UITGAVE 05/2015
GEBRUIKSAANWIJZING
Zorg ervoor dat er geen ontstekingsbronnen zoals open vuur, vonken, gloeidraden of
hete oppervlakken in de omgeving aanwezig zijn. Niet roken.
Zorg voor duurzame technische dichtheid van de buisverbindingen, slangen,
uitrustingsstukken en aansluitingen:
- Periodiek, preventief onderhoud (vervanging van slangen, controleren of
verbindingen goed vastzitten, enz.).
- Regelmatige controle door nakijken en ruiken op lekkage en defecten, bijv. dagelijks
vóór het in gebruik nemen na afl oop van het werk of wekelijks.
Bij gebreken apparaat of installatie meteen stopzetten onmiddellijk laten repareren.
4.2
VEILIGHEIDSTIPS VOOR HET PERSONEEL
Neem de informatie in deze handleiding altijd in acht, met name de algemene
veiligheidstips en de waarschuwingen.
Plaatselijke richtlijnen met betrekking tot arbeidsveiligheid en
ongevallenpreventievoorschriften moeten te allen tijde worden nageleefd.
Personen met een pacemaker mogen niet in het buurt van het hoogspanningsveld
komen!
4.2.1
VEILIG OMGAAN MET WAGNER SPUITAPPARATEN
De spuitstraal staat onder druk en kan gevaarlijk letsel veroorzaken.
Injectie van verf of spoelmiddel voorkomen:
Richt het spuitpistool nooit op personen.
Grijp nooit met de handen in de spuitstraal.
Vóór alle werkzaamheden aan het apparaat, bij werkonderbrekingen en bij storingen
in de werking:
- Koppel de energie- en persluchttoevoer los.
- Maak het spuitpistool en het apparaat drukloos.
- Borg het spuitpistool tegen ongewenste bediening.
- Verhelp bij storingen in de werking de fout conform het hoofdstuk "Storingen opsporen".
De vloeistofspuitapparatuur moet indien nodig, echter minimaal om de 12 maanden,
door een deskundige (bijv. WAGNER servicemonteur) worden gecontroleerd op een
veilige staat, conform de richtlijn voor vloeistofspuitapparatuur (in Duitsland ZH 1/406
en BGR 500 deel 2 hoofdstuk 2.29 en 2.36).
- Bij stilgelegde apparaten kan de keuring worden uitgesteld tot de eerstvolgende
inbedrijfstelling.
Voer de werkstappen conform het hoofdstuk "Druk afl aten" uit:
- Wanneer het afl aten van druk wordt vereist.
- Wanneer de spuitwerkzaamheden worden onderbroken of beëindigd.
- Voordat het apparaat aan de buitenkant wordt gereinigd, gecontroleerd of onderhouden.
- Voordat de spuitkop wordt geïnstalleerd of gereinigd.
Bij huidletsels door verf of spoelmiddelen:
Noteer welke verf of welk spoelmiddel u hebt gebruikt.
Raadpleeg onmiddellijk een arts.
Letsel door terugstootkrachten voorkomen:
Zorg er bij bediening van het spuitpistool voor dat u stabiel staat.
Houd het spuitpistool niet te lang in dezelfde houding vast.
BESTELNUMMER DOC2358832
15