A- DE SECUNDAIRE ARM HEFFEN
3
1- Stel de hendel
in op manuele bediening
2- Druk op de drukknop noodpomp
3- Duw de hendel naar onder om de secundaire arm te heffen en stop wanneer de
gewenste positie bereikt wordt. Laat de drukknop van de noodpomp terug los.
Opmerking: verwijder de hendel uit deze positie, zet hem terug op zijn plaats en sluit
de rechtse kap van de bovenwagen als er geen andere machinefuncties
nodig zijn.
B - DE SECUNDAIRE ARM NEERLATEN
3
1- Stel de hendel
in op manuele bediening
2- Druk op de drukknop noodpomp
3- Trek de hendel naar boven om de secundaire arm te neer te laten en stop
wanneer de gewenste positie bereikt wordt. Laat de drukknop van de noodpomp
terug los.
Opmerking: verwijder de hendel uit deze positie, zet hem terug op zijn plaats en sluit
de rechtse kap van de bovenwagen als er geen andere machinefuncties
nodig zijn.
C- DE UITSCHUIFBARE ARM UITSCHUIVEN
3
1- Stel de hendel
in op manuele bediening
2- Druk op de drukknop noodpomp
3- Duw de hendel naar onder om de uitschuifbare arm uit te schuiven en stop
wanneer de gewenste positie bereikt wordt. Laat de drukknop van de noodpomp
terug los.
Opmerking: verwijder de hendel uit deze positie, zet hem terug op zijn plaats en sluit
de rechtse kap van de bovenwagen als er geen andere machinefuncties
nodig zijn.
D- DE UITSCHUIFBARE ARM INTREKKEN
3
1- Stel de hendel
in op manuele bediening
2- Druk op de drukknop noodpomp
3- Trek de hendel naar boven om de uitschuifbare arm in te trekken en stop wanneer
de gewenste positie bereikt wordt. Laat de drukknop van de noodpomp terug los.
Opmerking: verwijder de hendel uit deze positie, zet hem terug op zijn plaats en sluit
de rechtse kap van de bovenwagen als er geen andere machinefuncties
nodig zijn.
E - DE HOOFDARM HEFFEN
3
1- Stel de hendel
in op manuele bediening
2- Druk op de drukknop noodpomp
3- Duw de hendel naar onder om de hoofdarm te heffen en stop wanneer de
gewenste positie bereikt wordt. Laat de drukknop van de noodpomp terug los.
Opmerking: verwijder de hendel uit deze positie, zet hem terug op zijn plaats en sluit
de rechtse kap van de bovenwagen als er geen andere machinefuncties
nodig zijn.
2A
.
1
en hou hem ingedrukt.
2A
.
1
en hou hem ingedrukt.
2B
.
1
en hou hem ingedrukt.
2B
.
1
en hou hem ingedrukt.
2C
.
1
en hou hem ingedrukt.
2 - 61
1
2
3
2A
1
3
1
2
3
2A
1
3
1
2
3
2B
1
3
1
2
3
2B
1
3
1
2
3
2C
1
3