12.4.1
Bandenspanning van de steunwielen controleren
Banden
400/60-15.5
Afb. 178
12.4.2
Visuele controle van trekstang- en topstangpennen
12.4.3
Rollenkettingen en kettingwielen onderhouden
EDX 6000-2 BAH0038-1 03.10
Controleer de bandenspanning (zie tabel
Afb. 178).
Controle-intervallen in
acht nemen (zie hoofdstuk Onderhouds- en verzorgingsschema –
overzicht, op pagina 143).
Nominale
bandenspanning
1,8 bar
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, beetpakken, vastgrijpen en stoten
als de machine onbedoeld loskomt van de tractor.
Controleer elke keer bij het aankoppelen van de tractor of de bouten
van de topstang en trekstang zich in goede staat bevinden. Als de
trekpennen duidelijk tekenen van slijtage vertonen, dient u de
trekdissel te vervangen.
Alle rollenkettingen na het seizoen
•
reinigen (inclusief kettingwielen en kettingspanner);
•
controleren;
•
smeren met dun vloeibare minerale olie (SAE30 of SAE40).
Reinigen, service en onderhoud
145