Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Verticale Oscillatie En Verticale Ratio Gegevens; Tips Voor Ontbrekende Hardloopdynamiekgegevens; Prestatiemetingen; Prestatiemeldingen Uitschakelen - Garmin FENIX 5 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor FENIX 5:
Inhoudsopgave

Advertenties

Verticale oscillatie en verticale ratio gegevens

Het gegevensbereik voor verticale oscillatie en dat voor verticale ratio verschillen enigszins, afhankelijk van de sensor en of deze is
geplaatst op uw borst (HRM-Tri of HRM-Run
Kleurzone Percentiel in zone Bereik verticale oscillatie
Paars
>95
Blauw 70–95
Groen 30-69
Oranje 5-29
Rood
<5

Tips voor ontbrekende hardloopdynamiekgegevens

Als de hardloopdynamiekgegevens niet worden weergegeven,
kunt u deze tips proberen.
• Zorg ervoor dat u een accessoire voor hardloopdynamiek,
zoals het HRM-Tri accessoire, hebt.
Accessoires met hardloopdynamiek herkent u aan
de module.
• Koppel het accessoire voor hardloopdynamiek nogmaals met
uw fēnix toestel volgens de instructies.
• Als de hardloopdynamiekgegevens in nullen worden
weergegeven, controleer dan of het accessoire op de juiste
manier wordt gedragen.
OPMERKING: De grondcontacttijd en balans worden alleen
weergegeven tijdens het hardlopen. Deze worden niet
berekend als u wandelt.

Prestatiemetingen

Deze prestatiemetingen zijn schattingen die u kunnen helpen
om uw trainingsactiviteiten en hardloopprestaties te volgen en te
analyseren. Voor deze metingen zijn enkele activiteiten met
polshartslagmeting of een compatibele hartslagmeter met
borstband vereist. Voor fietsprestatiemetingen is een
hartslagmeter en een vermogensmeter vereist.
Deze waarden worden geleverd en ondersteund door Firstbeat.
Ga voor meer informatie naar www.garmin.com/physio.
OPMERKING: De schattingen lijken In eerste instantie mogelijk
onnauwkeurig. U moet een paar activiteiten voltooien zodat het
toestel uw prestaties leert begrijpen.
Trainingsstatus: Trainingsstatus geeft het effect van uw
training op uw fitness en prestaties aan. Uw trainingsstatus is
gebaseerd op wijzigingen in uw trainingsbelasting en VO2
max. gedurende langere tijd.
VO2 max.: VO2 max. is het maximale zuurstofvolume (in
milliliter) dat u kunt verbruiken per minuut, per kilo
lichaamsgewicht tijdens maximale inspanning.
Hersteltijd: Hersteltijd geeft aan hoeveel tijd u nodig hebt om
volledig te herstellen en te kunnen beginnen aan uw
volgende hardlooptraining.
Trainingsbelasting: Trainingsbelasting is het totaal van uw
extra zuurstofverbruik na een inspanning (Excess Post-
exercise Oxygen Consumption (EPOC)) in de afgelopen 7
dagen. EPOC is een schatting van de hoeveelheid energie
die uw lichaam nog heeft om te herstellen na een inspanning.
12
accessoires) of bij uw middel (Running Dynamics Pod accessoire).
op borst
<6,4 cm
6,4-8,1 cm
8,2-9,7 cm
9,8-11,5 cm
>11,5 cm
Bereik verticale oscillatie bij
middel
<6,8 cm
6,8-8,9 cm
9,0-10,9 cm
11,0-13,0 cm
>13,0 cm
Voorspelde racetijden: Uw toestel gebruikt uw geschat VO2
max. en informatie uit publicaties om uw racetijden te
voorspellen op basis van uw huidige conditie. Deze
voorspelling gaat er ook van uit dat u de juiste training voor
de race hebt voltooid.
HSV stresstest: De HSV stresstest (hartslagvariaties) vereist
voorop
een Garmin hartslagmeter met borstband. Het toestel
registreert uw hartslagvariaties terwijl u 3 minuten stilstaat.
Het geeft uw algehele stressniveau aan. De schaal loopt van
1 tot 100 en een lagere score geeft een lager stressniveau
aan.
Prestatieconditie: Uw prestatieconditie is een real-time
conditiemeting die wordt vastgelegd na 6 tot 20 minuten van
activiteit. De meting kan worden toegevoegd als een
gegevensveld, zodat u uw prestatieconditie tijdens de rest
van uw activiteit kunt bekijken. Bij het meten van uw
prestatieconditie wordt uw real-time conditie vergeleken met
uw gemiddelde fitnessniveau.
FTP (Functional Threshold Power): Het toestel gebruikt uw
gebruikersprofiel uit de basisinstellingen om uw FTP te
schatten. Voor een nauwkeuriger schatting kunt u een FTP-
test uitvoeren.
Lactaatdrempel: Lactaatdrempel vereist een hartslagmeter
rond de borst. Uw lactaatdrempel is het punt waarop uw
spieren snel vermoeid beginnen te raken. Uw toestel meet
uw lactaatdrempelniveau op basis van hartslaggegevens en
tempo.

Prestatiemeldingen uitschakelen

Prestatiemeldingen zijn standaard ingeschakeld. Sommige
prestatiemeldingen zijn berichten die worden weergegeven na
voltooiing van uw activiteit. Sommige prestatiemeldingen
worden weergegeven tijdens een activiteit of wanneer u een
nieuwe prestatiemeting hebt bereikt, zoals een nieuwe VO2
max. drempel.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Fysiologische meetwaarden >
Prestatiemeldingen.
3
Selecteer een optie.

Prestatiemetingen automatisch detecteren

De functie Automatische detectie is standaard ingeschakeld. Het
toestel kan uw maximumhartslag en lactaatdrempel automatisch
detecteren tijdens een activiteit. Indien het toestel wordt
gekoppeld met een compatibele vermogensmeter, kan het uw
FTP (Functional Threshold Power) tijdens een activiteit
automatisch detecteren.
OPMERKING: Het toestel detecteert alleen een
maximumhartslag als uw hartslag hoger is dan de in uw
gebruikersprofiel ingestelde waarde.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Fysiologische meetwaarden >
Automatische detectie.
3
Selecteer een optie.
Verticale ratio op borst Verticale ratio bij middel
<6,1%
<6,5%
6,1-7,4%
6,5-8,3%
7,5-8,6%
8,4-10,0%
8,7-10,1%
10,1-11,9%
>10,1%
>11,9%
Hartslagmeetfuncties

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Fenix 5s

Inhoudsopgave