Pagina 2
Nieaf-Smitt BV. Nieaf-Smitt BV voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling en behoudt zich daarom het recht voor zonder voorafgaande aankondiging de in deze publicatie weergegeven specificatie en beschrijving van de apparatuur te wijzigingen.
Pagina 3
Voor de detail gegevens en instructie verwijzen we naar de complete handleiding van de Instaltest XE. In deze gebruikershandleiding worden, om de aandacht te vestigen op bepaalde onderwerpen of acties, de volgende markeringen gebruikt.
Pagina 4
- Teksten op het display staan tussen aanhalingstekens; b.v. “O.R.” - Knoppen en toetsen die bediend moeten worden staan tussen blokhaken; b.v. [OK] of worden weergegeven met de afbeelding van de toets. - Menu keuzes op de Instaltest XE worden weergegeven als vet; b.v. Instellingen Garantie Nieaf-Smitt BV geeft gedurende een periode van 12 maanden garantie op het meetsysteem.
Pagina 5
Vooraf Waarschuwingen op het apparaat Op de tester zijn een aantal pictogrammen aangebracht die als doel hebben de gebruiker te waarschuwen voor de mogelijke risico's die nog aanwezig kunnen zijn ondanks het veilige ontwerp. Pictogram Omschrijving Positie op de tester Waarschuwing: Aan de achterzijde van de tester Algemeen gevaarteken.
Pagina 6
Vooraf 1. Algemene veiligheidsvoorschriften............7 2. Plaatsen van de batterijen ..............10 2.1 Batterijen......................10 2.2 Opladen.......................11 2.3 Voorzorgsmaatregelen bij het opladen ............12 3. Functieregel met functie en parameters ..........13 3.1 Meetfunctie/subfunctie selecteren ..............13 3.2 Meetbereiken en limieten instellen ..............13 4. Metingen ....................14 4.1 Lichtsterkte......................15 4.2 TRMS stroom......................16 4.3 Aardweerstand ....................17...
Het is verboden de INSTALTEST XE in een explosiegevaarlijke ruimte te plaatsen en/of te gebruiken. Als de INSTALTEST XE door een derde partij wordt gebruikt bent u, zijnde de eigenaar/gebruiker, zelf verantwoordelijk, tenzij anders is overeengekomen.
Pagina 8
Indien een Zekering in het instrument is aangesproken, moet deze volgens de instructies in de uitgebreide handleiding vervangen worden. Sluit de Instaltest XE niet aan op spanningen hoger dan 550V Gebruik alleen originele meet accessoires met de INSTALTEST XE. Deze kunne via Nieaf-Smitt of via uw distributeur worden verkregen.
Pagina 9
Algemene veiligheidsvoorschriften De INSTALTEST XE wordt geleverd met Ni-Cd of Ni-Mh batterijen. Vervang deze indien nodig voor het zelfde type en capaciteit. Gebruik geen gewone batterijen als de INSTALTEST XE is verbonden met de laadapapter. Verwijder alle meet aansluitingen voordat het batterij compartiment wordt geopend.
Plaatsen van de batterijen 2. Plaatsen van de batterijen De batterijen van de INSTALTEST XE moeten worden geplaatst in de batterijhouder aan de achterzijde van het instrument Fuse Fuse Fuse S/N XXXXXXXX SIZE AA SIZE AA SIZE AA Figuur 1 Plaatsen batterijen Verwijder de schroeven 3 en neem de batterijcover los.
Pagina 11
Plaatsen van de batterijen VOORZICHTIG: Dit instrument bevat NiMH batterijen. Gooi deze batterijen niet bij het gewone afval. Gebruikte batterijen moeten voor recycling ingezameld worden. TIP: Als de oplaadbare batterijen leeg zijn kan men ook normale AA batterijen gebruiken. De oplader in het instrument is een accupack-oplader. Dit wil zeggen dat de cellen tijdens het opladen in serie zijn verbonden zodat ze allemaal in een vergelijkbare staat moeten zijn (evenveel opgeladen, hetzelfde type en dezelfde leeftijd).
Plaatsen van de batterijen 2.3 Voorzorgsmaatregelen bij het opladen Tijdens het opladen van nieuwe batterijcellen of cellen die langere tijd niet zijn gebruikt (meer dan 3 maanden) kunnen onvoorspelbare chemische processen ontstaan. Ni-MH en Ni-Cd cellen kunnen beïnvloed worden door verschillende omstandigheden (soms wordt dit geheugeneffect genoemd).
Functieregel met functie en parameters 3. Functieregel met functie en parameters Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Sensor Figuur 3 Draaischakelaar en bijbehorende functieregel Legenda: 1. Geselecteerde test. 2. Geselecteerde test of subtest. 3. Meetbereiken en grenswaarden. 4. Resultaat veld, met daarin het hoofdresultaat en het sub resultaat en de goed of fout indicatie 5.
Pagina 14
Metingen 4. Metingen In dit hoofdstuk worden de verschillende meet functies beschreven. De beschrijving bestaat uit een 5 tal onderdelem: 1. Instellen van de draaischakelaar. 2. Instellen van de meetparameters. 3. Aansluitschema’s en of plaatsing van de meettoebehoren. 4. Starten van de meting. 5.
Pagina 15
Metingen 4.1 Lichtsterkte Stel functie in Stel de parameters en limiet in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Onderlimiet lichtsterkte [∗lux schakelt Sensor afkeurgrens uit, 0.1 lux ÷ 20.0 klux] Plaatsing van de sensor TEST Schakel de sensor in. Druk op de knop.
Metingen 4.2 TRMS stroom Stel functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Bovenlimiet stroomsterkte [∗mA schakelt afkeurgrens uit, 0.1mA ÷ 100.0 mA] Sensor Aansluitschema Optie NS 1018 TEST Druk op de knop. Bekijk het resultaat en druk op MEM om het resultaat op te slaan. Weergegeven resultaten: I: TRMS stroom (of TRMS lekstroom) Rev 001...
Pagina 17
Metingen 4.3 Aardweerstand Stel functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Bovenlimiet aardweerstand [∗Ω schakelt afkeurgrens uit, 1 Ω ÷ 1666 Ω] Sensor Aansluitschema De testaansluitingen worden als volgt gebruikt: L/L1 zwart meetsnoer wordt gebruikt als hulpelektrode (H) N/L2 blauw meetsnoer wordt gebruikt als aardlektrode (E) PE/L3 Groen meetsnoer wordt gebruikt als meetelektrode (S) >5d...
Pagina 18
Metingen 4.4 Weerstand Stel functie in Stel sub-functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Bovenlimiet weerstand RLAAGΩ DOORGANG [∗Ωschakelt afkeurgrens uit, 0.1 Ω ÷ 20.0 Ω] Sensor Aansluitschema DOORGANG RLAAGΩ HAR..Hoofd Aard Rail Ap..AardPunt L/L1 PE/L3 Verlengd meetsnoer...
Metingen 4.5 Isolatieweerstand Stel functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Nominale testspanning ÷ 1000 V [100 V Sensor Onderlimiet isolatieweerstand [∗MΩ schakelt afkeurgrens uit, 0.01 MΩ ÷ 200 MΩ] Aansluitschema Schakelaars Netspanning uitgeschakeld gesloten TEST Druk op de...
Pagina 20
Metingen 4.6 Isolatie bewakingsapparatuur in IT netten Stel functie in Stel sub-functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Bovenlimiet Aarde Enkelvoudige enkelvoudige lekstroom lekstroom [∗F IMD controle schakelt Sensor afkeurgrens uit, 3.0 mA ÷ 5.0 mA] Aansluitschema IT net L/L1...
Pagina 21
Metingen 4.7 Netimpedantie Z (fase-nul, fase-fase) LINE Stel functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Zekering type [∗F schakelt afkerugrens uit, NV, gG, B, C, K, D] Aanspreekstroom zekering [0.5 A ÷ Sensor 1250 A] Aanspreektijd zekering [35 ms ÷...
Pagina 22
Metingen 4.8 Circuitimpedantie Z (fase aarde) LOOP Stel functie in Stel sub-functie in Stel de parameters en limieten in Zline Isolatie Weerstand loop Z LOOP Zekering type [∗F Aarde Zs(rcd) schakelt afkerugrens uit, NV, gG, B, C, K, D] Aanspreekstroom Sensor zekering [0.5 A ÷...
Metingen 4.10 Spanning en frequentie Stel functie in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Sensor Aansluitschema Bekijk het resultaat en druk op MEM om het resultaat op te slaan. Weergegeven resultaten: Ul(1)-n(2): Spanning tussen fase en nul of tussen fase en fase ( L1 en L2) Ul(1)-pe(3): Spanning tussen fase en aarde of tussen fase en fase ( L1 en L3) Un(2)-pe(3): Spanning tussen nul en aarde of tussen fase en fase ( L2 en L3) Rev 001...
Metingen 4.11 Fase volgorde Stel functie in Zline Isolatie Weerstand loop Aarde Sensor Aansluitschema Optie NS 1110 Resultaat 2.1.3 Resultaat 1.2.3 Bekijk het resultaat en druk op MEM om het resultaat op te slaan. Weergegeven resultaten: Ph: Fasevolgorde 1.2.3: Normale fasevolgorde (rechtsdraaiend veld) 2.3.1: Omgekeerde fasevolgorde (linksdraaiend veld) -.-.-: Niet herkende fase volgorde Rev 001...
Zekeringen vervangen 5. Zekeringen vervangen Onder het achterdeksel van het Instaltest-instrument bevinden zich drie zekeringen. M 0.315 A / 250 V, 20×5 mm Deze zekering beschermt de interne circuits van de Continuïteitsmeting als per abuis de meetsnoeren op de netspanning worden aangesloten. F2, F3 F 4 A / 500 V, 32×6.3 mm Algemene zekeringen voor de testaansluitingen L/L1 en N/L2.