synckabel zorgt dan voor de verbinding. Om een ECG signaal van: een externe monitor op de HeartStart XL te verkrijgen 1.
De afleiding kiezen De afleiding kiezen Welke bewakingsafleidingen beschikbaar zijn, hangt af van de configuratie van het apparaat: Tabel 4-3: Afleidingskeuze mogelijkheden Mogelijkheden voor afleidingskeuze: Indien geconfigureerd voor: Paddles, Pads, Afl. I, Afl. II, Afl. III 3-draads ECG kabel Paddles, Pads, Afl. I, Afl. II, Afl. III, 5-draads ECG kabel aVR, aVL, aVF, Afl.
Pagina 71
De afleiding kiezen Als u naar een andere V afleiding wilt gaan, moet u de elektrode verplaatsen LET OP AFL. in plaats van op de functietoets te drukken. KIEZEN Figuur 4-5 ECG bewaking in manuele modus SpO2 AFL. Hf ALARM KIEZEN AAN/UIT Pads...
Het hartfrequentie alarm instellen Het hartfrequentie alarm instellen De berekende hartfrequentie (aantal gedetecteerde QRS complexen per min- uut) wordt weergegeven onder de functietoets , naast het . De HF ALARM hartfrequentie wordt opgegeven als het aantal QRS complexen dat in een min- uut is gedetecteerd.
Het HF alarm uitschakelen Het HF alarm uitschakelen Als de hartfrequentie buiten de HF grenzen komt, klinkt er een alarm. Druk HF ALARM om het alarm uit te schakelen. Het symbool verschijnt om aan te geven dat het alarm is uitgeschakeld. De ECG grootte aanpassen Als u het ECG groter of kleiner wilt maken, drukt u op op de...
Problemen oplossen Problemen oplossen Tabel 4-5 bevat tips voor het oplossen van problemen bij ECG bewaking. Tabel 4-5 Problemen bij ECG bewaking oplossen Probleem Oorzaak Oplossing Elektroden los De bewakings-elek- Zorg dat de bewakings- troden zijn niet aange- elektroden juiste worden melding bracht of maken slecht aangebracht.
Pagina 75
Problemen oplossen Probleem Oorzaak Oplossing QRS volume Geen geluid Pas het volume aan. Te zacht Controleer de configu- ratie. Te hard QRS pieper is De QRS pieper is bij de Zorg dat de QRS pieper onhoorbaar of configuratie Uit gezet. bij de configuratie Aan geeft niet bij elk wordt gezet.
5 SpO bewaking Dit hoofdstuk bevat informatie over: de werking van puls-oxymetrie, het kiezen en aanbrengen van de juiste sensor, bewaking, bewaking beëindigen. M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor...
Inleiding Inleiding Puls-oxymetrie is een niet-invasieve methode om continu de zuurstofsaturatie (SpO ) in arterieel bloed te meten. De resulterende SpO waarde geeft het percentage van de hemoglobinemoleculen in het arteriële bloed dat verzadigd is met zuurstof. SpO bewaking is één van de beschikbare hulpmiddelen die helpen bij het onderzoek naar de cardiale en respiratoire systemen van de patiënt.
Hoe werkt puls-oxymetrie? Hoe werkt puls-oxymetrie? Een puls-oxymetrie sensor zendt licht door weefsel van de patiënt naar een detector aan de andere kant van de sensor. Zoals Figuur 5-1 laat zien, sturen lichtgevende dioden rood en infrarood licht door een perifeer deel van het lichaam, bijvoorbeeld een vinger.
Een sensor kiezen Een sensor kiezen Tabel 5-1: toont de SpO sensoren die kunnen worden gebruikt met de Heart- Start XL. Tabel 5-1: Goedgekeurde sensoren Gewicht Sensor Type Patiënt Ideale plaats patiënt M1191A Duurzaam Volwassene > 50 kg Vinger M1192A Duurzaam Kleine vol- 15-50 kg...
Een sensor kiezen De belangrijkste factor bij het kiezen van een sensor is de positie van de licht- cel in relatie tot de fotodetector. Zorg er bij het aanbrengen van een sensor voor dat de dioden en de fotodetector zich recht tegenover elkaar bevinden. Sensoren zijn ontworpen voor patiënten met een specifiek gewicht en voor specifieke plaatsen van het lichaam.
De sensor aanbrengen De sensor aanbrengen Volg de richtlijnen van de fabrikant voor het aanbrengen en gebruiken van de sensor. Let vooral op eventuele waarschuwingen. Zo verkrijgt u de beste resultaten: Zorg dat de sensor droog is. Maak de sensorkabel losjes vast als de patiënt beweegt. Vermijd overmatige druk op de sensorplaats en let erop dat de circu- latie niet wordt belemmerd.
De sensorkabel aansluiten De sensorkabel aansluiten Sluit de sensorkabel als volgt aan: 1. Houd de connector met de vlakke kant naar boven zodat het bestelnum- mer zichtbaar is. 2. Steek de connector in de opening en druk totdat het blauwe deel van de connector niet langer zichtbaar is.
Bewaking Bewaking Voer de SpO bewaking als volgt uit: 1. Draai de Energiekeuze knop in de stand AED Aan of Manueel Aan als de HeartStart XL niet aan staat. 2. Breng de juiste sensor bij de patiënt aan. 3. Controleer of de sensorkabel juist is aangesloten op de HeartStart XL. 4.
Alarmen instellen Alarmen instellen U kunt een alarm instellen om te worden gewaarschuwd als de SpO waarde onder een opgegeven ondergrens komt. De keuzen voor de ondergrens van het alarm zijn: (geen alarm), 90, 85 of 80. De bovengrens is standaard ingest- eld op 100 en kan niet worden gewijzigd.
De SpO2 bewaking beëindigen De SpO bewaking beëindigen AAN/UIT Druk éénmaal op. om SpO bewaking uit te schakelen. toets en gerelateerde informatie zal verdwijnen. ALARM Figuur 5-5 SpO bewaking Uit SpO2 AFL. HF ALARM KIEZEN AAN/UIT Pads Ritmebewaking Ontlading: 3 00:00:49 ANALYSEER ANALYSEER...
Problemen oplossen Problemen oplossen Tabel 5-2 bevat systeemmeldingen die kunnen verschijnen tijdens de SpO bewaking. Tabel 5-2: Problemen oplossen bij bewaking van SpO Probleem/melding Mogelijke oorzaak Oplossing pulseert niet De pols is niet aanwezig Controleer of de sen- of te zwak voor detectie. sor juist is aange- bracht.
Pagina 88
Problemen oplossen Tabel 5-2: Problemen oplossen bij bewaking van SpO 2 (vervolg) Probleem/melding Mogelijke oorzaak Oplossing lichtinterf. Er is zoveel omgev- Bedek de sensor met ingslicht dat de sensor ondoorzichtig materi- geen SpO waarde kan aal. Controleer de sensor verkrijgen. op beschadiging;...
6 Defibrilleren in de manuele modus In de manuele modus beoordeelt u het ECG, besluit u of defibrilleren nodig is, kiest u het energieniveau, laadt u het apparaat en geeft u de ontlading af. U hebt het hele defibrillatieproces zelf onder controle. Er zijn geen verbale aan- wijzingen, maar er verschijnen wel systeemmeldingen en tijdelijke meldingen met relevante informatie over het proces.
Het scherm van de manuele modus Het scherm van de manuele modus Figuur 6-1 toont de belangrijkste elementen van het scherm van de manuele modus. Anders dan in de AED modus, hebt u in de manuele modus toegang tot gesynchroniseerde cardioversie en zelfgekozen energieniveaus. Figuur 6-1 Manuele modus Sp02 SpO2...
Defibrilleren in de manuele modus Defibrilleren in de manuele modus In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u asynchrone defibrillatie in de manuele modus voorbereidt met behulp van multifunctionele defib elektrodepads of externe of interne paddles. Defibrillatie in de manuele modus wordt altijd uitgevoerd met behulp van LET OP paddles of pads.
Defibrilleren in de manuele modus 5. Breng geleidende pasta aan. Verspreid de pasta niet door de paddles over elkaar te wrijven. Onjuist gebruik LET OP resulteert in een "Paddles aanwezig" voorval (dat in het Resumé wordt vast- gelegd) en kan de paddles beschadigen. 6.
Defibrilleren in de manuele modus Multifunctionele defib elektrodepads gebruiken Voer de volgende stappen uit ter voorbereiding van manuele modus defibril- latie met pads: 1. Plaats, indien nodig, een datakaart (zie “Gebruik van een datakaart (optioneel)” op pagina 2-14). 2. Zet de Energiekeuze knop in de stand Manueel Aan. 3.
Defibrilleren in de manuele modus Gebruik van interne paddles met schakelaar Voer de volgende stappen uit ter voorbereiding van manueel defibrilleren met interne paddles met schakelaar: 1. Plaats, indien nodig, een datakaart (zie “Gebruik van een datakaart (optioneel)” op pagina 2-14). 2.
Pagina 95
Defibrilleren in de manuele modus Voor pediatrie patiëntjes dient de clinicus een verantwoord energieniveau te kiezen. WAARSCHUWING The HeartStart XL heeft een ingebouwde beperking tot 50 Joules wanneer er WAARSCHUWING interne paddles gebruikt worden. M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor...
Defibrilleren in de manuele modus Gebruik van interne paddles zonder schakelaar Voer de volgende stappen uit ter voorbereiding van manueel defibrilleren met interne paddles zonder schakelaar: 1. Plaats, indien nodig, een datakaart (zie “Gebruik van een datakaart (optioneel)” op pagina 2-14). 2.
Defibrilleren in de manuele modus Defibrillatieprocedure Voer na het voorbereiden van de defibrillatie in de manuele modus de vol- gende stappen uit. 1. Energie kiezen Kies het juiste energieniveau door de Energiekeuze knop naar het gewenste niveau te draaien (zie Figuur 6-5). De energiekeuzen variëren van 2 tot 200 joules;...
Defibrilleren in de manuele modus 2. Laden Druk op of de Laden knoppen op de paddles. LADEN Terwijl de defibrillator wordt geladen, wordt de huidige lading boven de defibteller weergegeven (indien bij de configuratie Aan gezet), zoals getoond in Figuur 6-6. Er klinkt een onderbroken pieptoon totdat het gewenste energieniveau is bereikt.
Defibrilleren in de manuele modus 3. Ontladen Controleer of ontladen nog steeds moet en dat de defibrillator zijn gekozen energieniveau bereikt heeft. Zorg dat niemand de patiënt of iets dat op de patiënt is aangesloten aanraakt. Roep luid en duidelijk "Uit de weg!" Druk bij gebruik van pads of interne paddles zonder schakelaar op om een ontlading aan de patiënt af te geven.
Naar de AED modus gaan Naar de AED modus gaan Om vanuit de manuele modus naar de AED modus te gaan, hoeft u alleen de Energiekeuze knop van Manueel Aan naar AED Aan te draaien. In de AED modus zijn ECG en/of SpO bewaking standaard ingeschakeld.
7 Gesynchroniseerd cardioverteren Dit hoofdstuk beschrijft hoe u gesynchroniseerd kunt defibrilleren met de HeartStart XL. Gesynchroniseerde cardioversie is een functie van de manuele modus waarmee u de defibrillatorontlading kunt synchroniseren met de R-top van het ECG dat wordt bewaakt. Voor het uitvoeren van gesynchroniseerde cardioversie moet u een manier kiezen om het ECG te bewaken en om een gesynchroniseerde ontlading af te geven.
3- of 5-draads kabel, of met externe paddles. Bovendien kunt u ook een externe ECG monitor van Philips (Agilent of Hewlett-Packard) gebruiken. Kies de beste afleiding (met het grootste QRS complex) om het ECG te bewaken.
3- of 5-draads ECG kabel gebruiken Voer de volgende stappen uit ter voorbereiding van gesynchroniseerde cardio- versie met 3- of 5-draads ECG kabel: 1. Plaats, indien nodig, een datakaart (zoals beschreven in “Gebruik van een datakaart (optioneel)” op pagina 2-14). 2.
Externe paddles gebruiken Voer de volgende stappen uit ter voorbereiding van gesynchroniseerde cardio- versie met behulp van externe paddles: 1. Plaats, indien nodig, een datakaart (zoals beschreven in “Gebruik van een datakaart (optioneel)” op pagina 2-14). 2. Zet de Energiekeuze knop in de stand Manueel Aan. AFL.
Externe ECG monitoren gebruiken Een externe Philips (Agilent of Hewlett-Packard) monitor kan aangesloten worden op de HeartStart XL om een ECG signaal te verzenden of te ontvan- gen tussen de twee apparaten. Er wordt dan een externe 'Sync' kabel gebruikt voor de verbinding.
Een gesynchroniseerde ontlading afgeven Een gesynchroniseerde ontlading afgeven Voer de volgende stappen uit nadat u de juiste voorbereiding voor de gesyn- chroniseerde cardioversie hebt getroffen: 1. Druk op onder Sync Aan/Uit om de modus Sync in te schakelen. De melding SYNC verschijnt op het scherm. 2.
Pagina 107
Een gesynchroniseerde ontlading afgeven Indien gewenst, kunt u het gekozen energieniveau verhogen of verlagen nadat u op hebt gedrukt door de Energiekeuze knop naar het LADEN nieuwe niveau te draaien. De defibrillator laadt automatisch op tot het nieuwe energieniveau. Wacht tot het gekozen niveau bereikt is voordat u verdergaat.
Extra gesynchroniseerde ontladingen afgeven Extra gesynchroniseerde ontladingen afgeven Ga als volgt te werk als het noodzakelijk is om extra gesynchroniseerde ont- ladingen af te geven: 1. Controleer of de Sync modus nog actief is, dit wordt ook aangegeven door de melding Sync op het scherm. 2.
Pagina 109
8 Pacen (optioneel) Niet-invasief transcutaan pacen is een functie van de manuele modus die gebruikt wordt om pacepulsen aan het hart toe te dienen. Pacepulsen worden afgegeven via de multifunctionele defib elektrodepads die op de borst van de patiënt zijn aangebracht. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de pacerfunctie van de HeartStart XL kunt gebruiken.
Bedieningsknoppen voor pacen Bedieningsknoppen voor pacen In de manuele modus worden de volgende bedieningsknoppen voor pacen getoond op het handvat van de HeartStart XL: Figuur 8-1 Pacing knoppen (alleen manuele modus) Demand modus en vaste modus De HeartStart XL kan zowel in een demand modus als in een vaste modus pacepulsen afgeven.
Bewaking tijdens pacen Bewaking tijdens pacen Multifunctionele defib elektrodepads kunnen niet tegelijk worden gebruikt voor ECG bewaking en het afgeven van pacepulsen. De HeartStart XL gebruikt altijd een 3- of 5-draads kabel met bewakingselektroden als bron voor het ECG tijdens pacen. In demand modus moeten er ECG elektrodes worden gebruikt omdat de HeartStart XL aan de hand van de R-top uit deze bewakingsbron bepaalt of er een pacepuls moet worden afgegeven.
Voorbereiding voor pacen Voorbereiding voor pacen Voer de volgende stappen uit ter voorbereiding van het pacen: 1. Breng de multifunctionele defib elektrodepads aan zoals aangegeven op de verpakking. Gebruik de anterior-anterior of anterior-posterior plaatsing. 2. Sluit de pads aan op de patiëntkabel (zie Figuur 6-3). 3.
Pacen Pacen Voer de volgende stappen uit om te pacen: 1. Druk op Pacer . Het groene lampje naast Pacer gaat branden en er verschijnt een dialoogvenster op het scherm. Figuur 8-2 Pacen met ECG bewakingselektroden SpO2 AFL. HF ALARM KIEZEN AAN/UIT Afl.
Pagina 114
Pacen Start 4. Druk op om het pacen te starten. Stop De melding Pacet geeft aan dat er pacepulsen worden afgegeven, in de gekozen modus en met de frequentie en het output niveau die worden getoond. Als vast pacen gewenst is, of wanneer R-top detectie onbetrouwbaar is, drukt u op om op de vaste mus over te gaan.
Pagina 115
Pacen 5. Verhoog de output totdat het hart volgt. Druk op Output om de output te verhogen met stappen van 10 mA. 6. Verlaag de output tot het laagste niveau dat nog steeds gevolgd wordt. Druk op Output om de output te verlagen in stappen van 5 mA. Start 7.
Pace modus wijzigen Pace modus wijzigen Als er pacepulsen worden afgegeven, moet u het pacen stoppen voordat u de pace modus wijzigt, bijvoorbeeld: Start 1. Druk op om het pacen te stoppen. Stop 2. Druk op Modus om de modus te wijzigen. 3.
Problemen oplossen Problemen oplossen De tabel hieronder bevat de systeemmeldingen en tijdelijke meldingen die kunnen worden getoond wanneer u de pace functie gebruikt. Tabel 8-1 Systeemmeldingen voor pacen Melding Mogelijke oorzaak Oplossing Elektroden los De gekozen bewakings- Controleer of de afleiding maakt geen goed bewakingselektroden goed contact met de patiënt.
9 Opslaan, ophalen en printen In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de HeartStart XL een zogenaamd Resumé (of patiëntrecord) maakt, dat u later kunt ophalen en printen. Daar- naast leest u hoe u voorvallen markeert voor opname in het Resumé en hoe u afzonderlijke voorvallen kunt printen zodra die zich voordoen.
Overzicht Overzicht De HeartStart XL maakt voor iedere patiënt automatisch een Resumé. Het Resumé wordt zowel in het interne geheugen opgeslagen als op een datakaart (indien gebruikt). In het interne Resumé slaat de HeartStart XL de volgende gegevens op: maximaal 300 voorvallen (kritieke informatie) en 50 ECG stroken (van elk 11 seconden).
Voorvallen markeren Voorvallen markeren Met de knop Markeer kunt u de ECG strook annoteren op het moment dat u op de knop drukt. Als bewaking in de AED modus is uitgeschakeld, wordt het voorval gemarkeerd met een . In de manuele modus, of als bewaking is ingeschakeld in de AED modus, kunt u het type annotatie met behulp van functietoetsen kiezen uit de lijst die wordt getoond (See Figuur 9-1)*.
Geregistreerde voorvallen Geregistreerde voorvallen De volgende voorvallen en bijbehorende gegevens staan in het Resumé: Tabel 9-1: Voorvalinformatie Voorvaltypen Opgeslagen informatie Aan- en uitzetten Aanzetten, Uitzetten, Voortdurend gebruik, Batterij leeg. Pads wijzigen Pads aangesloten, Pads los. AED modus analyse Analyseert, Analyse gestopt, Artefact gede- tecteerd, Niet te analyseren, Advies defibrilleer, Niet defibrilleren.
Een patiëntrecord maken Een patiëntrecord maken De HeartStart XL maakt voor iedere nieuw patiënt een patiëntrecord of Resumé. Elk record krijgt een uniek incidentnummer. De HeartStart XL houdt het Resumé in het interne geheugen, totdat u voor een nieuwe patiënt gaat zor- gen.
Het interne Resumé printen Het interne Resumé printen Resumé Druk op om het interne Resumé te printen. Als u het printen voortij- Resumé dig wilt afbreken, drukt u nogmaals op of op Strook Het Resumé bevat de volgende informatie, in de aangegeven volgorde: Een kop met ruimte waarin u de naam van de patiënt en de naam van de gebruiker kunt invoeren;...
Pagina 125
Het interne Resumé printen Het Resumé bevat ook curves en de bijbehorende annotatie voor elk van de volgende voorvallen: Tabel 9-3: Informatie in Resumé Voorval Opgeslagen curve-informatie Advies defibrilleer 11 seconden ECG direct vóór de melding Advies defibrilleer. NIET defibrilleren 11 seconden ECG direct vóór de melding NIET defibrilleren.
Voorvallen printen Voorvallen printen De HeartStart XL kan zo worden geconfigureerd dat voorvallen automatisch worden geprint wanneer zij zich voordoen. De tabel laat zien om welke voor- vallen het gaat en hoe lang de strook is die wordt geprint; dit is afhankelijk van de configuratie van de printer (real-time of met een vertraging van 6 sec- onden).
Pagina 127
Voorvallen printen Voor al deze voorvallen kan de printer afzonderlijk worden geconfigureerd. U kunt het printen afbreken voordat de hele strook is geprint door op Strook drukken. Als u nog meer voorvallen wilt printen die u tijdens de verzorging van de Strook patiënt hebt opgemerkt, drukt u op Het printen van een ECG strook blijft doorgaan totdat u nogmaals op...
10 De HeartStart XL instellen en configureren In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de HeartStart XL kunt instellen en configureren. De volgende onderwerpen komen aan de orde: Patiëntkabels aansluiten De HeartStart XL configureren M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor 10-1...
Patiëntkabels aansluiten/loskoppelen Patiëntkabels aansluiten/loskoppelen In dit gedeelte wordt het aansluiten en loskoppelen van de volgende kabels beschreven: Pads kabel en paddles kabel aansluiten op de patiëntkabel connector patiëntkabel aansluiten op de SpO connector ECG patiëntkabel (3- of 5-draads) aansluiten op de ECG connector 10-2 De HeartStart XL instellen en configureren...
Patiëntkabels aansluiten/loskoppelen Kabels aansluiten op de patiëntkabelconnector U sluit de pads en interne/externe paddles op de HeartStart XL aan door gebruik te maken van de patiëntkabel connector op de defibrillator. Er is een adapterkabel nodig voor de paddles zonder schakelaar. De patiëntkabelconnector op de HeartStart XL dient voor de aansluiting van: Pads patiëntkabel voor gebruik met multifunctionele defipads Externe paddles...
Pagina 132
Patiëntkabels aansluiten/loskoppelen Handel als volgt om de kabel van de defibrillator te ontkoppelen: 1. Draai de groene vergrendelingsring in de richting van de pijl (rechtsom) op de defibrillator, totdat dit stopt (zoals getoond in Figuur 10-2). 2. Houd het vergrendelingsmechanisme in deze stand terwijl u de kabel uit de defibrillator trekt.
Patiëntkabels aansluiten/loskoppelen patiëntkabel aansluiten Ga als volgt te werk om de SpO patiëntkabel aan te sluiten: 1. Houd de connector met de vlakke kant weg van de HeartStart XL, zoals getoond in Figuur 10-3. 2. Steek de kabel in de SpO connector op de HeartStart XL en druk tot het blauwe gedeelte van de kabelconnector niet meer zichtbaar is.
Patiëntkabels aansluiten/loskoppelen ECG patiëntkabel aansluiten Ga als volgt te werk om een 3- of 5-draads ECG patiëntkabel aan te sluiten: 1. Breng de ECG patiëntkabelplug met het nokje in lijn met de sleuf in de ECG connector, zoals getoond in Figuur 10-4. 2.
De HeartStart XL configureren De HeartStart XL configureren Met de configuratieopties kunt u de HeartStart XL optimaal aan uw eigen behoeften aanpassen. In dit gedeelte komen de volgende onderwerpen aan de orde: Naar het configuratie menu gaan Configureerbare items en hun instelmogelijkheden De configuratie wijzigen De configuratie opslaan op een datakaart De configuratie laden van een datakaart...
De HeartStart XL configureren Ga als volgt te werk om de configuratiemodus van de HeartStart XL te activ- eren: 1. Draai de Energiekeuze knop in de stand Uit als het apparaat aan staat. 2. Houd functietoets 4 en 5 ingedrukt en draai de Energiekeuze knop in de stand AED Aan.
Pagina 137
De HeartStart XL configureren Tabel 10-1: Algemene instellingen Parameter Beschrijving Instelkeuzen Datum (dd mmm jjjj) Een geldige De huidige datum, waarbij de dag, datum jjjj de maand en het jaar is. Tijd (uu:mm) Een geldige tijd De huidige tijd, waarbij het uur is en de minuten zijn.
Pagina 138
De HeartStart XL configureren Tabel 10-1: Algemene instellingen (vervolg) Parameter Beschrijving Instelkeuzen Afleiding waarmee Om te kiezen welke ECG afleiding bij het Paddles* / elke bij inschakelen inschakelen als uitgangspunt genomen beschikbare afl. gestart wordt wordt. Afl. II ** QRS pieper Geeft een geluidssignaal bij elk gede- Aan/Uit tecteerd QRS complex.
Pagina 139
De HeartStart XL configureren Tabel 10-2: AED instellingen Parameter Beschrijving Instelkeuzen Serie defibrillaties Bepaalt het maximum aantal af te geven 1, 2, 3, 4 (Voor software schokken alvorens aan te geven Indien nodig versie - Main 20) Druk op PAUZE en reanimeer. Serie defibrillaties Bepaalt het maximum aantal af te geven 2, 3, 4...
Pagina 140
De HeartStart XL configureren Tabel 10-2: AED instellingen (vervolg) Parameter Beschrijving Instelkeuzen Europees protocol Als voor gekozen is verschijnen de volgende 2 configuratie keuzen: Reanimatietimer na Bepaalt de duur van de pauze (in seconden) 30, 60, 120, defibr.* PAUZE als er op wordt gedrukt en de tijd (Voor software sinds de laatste ontlading korter dan of gelijk...
Pagina 141
De HeartStart XL configureren Tabel 10-2: AED instellingen (vervolg) Parameter Beschrijving Instelkeuzen De volgende 2 configuratie keuzes zijn altijd beschikbaar onafhankelijk van de Europees protocol instelling van het Afleidingskeuze Schakelt ECG bewaking via ECG afleidingen Aan, Uit SpO2 Schakelt SpO bewaking in.
Pagina 142
De HeartStart XL configureren Tabel 10-4: ECG Filter instellingen Item Beschrijving Instelkeuzen Netfilter Kiest de filterinstelling voor het 60 Hz, 50 Hz onderdrukken van netstoring. Pads ECG filter Kiest de filterfrequentie-instelling Monitor (0,15-40Hz), op LCD op het scherm voor de aangesloten SEH (1-30 Hz) kabel.
De HeartStart XL configureren De configuratie wijzigen Ga als volgt te werk (vanuit het menu Algemeen) om de configuratie te wijzi- gen: 1. Accentueer de gewenste categorie instellingen met de functietoetsen ( 2. Druk op INVOER 3. Accentueer het gewenste item met de functietoetsen. 4.
De HeartStart XL configureren Instellingen opslaan op een datakaart U kunt configuratie-instellingen opslaan op een datakaart. Vervolgens kunt u die configuratie gebruiken om in een andere HeartStart XL te downloaden of om (zo nodig) de configuratie te herstellen. Ga als volgt te werk om de configuratie op te slaan: 1.
11 Onderhoud van de HeartStart XL In dit hoofdstuk wordt het onderhoud van de HeartStart XL Defibrillator/ Monitor en accessoires besproken. Aan de orde komen: Gebruikscontroles Procedures voor het onderhoud van de batterij Instructies voor het laden van papier in de printer Instructies voor reiniging Een lijst van goedgekeurde verbruiksartikelen en accessoires Instructies voor het weggooien van het apparaat...
Gebruikscontroles Gebruikscontroles De volgende gebruikscontroles zij bedoeld om snel de juiste werking van de HeartStart XL te kunnen verifiëren. Voer deze controles regelmatig uit op de aangegeven frequentie, samen met een visuele inspectie van het apparaat en van alle kabels, bedieningsknoppen, accessoires en verbruiksartikelen. Con- troleer ook regelmatig de verloopdatum van alle verbruiksartikelen, zoals van de multifunctionele defib elektrodepads en bewakingselektroden.
Gebruikscontroles Elke dienst Een "routine controle" uitvoeren om te zien of de HeartStart XL correct func- tioneert en om er zeker van te zijn dat de noodzakelijke verbruiksartikelen en accessoires aanwezig zijn en gereed zijn voor gebruik. U dient elke vorm van defibrilleren, die met het apparaat gebruikt wordt te controleren: Als u alleen externe paddles gebruikt, test dan de externe paddles (zie “Externe paddles gebruiken”...
Gebruikscontroles Externe paddles gebruiken Ga als volgt te werk bij een routine controle van de externe paddles: 1. Zet de HeartStart XL uit. 2. Plaats een datakaart in de HeartStart XL (als die routinematig wordt gebruikt). 3. Haal het apparaat van de netspanning. 4.
Gebruikscontroles Pads gebruiken Ga als volgt te werk om een routine controle uit te voeren met multifunction- ele defib elektrodepads: 1. Zet d HeartStart XL uit. 2. Sluit een 50-Ohms testbelasting aan op de patiëntkabel (in plaats van op de pads). 3.
Pagina 150
Gebruikscontroles Het "routine controle" rapport geeft de resultaten van de testen en andere con- troles die u dient uit te voeren. Voer elk van deze controles uit en registreer de resultaten. De richtlijnen voor deze controles luiden als volgt: Defibrillator inspectie – controleer of de HeartStart XL schoon is, of er geen voorwerpen op het apparaat liggen en of er geen zichtbare schade is.
Gebruikscontroles Gebruik van interne paddles Omdat interne paddles gesteriliseerd zijn, vereist het testen vóór het gebruik een andere procedure dan de gebruikelijke "routine controle". Volg onder- staande stappen om de werking van interne paddles met of zonder schakelaar te testen. Raadpleeg de Steriliseerbare Defibrillator Paddles Gebruiksaanwijzing voor LET OP aanbevelingen voor de sterilisatie.
Onderhoud van de batterij Onderhoud van de batterij De HeartStart XL maakt gebruik van een M3516A batterij. Dit is een oplaad- bare gesloten loodaccuzuur batterij. Het onderhoud begint zodra u een nieuwe batterij ontvangt en gaat door gedurende de gehele levensduur van de batterij. Gedetailleerde informatie over het verzorgen van batterijen vindt u in het doc- ument "Over lood accuzuur batterijen", dat bij de HeartStart XL is mee- geleverd.
Onderhoud van de batterij Batterijen laden U kunt batterijen laden in de HeartStart XL of in de optionele M4747A batter- ijlader. Als de batterij wordt geladen in de defibrillator/monitor (als de HeartStart XL uit staat), is deze in principe na 3 uur voor 90% geladen (bij 25 C).
Pagina 154
Onderhoud van de batterij De capaciteit van een batterij wordt voornamelijk bepaald door de frequentie en duur van het gebruik (d.w.z. hoe diep hij ontladen is alvorens weer opgeladen te worden). Algemene richtlijnen voor het uitvoeren van de batterij capaciteitstest worden in de volgende tabel gegeven: Batterij capaciteit testen Gemiddeld gebruik Elke 6 maanden...
Pagina 155
Onderhoud van de batterij Tabel 11-2 Resultaten van batterij capaciteitstest Resultaat Actie Verlopen tijd > 85 minuten 1. De batterij is in orde bevonden. Noteer onder op de batterij "Batt. Batterij leeg tijd > 10 minuten in orde" en de datum van de test. Herlaad de batterij vóór gebruik.
Onderhoud van de batterij Capaciteit van batterijen Een nieuwe, volledig geladen M3516A batterij die bij kamertemperatuur wordt gebruikt (25 C), is goed voor 100 minuten bewaking of meer dan 50 laden-ontladen cycli bij 200 joule. Levensduur van batterijen De levensduur van een batterij hangt af van de frequentie en de duur van het gebruik.
Papier in de printer laden Papier in de printer laden Ga als volgt te werk om papier in de printer te laden: 1. Schuif de printerklep naar rechts tot de aandrukrol naar boven komt. 2. Trek aan de plastic tab om de rol of nog aanwezig papier te verwijderen. Figuur 11-3 De printer openen M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor 11-13...
Pagina 158
Papier in de printer laden 3. Plaats een nieuwe rol printerpapier (40457C/D) in de ruimte voor het papier. Plaats de rol zodanig dat het eind van de rol aan de bovenkant zit en het raster naar beneden wijst. Druk de rol stevig naar beneden, zodat deze goed vast komt te zitten.
Instructies voor reinigen Instructies voor reinigen De HeartStart XL reinigen De volgende schoonmaakmiddelen mogen worden gebruikt voor het reinigen van de buitenkant van de HeartStart XL, de batterij en de datakaart: Isopropyl alcohol (70% oplossing in water) Zachte zeep en water Chloorbleekmiddel (3% oplossing in water) Quaternaire ammoniumverbindingen, zoals Lysol (10% oplossing in water)
Instructies voor reinigen Defipads en bewakingselektroden reinigen Defibrillatiepads en bewakingselektroden zijn voor eenmalig gebruik en hoeven dus niet te worden gereinigd. Externe en interne paddles reinigen De volgende procedure voor algemene reiniging van de paddlesets wordt aan- bevolen: Reinig het elektrodenoppervalk en de handvatten met een standaard ziekenhuis oplossing.
Instructies voor reinigen De Padskabel reinigen De defipads kabel mag gereinigd worden met: Alcoholvrije handzeep ® 2% gluteraldehyde oplossing (zoals Cidex Natriumhypochloriet (bleekwater) (10% oplossing in water) Quaternaire ammoniumverbindingen (zoals Lysol) Isopropyl alcohol De padskabel niet ultrasonoor of door onderdompeling reinigen en ook niet PAS OP stoomsterileseren of autoclaveren.
Tabel 11-3 bevat een overzicht van goedgekeurde verbruiksartikelen en acces- soires voor de HeartStart XL. U kunt deze als volgt bestellen: Neem contact op met een Philips Medical Systems verkoopkantoor. Voor informatie kunt u ook een bezoek brengen aan de website voor medische verbruiksartikelen: www.medical.philips.com/cms en volg de link naar Supplies...
Pagina 163
Verbruiksartikelen en accessoires Bestelnummer Beschrijving Defibrillatie Pads, Pads kabels, Adapters en Test belasting (grijze platte connector) M3713A Multifunctionele volwassenen Plus defipads (algemeen gebruik). M3716A Volw. Röntgen doorlatende multifunctionele defipads (spe- ciaal doel - voor Röntgen en speciale procedures). M3717A Pediatrie multifunctionele defipads (algemeen gebruik). M3718A Multifunctionele volwassenen defipads Röntgen doorlatend en gereduceerde huidirritatie (speciale doeleinden - voor...
Pagina 164
Verbruiksartikelen en accessoires Bestelnummer Beschrijving Interne paddles (met en zonder schakelaar) M1741A 7,5 cm interne paddles zonder schakelaar M1742A 6,0 cm interne paddles zonder schakelaar M1743A 4,5 cm interne paddles zonder schakelaar M1744A 2,8 cm interne paddles zonder schakelaar M4741A 7,5 cm interne paddles met schakelaar M4742A 6,0 cm interne paddles met schakelaar...
De HeartStart XL weggooien De HeartStart XL weggooien Verwijder de batterij voordat u de HeartStart XL weggooit. Houd u bij het weggooien van het apparaat en accessoires aan de plaatselijke verordeningen. Het verwijderen van de batterij is noodzakelijk om het gevaar van elektrische WAARSCHUWING schokken te vermijden.
12 Problemen oplossen Als de HeartStart XL tijdens het gebruik op een defect of een potentieel probleem stuit, verschijnt er een systeemmelding of een tijdelijke melding. Vaak klinkt er ook een gesproken melding. In dit hoofdstuk worden de meldingen beschreven, plus mogelijke oplossingen van de problemen. Daarnaast vindt u algemene tips voor het oplossen van problemen en informatie over technische ondersteuning.
Systeemmeldingen Systeemmeldingen Systeemmeldingen blijven op het scherm staan totdat de genoemde actie is uitgevoerd of totdat de melding niet meer van toepassing is. Bij elke nieuwe melding klinken drie pieptonen om u te waarschuwingen. Tabel 12-1 bevat een overzicht van systeemmeldingen. Tabel 12-1 Systeem meldingen Melding Beschrijving...
Pagina 171
Systeemmeldingen Tabel 12-1 Systeem meldingen (vervolg) Melding Beschrijving Te nemen actie Elektroden los De bewakingselektroden zijn niet Controleer of de bewakingselektroden aangebracht. correct zijn aangebracht. De bewakingselektroden maken geen Controleer of de bewakingskabel goed contact met de patiënt. correct is aangesloten. De bewakingskabel is niet aangesloten.
Pagina 172
Systeemmeldingen Tabel 12-1 Systeem meldingen (vervolg) Melding Beschrijving Te nemen actie kabel los De SpO kabel is niet aangesloten op het Sluit de SpO kabel aan op de HeartStart SpO2 apparaat. SpO2 lichtinterf. Het niveau van het omgevingslicht is zo Bedek de sensor met ondoorzichtig hoog dat de sensor geen SpO waarde kan...
Tijdelijke meldingen Tijdelijke meldingen Tijdelijke meldingen blijven slechts enkele seconden op het scherm staan. Bij elke melding klinken drie geluidssignalen om u te waarschuwen. Tabel 12-2 geeft een overzicht van tijdelijke meldingen. Tabel 12-2 Tijdelijke meldingen Melding Mogelijke oorzaak Oplossing Pads opplakken De multifunctionele defib elektrodepads Controleer of de pads op de patiënt...
Pagina 174
Tijdelijke meldingen Tabel 12-2 Tijdelijke meldingen (vervolg) Melding Mogelijke oorzaak Oplossing Niet gedefibrilleerd Slecht huidcontact, pads zijn niet goed op Zorg dat de pads correct zijn de patiënt geplakt, er is weinig beweging aangebracht. van de patiënt mogelijk in deze situatie Verplaats de pads, indien nodig.
Tips voor het oplossen van problemen Tabel 12-2 Tijdelijke meldingen (vervolg) Melding Mogelijke oorzaak Oplossing Kabel aansluiten De patiëntkabel is niet correct Controleer de kabelverbindingen. aangesloten op de HeartStart XL. Tips voor het oplossen van problemen Tabel 12-3 bevat een aantal situaties die zich kunnen voordoen, de mogelijke oorzaken en enkele suggesties voor oplossingen.
Pagina 176
Tips voor het oplossen van problemen Tabel 12-3 Tips voor het oplossen van problemen (vervolg) Situatie Oorzaak Mogelijke oplossing In beeld verschijnt Er is een interne fout opgetreden. Als dit tijdens gebruik gebeurt: alleen: Neem een andere defib, stel deze "SYSTEEMFOUT buiten gebruik en waarschuw een SCHAKEL UIT/...
Pagina 177
Tips voor het oplossen van problemen Tabel 12-3 Tips voor het oplossen van problemen (vervolg) Situatie Oorzaak Mogelijke oplossing De melding Service nodig Iemand heeft de knoppen van de Heart- Controleer of de test goed opgezet is. of Faalt wordt weerge- Start XL aangeraakt tijdens een "routine Zorg dat: geven of er verschijnt...
Technische assistentie Technische assistentie Neem voor telefonische assistentie contact op met het dichtstbijzijnde Response Center of breng een bezoek aan onze website: www.healthcare.agilent.com/services_and_support. Noord Amerika Canada 800-323-2280 United States of America 800-722-9377 Latijns Amerika Medical Response Center 954-835-2600 Europa Europese internationale verkoop 800-323-2280 België...
Pagina 179
021 794 7542 Japan 0120 381 557 Korea 080 372 7777 02 3445 9010 Malaysia 1800 886 188 New Zealand 0800 251 400 Philippines 02 845 7875 Singapore 1800 PHILIPS Thailand 02 614 3569 Taiwan 0800 005 616 12-11 Problemen oplossen...
13 Specificaties en veiligheid Dit hoofdstuk verschaft: specificaties van de HeartStart XL verklaring van de symbolen op de HeartStart XL overzicht van klinische resultaten informatie over veiligheid informatie over elektromagnetische compatibiliteit M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor 13-1...
Specificaties Specificaties Defibrillator Curve: Bifasisch afgekort exponentieel. Curveparameters aangepast als een functie van patiëntimpedantie. Ontladingsafgifte: Via multifunctionele defib elektrodepads, externe en interne paddles. Nauwkeurigheid afgegeven energie: Gekozen Afgegeven energie (J) Nauw- energie keurig- Belastingsweerstand (ohm) heid 10.4 10.7 10.4 18.6 20.8 21.4 20.8...
Pagina 183
Specificaties Laadtijd: Minder dan 3 sec. tot 200 Joules met een nieuwe, volledig geladen M3516A SLA batterij bij 25 Minder dan 15 seconden bij gebruik zonder batterij, aangesloten op het net, bij 90-100% netspanningsvoltage. Minder dan 15 sec. met een nieuwe, volledig geladen M3516A SLA batterij bij 25 C, die ontladen is door 15 200 Joule ontladingen.
Pagina 184
Specificaties Manuele modus Manuele output energie (afgegeven): 2, 3, 5, 7, 10, 20, 30, 50, 70, 100, 150, 200 Joules. Bij gebruik van interne paddles wordt de afgegeven ener- gie beperkt tot 50 Joules. Knoppen: Manueel/AED Aan, Energiekeuze knop, Laden/Lading weg, Ontladen, ECG Afleidingskeuze, SpO Aan/Uit, SpO alarm, HF alarmen,...
Pagina 185
Specificaties AED modus AED energieprotocol: Fixed Energy (150 Joules). AED serie defibrillaties: 1, 2, 3, of 4 schokken per serie. Defibrilleerklok time-out: uit, 30, 60, 90, 120, 150, 180 of 210 sec. Tekst- en spraakmeldingen: Uitgebreide tekst- en audiomeldingen die gebruikers door het protocol leiden.
Specificaties ECG bewaking Inbreng: Eénkanaals ECG kan op het display worden nagekeken en geprint. Pads ECG wordt verkregen vanaf 2 multifunctionele defipads. Afl. I, II, of III wordt verkregen via de 3-deaads ECG-kabel en afzonderlijke bewakings- elektroden. Met een 5-draads ECG-kabel kunnen ook de afleidingen aVR, aVL, aVF, en een V (1-6) afleiding worden verkregen.
Pagina 187
Specificaties ECG grootte: 2,5, 5, 10, 20, 40 mm/mV. Frequentierespons: AC netfilter: 60 Hz of 50 Hz. Pads ECG voor scherm: Monitor (0,15-40 Hz) of EMS (1-30 Hz). Pads ECG voor printer: Monitor (0,15-40 Hz) of EMS (1-30 Hz). Afl. ECG voor scherm: Monitor (0,15-40 Hz) of EMS (1-30 Hz).
Pagina 188
(specificiteit >95%) voor defibrillatie van volwassenen bare ritmes a. Uit Philips Medical Systems ECG ritmedatabases. b. American Heart Association (AHA) AED Task Force, Subcommittee on AED Safety & Efficacy. Auto- matic External Defibrillators for Public Access Use: Recommendations for Specifying and Reporting Arrhythmia Analysis Algorithm Performance, Incorporation of New Waveforms, and Enhancing Safety.
Specificaties Batterij Type: 2 Ah, 12V, oplaadbaar, gesloten loodaccuzuur. Afmetingen: 61,7 x 23,9 x 182 mm (H x B x D). Gewicht: 0,65 kg. Laadtijd: Ongeveer 15 uur tot 100%, aangegeven door lampje. Ongeveer 3 uur tot 90%, aangegeven door lampje. Capaciteit: 100 minuten ECG bewaking of 50 maximale ontladingen, of 75 minuten ECG bewaking tijdens pacen (met een nieuwe, volledig geladen bat- terij en bij een temperatuur hoger dan 25...
Specificaties Thermal Array printer Continue real-time strook: Gebruiker start en stopt het printen van de strook. De Strook knop print de gekozen ECG afleiding met de volgende gegevens: KOPTEKST 1: Datum, Tijd, Hartfrequentie, SpO waarde (indien beschik- baar) en de tekst "Vertraagd" als de registratie is geconfigureerd voor de ver- traagde modus.
Specificaties Automatisch printen: De printer kan worden geconfigureerd voor automa- tisch printen bij Markeer, Laden, Ontladen en Alarm. Vertraagd printen: De printer kan worden geconfigureerd voor real-time printen of met een vertraging van 6 seconden. Rapporten printen: Resumé (voorvallen), Configuratie, Uitgebreide zelftest, Systeem log, Batterij capaciteitstest en Routine controle.
Specificaties Voorvallen opslaan Intern Resumé:In het interne Resumé worden maximaal 300 voorvallen en 50 curves opgeslagen. Voorvallen kunnen worden gemarkeerd met een Markeer symbool. Als bij de configuratie is ingesteld dat medicaties worden geannoteerd, kunnen de vol- gende labels worden toegevoegd: Epinefrine, Atropine, Lidocaïne of Andere. Het interne Resumé...
Pagina 195
Specificaties Hoogte: Gebruik: tot 4500 m. Opslag: tot 4500 m. Schokgevoeligheid: Philips Medical Systems, Sectie 760 Klasse B1 valtest (200 G's, < 3 msec puls). Trillingen: Philips Medical Systems, Sectie 759 Klasse B1 trillingen. Vochtbestendigheid: Voldoet aan IEC 601-2-4, IPX0.
Uitleg van symbolen Uitleg van symbolen De volgende tabel geeft een overzicht van de symbolen die worden gebruikt op de HeartStart XL en de M3516A batterij: Tabel 13-1 Symbolen op defibrillator en batterij Symbool Definitie Ontlading. Let op - Raadpleeg instructies in Gebruiksaanwijzing. Input.
Pagina 197
Uitleg van symbolen Tabel 13-1 Symbolen op defibrillator en batterij (vervolg) Symbool Definitie Er wordt bifasische energie gebruikt. Moet worden gerecycled of op een verantwoorde manier worden weggegooid. Vergrendeling opheffen. Speaker. Aarding. Wisselstroom. Gevaarlijk voltage. M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor 13-17...
Pagina 198
Uitleg van symbolen Tabel 13-2 Lijst van afkortingen Afkorting Definitie Wisselstroom (Alternating Current) Automatische externe defibrillator Elektrocardiogram Puls-oxymetrie Batt Batterij ECG Out Bewakingssignaal vanaf de defibrillator 13-18 Specificaties en veiligheid...
Pagina 199
Uitleg van symbolen De volgende tabel bevat een overzicht van de symbolen, die op de verpakking van de HeartStart XL kunnen voorkomen.: Tabel 13-3 Symbolen op verpakking Symbool Uitleg Bereik van atmosferische druk. Temperatuurbereik. Bereik van relatieve vochtigheid. Recycleerbaar papier. Breekbaar.
Pagina 200
Uitleg van symbolen Tabel 13-3 Symbolen op verpakking Symbool Uitleg Levensduur. Opslagcondities voor lange termijn. Opslag/transportcondities voor korte termijn. 13-20 Specificaties en veiligheid...
Overzicht klinische resultaten - Defibrilleren Overzicht klinische resultaten - Defibrilleren Er is een internationaal, meervoudig, prospectief, aselect, klinisch onderzoek gehouden naar de effectiviteit van de SMART bifasische curve bij plotseling hartfalen buiten de ziekenhuisomgeving, vergeleken met monofasische curven. Het primaire doel van het onderzoek was vergelijking van het percentage patiënten met ventrikelfibrillatie (VF) als initieel bewaakt ritme dat werd gedefibrilleerd in de eerste reeks van ten hoogste drie ontladingen.
Overzicht klinische resultaten - Cardioversie Overzicht klinische resultaten - Cardioversie Er is een internationaal, meervoudig, prospectief, dubbel blind, gerandomi- seerd klinisch onderzoek gehouden naar de effectiviteit van de SMART bifa- sische curve in de behandeling van boezemfibrilleren, vergeleken met mono- fasische curven.
Pagina 204
Overzicht klinische resultaten - Cardioversie De 150J SMART Bifasische golfvorm converteerde veel meer patiënten suc- cesvol met een eerste ontlading van 100J (60% vergeleken met 22% voor de monofasische golfvorm), en converteerde patiënten minstens zo goed met een maximum energie van 200J als de monofasische deed met de maximum ener- gie van 360J (91% vergeleken met 85% voor de monofasische golfvorm).
Overzicht klinische resultaten - Cardioversie Conclusie De SMART Bifasische golfvorm cardioverteerde vaker dan de monofasische gedempte sinus golfvorm bij elke stap van het protocol, alhoewel de cumu- latieve bifasische frequentie na 4 defibrillaties niet significant afweek van de frequentie van de monofasische golfvorm. Weefselschade was vaker het geval bij de monofasische populatie.
Overzicht klinische resultaten - Intern defibrilleren Overzicht klinische resultaten - Intern defibrilleren Overzicht In de eerste helft van 2002 is een studie uitgevoerd ter bepaling van de effec- tiviteit van de HeartStart XL (biphasisch) voor gebruik in intra-thoracale toe- passingen, vergeleken met een gecontroleerde bifasische golfvorm. Dit appendix resumeert de methoden en de resultaten van deze studie.
Overzicht klinische resultaten - Intern defibrilleren Resultaten De resultaten tonen aan dat de gemiddelde impedantie ca. 40 Ohm bedraagt in deze studie, hetgeen vergelijkbaar is met de humane impedantie, die met aantreft bij direct op het menselijk hart defibrilleren. De effectiviteits resul- taten van de HeartStart XL worden in de volgende tabel getoond, samen met historische gegevens met een standaard monofasische gedempte sinus golfvorm (MDS).
Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen De volgende waarschuwingen hebben betrekking op het gebruik van de HeartStart XL. Waarschuwingen voor specifieke functies staan bij de besprek- ing van de verschillende functies. De HeartStart XL mag niet worden gebruikt door niet-getraind personeel. Gebruik WAARSCHUWING door niet-getraind personeel kan ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben. Gebruik van de HeartStart XL is beperkt tot één patiënt per voorval.
Pagina 209
Veiligheidsmaatregelen Zorg dat uw handen en voeten niet in aanraking komen met de paddle randen. Druk WAARSCHUWING met uw duimen de Ontladen knoppen op de handvatten van de paddles in. Zorg dat de geleidende delen van elektroden en gebruikte connectoren, PAS OP inclusief de neutrale elektrode, niet in contact komen met ander geleidend materiaal, inclusief geaard materiaal.
Pagina 210
Veiligheidsmaatregelen Voorkom dat de patiënt op meerdere apparaten tegelijk is aangesloten. Dit kan tot WAARSCHUWING overschrijding van de grenzen van lekstromen leiden. Gebruik nooit een tweede defibrillator op de patiënt als deze wordt gepacet met de HeartStart XL. De HeartStart XL kan worden gebruikt met uitsluitend netspanning, uitslui- LET OP tend een 12v M3516A SLA batterij of een combinatie van netspanning en een M3516A SLA batterij.
Pagina 211
Veiligheidsmaatregelen Het apparaat is niet getest op gebruik in combinatie met apparatuur voor elek- PAS OP trochirurgie. Het apparaat en de accessoires zijn niet ontworpen voor gebruik in huis. LET OP Zorg dat de paddles geen kortsluiting maken met elkaar tijdens het ontladen PAS OP van de defibrillator.
Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US001XXXXX) Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US001XXXXX) Elektromagnetische compatibiliteit met apparaten in de buurt dient onderzocht te worden bij gebruikmaking van de M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor. Een medisch apparaat kan elektromagnetische interferentie veroorzaken of ontvangen. Testen op elektromagnetische compatibiliteit EMC met en zonder de betreffende accessoires is uitgevoerd in overeenstemming met de internationale standaard voor EMC bij medische apparatuur (IEC 60601-1- 2:1993).
Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US001XXXXX) Elektromagnetische interferentie reduceren De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor en bijbehorende accessoires zijn gevoelig voor interferentie van andere bronnen van RF energie en con- tinue, herhaalde stroomfluctuaties. Voorbeelden van bronnen van RF interfer- entie zijn: medische apparaten, draagbare apparaten, IT-apparaten en radio/ televisie-uitzendingen.
Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US001XXXXX) Beperkingen voor gebruik ECG artefacten ten gevolge van elektromagnetische interferentie moeten worden geëvalueerd door een arts of door personeel dat hiertoe door een arts is gemachtigd, om te bepalen of de interferentie een negatief effect heeft op de diagnose of de behandeling van de patiënt.
Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US002XXXXX) Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US002XXXXX) Elektromagnetische compatibiliteit met apparaten in de buurt dient onderzocht te worden bij gebruikmaking van de M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor. Een medisch apparaat kan elektromagnetische interferentie veroorzaken of ontvangen. Testen op elektromagnetische compatibiliteit EMC met en zonder de betreffende accessoires is uitgevoerd in overeenstemming met de internationale standaard voor EMC bij medische apparatuur (IEC 60601-1- 2:2001).
Elektromagnetische compatibiliteit (Apparaten met serienummers US002XXXXX) Elektromagnetische interferentie verminderen De M4735A HeartStart XL Defibrillator/Monitor monitor en de bijbehorende accessoires kunnen gevoelig zijn voor interferentie van andere RF energiebronnen en continue, herhaalde netspanningspieken. Voorbeelden van andere bronnen van RF interferentie zijn medische apparaten, mobiele telefoons, informatie technologie apparatuur en radio/televisie uitzendingen.
WAARSCHUWING toename van de emissie of een afname van de immuniteit van de tot gevolg hebben. De lijst van kabels, transducers, en andere accessoires waarmee Philips claimt te voldoen aan de emissie- en immuniteitseisen van de IEC standaard 60601- 1-2 staat in “Onderhoud van de HeartStart XL” .
Emissies en immuniteit Begeleiding en verklaring van de fabrikant De HeartStart XL is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving zoals die hieronder gespecificeerd wordt. De klant of de gebruiker van de HeartStart XL dient ervoor te zorgen dat deze in zo'n omgeving wordt gebruikt.
Pagina 219
Emissies en immuniteit Tabel 13-7: Elektromagnetische immuniteit - Algemeen IEC 60601 Voldoet aan Elektromagnetische omgeving Immuniteitsstest testniveau Niveau richtlijnen Elektrostatische + 6 kV contact + 6 kV contact Vloeren van hout, beton of ontlading (ESD) + 8 kV lucht + 8 kV lucht keramische tegels.
Pagina 220
Emissies en immuniteit IEC 60601 Voldoet aan Elektromagnetische omgeving Immuniteitsstest testniveau Niveau richtlijnen Netfrequentie 3 A/m 3 A/m Magnetische velden van (50/60 Hz) netspanningsleidingen dienen magnetisch veld het niveau te hebben van een IEC 61000-4-8 doorsnee commerciële en/of ziekenhuis omgeving is het netspannings voltage vóór toepassing van het test niveau.
Pagina 221
Emissies en immuniteit Immuniteitsst IEC 60601 Voldoet aan Elektromagnetische omgeving testniveau Niveau richtlijnen Stralings RF 10 V/m 10 V/m IEC 61000-4-3 80 MHz tot 2.5 80 MHz tot 800 MHz 800 MHz tot 2,5 GHz waar P de maximale output energie van dezender is in watt (W) volgens de zender specificaties en d de aanbevolen in acht te nemen afstand is in meters (m).
Pagina 222
Emissies en immuniteit Immuniteitsst IEC 60601 Voldoet aan Elektromagnetische omgeving testniveau Niveau richtlijnen De ISM (industrial, scientific, en medical) banden tussen 150 kHz en 80 MHz zijn 6,765 MHz tot 6,795 MHz; 13,553 MHz tot 13,567 MHz en 26,957 MHz tot 27,283 MHz; en 40,66 MHz tot 40,70 MHz.
Pagina 223
Emissies en immuniteit Tabel 13-9: Elektromagnetische immuniteit - Niet-levensreddende functies Immuniteitsst IEC 60601 Voldoet aan Elektromagnetische omgeving testniveau Niveau richtlijnen Portable en mobiele RF communicatie apparatuur dient niet dichterbij enig onderdeel van de HeartStart XL, inclusief kabels, te komen dan de aanbevolen in acht te nemen afstand, berekend met de vergelijking die hoort bij de frequentie van de zender.
Emissies en immuniteit Immuniteitsst IEC 60601 Voldoet aan Elektromagnetische omgeving testniveau Niveau richtlijnen Bij 80 MHz en 800 MHz gelden de hogere frequentiebereiken. Deze richtlijnen hoeven niet in alle gevallen te gelden. Elektromagnetische voortplanting is onderhevig aan absorptie en reflectie van structuren, objecten, en mensen. Veldsterktes van vaste zenders, zoals basisstations voor radio's, draadloze, of mobiele telefoons en portofoons, amateur radio, AM en FM radio zenders en TV zenders kunnen niet betrouwbaar theoretisch voorspeld worden.
Pagina 225
Emissies en immuniteit Tussenruimte op basis van de frequentie van de zender (m) 150 kHz tot 800 Mhz 800 MHz tot 2.5 GHz Gespecificeerde maximum output Zender vermogen (W) 0.4 m 0.7 m 1.2 m 2.3 m 12 m 23 m Voor zenders met een hoger gespecificeerd maximum outputvermogen, dat niet hierboven wordt vermeld geldt als aanbevolen afstand d in meters (m) kan worden bepaald met de vergelijking die van toepassing is voor de frequentie van de zender,...
Pagina 227
Index 11-22 kiezen bestellen 11-6 problemen oplossen controleren Aan/uitzetten 12-3 11-9 laden geregistreerde 11-8 vorming onderhoud voorvallen Alarmen opslaan en weggooien stroom onderbreken 4-10 11-12 hartfrequentie Accessoires SpO2 bewaking plaatsen en verwijderen 11-18 13-28 bestellen 2-10 stroom onderbreken AED modus 13-16 symbolen problemen oplossen...
Pagina 228
Index instellingen printen Defib lading weg (melding) hartfrequentie alarm 12-5 10-9 lijst met configureerbare Defibrillatie instellingen 10-8 10-14 items AED modus 10-7 menu definitie problemen oplossen opslaan op/downloaden knoppen 4-12 vanaf datakaart manuele modus signaalkwaliteit 13-6 pacen specificaties 12-2 Ritmebewaking problemen oplossen ECG defect (melding) ECG elektroden.