4.3 SeaTalkng ®-voeding
Het product wordt van spanning voorzien via de SeaTalkng ®-backbone.
Een SeaTalkng ®-backbone heeft één 12 VDC--voeding nodig, die verbonden is met
de SeaTalkng ®-backbone. Hierin kan worden voorzien door:
• een accu
, via het distributiepaneel,
(1)
• een besturingsunit aandrijfeenheid (ACU)
• een SPX koerscomputer
• voor 24 VDC-schepen is een 5 amp gereguleerde, galvanisch gescheiden 24/12
V DC/DC-converter vereist.
Opmerking:
• (1) De accu die wordt gebruikt voor het starten van de motor(en) van het schip
mogen NIET worden gebruikt voor het voeden van de SeaTalkng ®-backbone,
omdat dit plotselinge spanningsval kan veroorzaken wanneer de motoren
worden gestart.
• (2) De ACU-100 en de SPX-5 kunnen niet worden gebruikt voor het voeden
van de SeaTalkng ®-backbone.
SeaTalkng ®-voedingsaansluiting
Kleine systemen
Als de backbone-lengte 60 m (197 ft) of minder is, dan kan de voedingsaansluiting
worden verbonden met ieder punt op de backbone.
Grote systemen
Als de backbone-lengte meer is dan 60 m (197 ft), dan dient de voedingsaansluiting
worden verbonden op een punt waarbij een uitgebalanceerde stroomafname
wordt gecreëerd vanaf iedere kant van de backbone. Het Load Equivalency
Number (LEN) wordt gebruikt om het aansluitpunt voor de voeding voor het
systeem te bepalen.
Kabels en aansluitingen
,
(2)
,
(2)
37