Opnametips
Soms wordt de belichtingsmeter van de camera door de omstandigheden misleid. Dan biedt de
belichtingscorrectie uitkomst. Zo kan bijvoorbeeld een zeer licht tafereel, zoals een sneeuw-
landschap of een zonbeschenen wit strand, te donker op de opname komen. Pas dan voordat
u de opname maakt de belichting aan met een correctie van +1 of +2 LW.
Gemeten belichting
In dit voorbeeld leidde het donkere water tot overbelichting, waardoor het beeld te licht
werd. Door toepassing van een belichtingscorrectie ontstaat er detaillering in de blade-
ren, en de stenen en het water zien er realistischer uit.
LW staat voor lichtwaarde. Een
verandering ter waarde van een
lichtwaarde verdubbelt of hal-
veert de belichting.
Gebruik de links/rechtstoetsen van de stuureen-
heid om de gewenste correctiewaarde in te stel-
len.
De LCD-monitor vertoont het correctiesymbool en de correctie-
waarde. De belichtingsverandering is zichtbaar in het beeld op de
LCD-monitor. De belichtingscorrectie wordt automatisch ingesteld na
vijf seconden, of wanneer er op een andere cameratoets wordt
gedrukt.
+2,0 LW
+1,0 LW
0,0 LW
–1,0 LW
–2,0 LW
–1,0 LW
4 x zoveel licht
2 x zoveel licht
Gemeten belichting
1/2 x zoveel licht
1/4 x zoveel licht
–2,0 LW
41