batterijen compartiment. Voor reparatie verwijzen we naar § 8.4 - Kalibratie en
onderhoud en naar § 8.5 - Service.
8.2 Zekeringen vervangen
Onder het achterdeksel van het Instaltest-instrument bevinden zich drie
zekeringen.
F1
M 0.315 A / 250 V, 20 × 5 mm
Deze zekering beschermt de interne circuits van de DOORGANGsmeting als
per abuis de meetsnoeren op de netspanning worden aangesloten.
F2, F3
F 4 A / 500 V, 32 × 6.3 mm
Algemene zekeringen voor de meetingangen L/L1 en N/L2.
De positie van de zekeringen is te zien in Figuur 7 in § 4.7- Plaatsen van de
batterijen.
8.3 Reinigen
Voor de behuizing is geen speciaal onderhoud nodig. Voor het reinigen van het
oppervlak van het instrument gebruikt u een zachte doek die licht is bevochtigd
met zeepwater of alcohol. Laat het instrument vervolgens volledig opdrogen
voor gebruik.
WAARSCHUWING VOOR GEVAAR:
Ontkoppel alle meetaccessoires en zet het instrument uit
voordat u het deksel van het batterij/zekeringcompartiment
haalt, hier staat gevaarlijke spanning op!
WAARSCHUWING VOOR GEVAAR:
Vervang de zekering alleen voor hetzelfde type met de zelfde
waarde. Indien hier van wordt afgeweken kan de INSTALTEST
AT ernstig beschadigd raken of kunt u zich verwonden.
WAARSCHUWING VOOR GEVAAR:
Gebruik geen vloeistoffen op basis van benzine of alcohol!
Mors geen reinigende vloeistof op het instrument!
111
Onderhoud
Rev 001