12.4
Condensatiewarmtewisselaar vervangen
Gevaar!
b
Neem voor het vervangen van het onderdeel de
veiligheidsvoorschriften in hoofdstuk 12.1 in acht.
• Scheid het toestel zoals onder 12.1 beschreven van het
elektriciteitsnet en sluit de gaskraan (gasafsluiter).
• Sluit de afsluitkranen in de verwarmingsaanvoer- en terugloop
en ledig het toestel.
• Demonteer de compacte thermomodule, zoals beschreven in
10.4.1.
Fig. 12.4 Condensatiewarmtewisselaar vervangen
• Trek de klem (4) uit de condensatiewatersifon (5).
• Los de schroefverbindingen op de condensatiewatersifon en
trek hem van de condensatiewarmtewisselaar.
• Los de uitgaande verwarmingsleiding (2) alsook de aansluiting
voor de retourleiding (1) op de condensatiewarmtewisselaar.
• Maak de witte kunststof moer tussen de sifon en de
condensatiewarmtewisselaar vast.
• Draai de drie schroeven (3) op de condensatiewarmtewisselaar
los en neem ze uit het toestel.
• Los beide meetaansluitstukken (in positie 1 en 2) op de
oude condensatiewarmtewisselaar en draai ze op de nieuwe.
Gebruik daarbij nieuwe dichtingen!
• Monteer de nieuwe condensatiewarmtewisselaar in de
omgekeerde volgorde van de demontage en vervang de
dichtingen.
• Vul en ontlucht het toestel en zo nodig de installatie na inbouw
van de nieuwe condensatiewarmtewisselaar.
• Voer na afl oop van de werkzaamheden een controle uit op de
gas- en waterdichtheid en een controle van de werking (zie
Hfdst. 10.11).
0020214559_00 - 04/15 - Bulex
12.5
Elektronica en display vervangen
Gevaar!
b
Neem voor het vervangen van het onderdeel de
veiligheidsvoorschriften in hoofdstuk 12.1 in acht.
Levensgevaar door elektrocutie!
e
Scheid het toestel van het elektriciteitsnet door het
via een scheidingsinstallatie met minstens 3 mm
contactopening (bv. zekering, vermogenschakelaar)
spanningsloos te maken! Pas dan mag u de installatie
doen.
• Neem de montage- en installatiehandleidingen in acht die bij
de wisselstukken is gevoegd.
1
Vervangen van display of elektronica Als u slechts een van de
2
beide componenten vervangt, functioneert de parameterafstelling
automatisch. De nieuwe component neemt bij het inschakelen
van het toestel de voordien ingestelde parameters van de niet
vervangen component over.
3
Vervangen van display en elektronica Als u beide componenten
vervangt (gebruik van wisselstukken), gaat het toestel na het
inschakelen op storing en verschijnt de foutmelding „F.70".
• Voer in het tweede diagnoseniveau onder het diagnosepunt
„d.93" het nummer van de toestelvariant (productcode)
volgens tabel 12.1 in (zie paragraaf 11.1.2).
De elektronica is nu op het toesteltype ingesteld en de
parameters van alle instelbare diagnosepunten zijn conform de
fabrieksinstellingen. U kunt nu de specifi eke instellingen voor de
installatie uitvoeren.
4
Toestel
Thema CONDENS F AS 45 A
5
Tab. 12.1 Nummer van de toestelvariant
13 Wisselstukken
Gebruik originele wisselstukken van de fabrikant voor een veilige
en lange levensduur van het product.
Dit toestel is voorzien van het CE-
i
conformiteitsmerkteken. Gebruik uitsluitend nieuwe
originele wisselstukken van de fabrikant.
• Zorg dat wisselstukken correct worden gemonteerd in de juiste
stand en richting. Test het toestel op veilige werking na het
aanbrengen van wisselstukken of na reparatie.
ONDERHOUD
Nummer van de toestelvariant
(productcode) (DSN)
51
- 45 -