Opnametips
De zoomstand bepaalt niet alleen hoe groot een onderwerp in beeld komt, maar beïnvloedt ook
de scherptediepte en de perspectief. Scherptediepte is de ruimte tussen het dichtstbijzijnde en
het verst verwijderde scherp afgebeelde voorwerp in het beeld. Naarmate u meer inzoomt (tele)
wordt de scherptediepte kleiner, waardoor het hoofdonderwerp los komt van zijn omgeving.
Portretten worden vaak in de telestand opgenomen. Uitzoomen naar de groothoekstand maakt
zowel de voor- als achtergrond scherp. Doorgaans profiteren landschapopnamen van de gro-
tere scherptediepte van groothoekobjectieven. Groothoekobjectieven geven ook een sterk per-
spectivisch effect met veel dieptewerking. Teleobjectieven drukken de ruimte tussen onderwerp
en omgeving samen, waardoor de dieptewerking sterk wordt verminderd.
25