Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheidssystemen; Condensvorming; Filtermatten; Deurschakelaar - Rittal SK 3302 Series Montage- En Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

3 Beschrijving van het aggregaat

3.1.4 Veiligheidssystemen

– Het koelaggregaat is in het koudemiddelcircuit
NL
voorzien van een geteste drukbewaking volgens
EN 12 263. Deze drukbewaking is ingesteld op
max. PS (toel. druk) en functioneert bij herhaalde-
lijk optredende drukval via een automatisch reset-
systeem.
– Een temperatuurbewaking voorkomt bevriezing
van de verdamper. Bij bevriezingsgevaar scha-
kelt de compressor uit en bij hogere temperatu-
ren automatisch weer in.
– De koudemiddelcompressor en de ventilatoren
zijn ter beveiliging tegen te hoge stromen en tem-
peraturen uitgevoerd met een thermische wikke-
lingsbeveiliging.
– Om drukafname in de compressor en daarmee
het veilig starten van het proces mogelijk te maken,
schakelt het aggregaat na een afschakeling (bijv.
na het bereiken van de insteltemperatuur door de
deurschakelaarfunctie of door het spanningsvrij
schakelen) met een vertraging van 180 sec. in.
– De aansluitklemmen (klemmen 3 – 5) van het
koelaggregaat zijn voorzien van potentiaalvrije
contacten via welke de systeemmeldingen van
het aggregaat, bijv. met behulp van een PLC,
kunnen worden opgevraagd (1x wisselcontact
basiscontroller/2x maakcontacten comfort-
controller).

3.1.5 Condensvorming

Bij hoge luchtvochtigheid en lage temperaturen in
de behuizing kan er op de verdamper condens
worden gevormd.
De koelaggregaten (behalve SK 3302.xxx,
SK 3303.xxx en SK 3361.xxx) zijn voorzien van een
automatische, elektrische condensaatverdamping.
Het hiervoor toegepaste verwarmingselement is
gebaseerd op de zelfregelende PTC-techniek. Het
condensaat dat op de verdamper is ontstaan, wordt
in het externe circuit van het koelaggregaat in een
reservoir verzameld en voor een deel door de lucht-
stroming verdampt. Indien het waterpeil stijgt, komt
het water in het PTC-verwarmingselement terecht
en wordt het verdampt (principe van doorlopende
verwarming). De waterdamp stroomt met de lucht-
stroming van de externe ventilator uit het koelaggre-
gaat.
Het PTC-verwarmingselement is permanent aange-
sloten en heeft geen schakelmoment. Het verwar-
mingselement is met fijnzekeringen (F1.1, F1.2)
tegen kortsluiting beveiligd. Wanneer een zekering
is aangesproken, loopt de gevormde condens via
de veiligheidsoverloop weg.
Bij de aggregaattypen SK 3302.xxx, SK 3303.xxx
en SK 3361.xxx wordt het condenswater via een
buisje in de scheidingswand van de verdamper aan
de onderzijde van het aggregaat naar buiten
gevoerd. Hiertoe dient een slangstuk op de con-
densafvoersteun te worden aangesloten (zie
6
„4.4 Condensafvoer aansluiten", pagina 11). Voor
deze aggregaattypen zijn externe condensaatver-
dampers als toebehoren leverbaar (zie ook toebe-
horen RITTAL-handboek).

3.1.6 Filtermatten

De complete condensor van het koelaggregaat is
voorzien van een vuilafstotende resp. gemakkelijk
te reinigen RiNano-coating. In veel situaties is
daarom de toepassing van filtermedia overbodig,
vooral in omgevingen met droog stof.
Bij droge, grove stofdeeltjes en pluisjes in de
omgevingslucht dient een extra filtermat van PU-
schuim (als toebehoren leverbaar) in het koelaggre-
gaat te worden ingebouwd. Afhankelijk van de hoe-
veelheid stof dient u het filter af en toe te verwisse-
len.
In omgevingen met oliehoudende lucht raden wij
metalen filters aan (eveneens toebehoren). Deze
kunt u met geschikte reinigingsmiddelen reinigen
en opnieuw gebruiken.
Functie van de filtermatbewaking:
De mate van verontreiniging van de filtermat wordt
automatisch bepaald door een temperatuurverschil-
meting in het externe circuit van het koelaggre-
gaat. Bij toenemende verontreiniging van de filter-
mat stijgt het temperatuurverschil. De gewenste
waarde van het temperatuurverschil in het externe
circuit wordt automatisch aan de betreffende
arbeidspunten in de karakteristieken aangepast.
Hierdoor hoeft de gewenste waarde bij verschil-
lende arbeidspunten van het aggregaat niet te
worden nageregeld.

3.1.7 Deurschakelaar

Het koelaggregaat kan via een potentiaalvrij aan-
gesloten deurschakelaar worden bediend. De
deurschakelaar is niet bij de levering inbegrepen
(toebehoren, bestelnr. PS 4127.000).
De deurschakelaarfunctie zorgt dat de ventilatoren
en de compressor in het koelaggregaat bij ge-
opende kastdeur (contact 1 en 2 gesloten) na ca.
15 sec. worden afgeschakeld. Dit vermindert de
condensvorming in de behuizing bij geopende
deur. Om beschadiging van het aggregaat te voor-
komen, is dit uitgevoerd met een inschakelvertra-
ging: de verdamperventilator schakelt na het slui-
ten van de deur na een vertraging van ca. 15 sec.
weer in, de condensorventilator en de compressor
na ca. 3 min.
Opmerking:
– De deurcontacten (klemmen 1 en 2)
mogen niet door externe spanning
worden gevoed.
– Bij koelaggregaten met basisregeling
alsmede 230/115 V en 400 V/2-fase-
aansluiting blijft de verdamperventilator
ook bij geopende deur functioneren.
Montage-, installatie- en bedieningshandleiding RITTAL koelaggregaat

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave