De ingebouwde flitser gebruiken
Met automatische E-TTL II-flits worden uiterst nauwkeurige
en consistente flitsopnamen verkregen.
De ingebouwde flitser gebruiken in Basisgebruik
Indien noodzakelijk komt de ingebouwde flitser automatisch naar
boven bij slechte lichtomstandigheden of tegenlicht. (behalve in
de modi <3> <5> <7>)
De ingebouwde flitser gebruiken in Creatief gebruik
Ongeacht het lichtniveau kunt u de knop <D> indrukken om de
ingebouwde flitser te voorschijn te laten komen.
d
: Voor volautomatische flitsfotografie. De sluitertijd
(1/60 sec. - 1/200 sec.) en de diafragmawaarde worden
automatisch ingesteld zoals in modus <1> (volautomatisch).
s
: Hiermee stelt u de gewenste sluitertijd in (30 sec. - 1/200 sec.).
De camera stelt automatisch het flitsdiafragma in zodat u een
bij de sluitertijd passende belichting krijgt.
f
: Hiermee stelt u de gewenste diafragmawaarde in.
De camera stelt dan automatisch de sluitersnelheid in
(30 sec. - 1/200 sec.) zodat u een bij het diafragma passende
belichting krijgt.
Bij donkere achtergronden zoals in een nachtopname, wordt
een trage synchronisatie ingesteld zodat zowel het onderwerp
als de achtergrond goed worden belicht. Het hoofdonderwerp
wordt belicht door de flitser, terwijl de achtergrond met een
lange sluitertijd wordt belicht.
¡Omdat opnamen met automatische trage synchronisatie een
lange sluitertijd hebben, dient u altijd een statief te gebruiken.
¡
Indien u niet wilt dat een lange sluitertijd wordt ingesteld,
stelt u C.Fn-03 [Flits sync snelheid AV mode] in op
[1: 1/200sec. (vast)]. (p. 148)
a
: U kunt de sluitertijd ("buLb" of 30 sec. - 1/200 sec.) en de
diafragmawaarde instellen. Het hoofdonderwerp wordt op
de juiste wijze belicht door de flitser. De achtergrondbelichting
varieert afhankelijk van de sluitertijd en het diafragma.
8: Het resultaat met de flitser zal hetzelfde zijn als in de modus <d>.
96