In deze hele handleiding worden pijlen gebruikt bij de instructies, om in het kort het proces voor het
oproepen van bepaalde displays en functies aan te geven.
De displaytaal veranderen
Hiermee kunt u de taal bepalen die wordt gebruikt in de display voor berichten, bestandsnamen
en tekeninvoer.
1
Roep de bedieningsdisplay op.
1 [FUNCTION] → 2 TAB [L][R] MENU2 → 3 [G] (SYSTEM) → 4 TAB [L][R] OWNER
1
2
Selecteer de gewenste taal met de knoppen [4]/[5].
De taal is nu ingesteld.
De helderheid van de display aanpassen
1
Roep de bedieningsdisplay op.
1 [FUNCTION] → 2 TAB [L][R] MENU1 → 3 [J] (UTILITY) → 4 TAB [L][R] CONFIG1
1
2
Gebruik de knoppen [A]/[B] om 'LCD BRIGHTNESS' te selecteren.
3
Pas de helderheid van de display aan met de knoppen [4]/[5].
De display is het donkerst bij de instelling '1' en het helderst bij '3'.
2
2
3
3
2
2
3
3
4
4
2
4
4
CVP-701 Gebruikershandleiding
21