Gebruikershandleiding Selenia Dimensions-systeem
Hoofdstuk 6: Beeldvorming
6.6.1
Tabblad Hulpmiddelen beeldbeoordeling
Het tabblad Hulpmiddelen op het procedurescherm biedt de hulpmiddelen voor het
beoordelen van beelden. Op het actieve hulpmiddel verschijnt een vinkje.
Figuur 55: Hulpmiddelen voor het beoordelen van
beelden
8. Met de AEC-knop worden de AEC-sensorgebieden weergegeven die worden gebruikt voor de
belichtingsberekening. De sensorgebieden worden op het beeldweergavescherm weergegeven.
9. Met de knop voor patiëntinformatie wordt het scherm met patiëntinformatie geactiveerd.
10. Met de knop voor Autom. hangen wordt de geselecteerde studie in een 4-up-configuratie
geplaatst.
11. Met de knop voor Auto-Pairing (Automatische koppeling) wordt automatische koppeling voor
het huidige geselecteerde beeld in een multi-up-configuratie uitgeschakeld.
12. Met de SNR/CNR-knop worden de signaal-ruis verhouding en de contrast-ruisverhouding op
het ACR-fantoom berekend.
13. Met de knop voor Aanpassen aan weergavekader wordt het beeld in de beeldttegel geplaatst.
14. Met de knop voor Werkelijke grootte wordt het beeld op ware grootte van de borst
weergegeven.
15. Met de knop voor Werkelijke pixels weergeven wordt het beeld in de volledige resolutie
weergegeven.
16. Met de knop voor Multi-up-weergave wordt het aantal weer te geven tegels geselecteerd.
17. Met de knop voor Beeldtegel naar voren brengen wordt de actieve multi-up-tegel ingesteld.
18. Met het hulpmiddel voor Beeld inverteren verandert zwart in wit en andersom.
19. Met de spiegel-knop wordt het beeld omgekeerd (gespiegeld).
20. Met de knop voor Markeren voor afdrukken worden de projectie- of reconstructiebeelden van
een tomosynthesebeeld gemarkeerd voor afdrukken op een later tijdstip.
Pagina 100
Legenda
1. Met het zoom-hulpmiddel wordt een gedeelte van het
beeld vergroot.
2. Met de liniaal wordt de afstand tussen twee punten
gemeten.
3. Met het dradenkruis wordt een dradenkruis op het
beeldweergavescherm weergegeven.
4. Met de demetalizer worden tomosynthesebeelden
verwerkt die metalen objecten bevatten.
5. Met het venster/niveau-hulpmiddel worden helderheid
en contrast gewijzigd.
6. Met het hulpmiddel voor fijnafstelling venster/niveau
kunnen specifieke venster- en niveauwaarden worden
ingevoerd.
7. Met het hulpmiddel voor LUT-selectie wordt door
beschikbare venster/niveau-instellingen gebladerd om
een weergegeven beeld met eraan bevestigde LUT's te
lokaliseren.
MAN-08950-1502 Revisie 002