j Bediening met de zelfontspanner
Gebruik de zelfontspanner als u zelf op de foto wilt. U kunt de zelfontspanner
gebruiken in alle Basisgebruik- of Creatief gebruik-modi.
Zorg ervoor dat u niet vóór de camera staat als u de ontspanknop indrukt om de
zelfontspanner in werking te stellen. Anders gaat de scherpstelling verloren.
¡
Gebruik een statief als u de zelfontspanner gebruikt.
¡
Als u de zelfontspanner wilt uitschakelen nadat u deze in werking hebt gesteld,
drukt u op de knop < iQ >.
¡
Als u met de zelfontspanner een foto van u zelf maakt, vergrendelt u de focus (p. 75)
op een onderwerp dat zich ongeveer op dezelfde afstand bevindt als u op het
moment van de opname.
¡
U kunt de pieptoon ook uitschakelen. (p. 50)
48
1
Selecteer <Q>.
¡
Kijk op het LCD-paneel en druk op de knop
< iQ > om < Q > te selecteren.
2
Stel scherp op het onderwerp.
¡
Kijk in de zoeker en druk de ontspanknop
half in om te controleren of het
focusbevestigingslampje < o > brandt en of
de belichtingsinstelling wordt weergegeven.
3
Maak de opname.
¡
Kijk door de zoeker en druk
de ontspanknop volledig in.
s
U hoort een pieptoon, het lampje van
de zelfontspanner gaat knipperen en de
opname wordt 10 seconden later gemaakt.
Gedurende de eerste 8 seconden hoort
u een langzame pieptoon en knippert
het lampje. Gedurende de laatste
2 seconden hoort u een snellere
pieptoon en blijft het lampje branden.
s
Tijdens de werking van de
zelfontspanner wordt op het
LCD-paneel het aantal seconden
afgeteld totdat de opname is gemaakt.