3 De CMOS-sensor reinigenN
¡
Tijdens het reinigen van de beeldsensor moet u geen van de volgende
handelingen verrichten. De stroom wordt dan uitgeschakeld. Als de
stroom wordt uitgeschakeld, gaat de sluiter dicht, waardoor de
sluitergordijnen en de beeldsensor beschadigd kunnen raken.
• De aan-/uitschakelaar op <OFF> zetten.
• Het deksel van de CF-kaartsleuf openen.
• Het deksel van het batterijcompartiment openen.
¡
Steek het blaasbuisje niet verder dan de lensbevestiging in de camera.
Als de stroom wordt uitgeschakeld, zal de sluiter dichtgaan, waardoor
de sluitergordijnen en de beeldsensor beschadigd kunnen raken.
¡
Gebruik een blaasbuisje zonder borsteltje. Een borsteltje kan het oppervlak
van de sensor beschadigen.
¡
Gebruik nooit lucht of gas uit flessen om de sensor schoon te maken.
De druk kan de sensor beschadigen of de spray kan de sensor bevriezen.
¡
Als de batterij leeg is, klinkt er een pieptoon en knippert het pictogram
<c> op het LCD-paneel. Zet de aan-/uitschakelaar op <2>, vervang
de batterij en begin opnieuw.
¡
U kunt de sensor niet reinigen als batterijgreep BG-E3 (optioneel) op de
camera is bevestigd en AA-batterijen de stroomtoevoer verzorgen. Gebruik
wisselstroomadapterset ACK700 (optioneel) of gebruik een batterij die
voldoende is opgeladen.
40
4
Reinig de beeldsensor.
¡
Gebruik een blaasbuisje
(in de handel verkrijgbaar) om stof
op het oppervlak van de
CMOS-sensor voorzichtig te
verwijderen.
5
Stop met reinigen.
¡
Zet de aan-/uitschakelaar op <2>.
s
De camera wordt uitgeschakeld, de
sluiter gaat dicht en de spiegel wordt
weer dichtgeklapt.
¡
Zet de aan-/uitschakelaar op <1>.
U kunt weer opnamen gaan maken.