2.6 Veiligheidsmaatregelen
In de Instaltest AT zitten een aantal funcites die de veiligheid van u als
gebruiker verhogen. Deze functies zijn:
Indicator
uitgevoerd wegens incorrecte voorwaarden op de meetingang.
In het geval van een spanning hoger dan 10 V (wisselstroom of gelijkstroom)
op de meetingang wordt de meting van isolatieweerstand, vartistortest,
aardverspreidingsweerstand en de DOORGANGstest niet uitgevoerd.
Het instrument ontlaadt het geteste object automatisch na het voltooien van
de meting.
L en N aansluitingen worden automatisch omgedraaid volgens de gegevens
van de spanning en polariteit indicator.
Automatische ontlading van een capacitief object kost enige tijd nadat de
meting van de isolatieweerstand is voltooid. De waarschuwingsboodschap
en de eigenlijke spanning worden tijdens het ontladen getoond tot de
spanning onder 10 V zakt. Ontkoppel in geen geval meetsnoeren totdat het
geteste object volledig is ontladen!
2.7 Certificatie en conformiteit
De Instaltest AT voldoet aan de van toepassing zijnde Europese Richtlijnen.
Tijdens het ontwerp van het meetsysteem zijn normen toegepast om te kunnen
voldoen aan de fundamentele eisen van de Richtlijnen. Op basis van deze
gegevens is CE-markering aangebracht. De Richtlijnen en normen worden
opgesomd in de EU-verklaring van Overeenstemming. Zie Bijlage 1
Conformiteitsverklaring Instaltest AT.
betekent dat de geselecteerde meting niet kan worden
Opmerking over EN en IEC normen:
De tekst van deze handleiding bevat verwijzingen naar
Europese normen. Alle normen van de EN 6XXXX (bijv. EN
61010) serie komen overeen met IEC-normen met hetzelfde
nummer (bijv. IEC 61010) en verschillen alleen in
geamendeerde delen die door de Europese
harmoniseringsprocedure zijn vereist.
18
Samenstelling van het apparaat
Rev 001