Veiligheid
J
Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door
een door geautoriseerde servicepartner.
J
Kijk nooit direct in de laserstraal of in de laser-
uitlaat.
J
Richt de laserstraal nooit op reflecterende
vlakken, op mensen of op dieren. Zelfs een kort
oogcontact met de laserstraal kan oogziekten
veroorzaken.
J
Open nooit de behuizing van de opzetlaser!
Vermijd het gevaar voor letsel, brand en
gezondheidsschade:
J
Controleer het apparaat altijd eerst onder nullast.
Schakel het apparaat bij vreemde geluiden of
trillingen onmiddellijk uit en onderbreek de
stroomtoevoer. Neem het apparaat bij dergelijke
problemen nooit in gebruik, maar laat het
controleren en zo nodig repareren door een
elektromonteur.
J
Gebruik de machine alléén voor materialen die
vermeld staan onder het doelmatig gebruik.
J
Let op dat de zaag-motor-eenheid
bevestigd is.
J
Gebruik de machine alléén wanneer de veiligheids-
inrichtingen zich in de voorgeschreven positie
bevinden, de machine in goede staat verkeert
en volgens de voorschriften onderhouden is.
J
Houd de aansluitkabel altijd verwijderd van de
actieradius van de machine en leid de kabel
altijd naar achteren weg van de machine.
J
Bescherm uw gezondheid en
draag een gehoorbescherming,
een veiligheidsbril en een adem- / stofmasker.
J
Grijp nooit achter de zaag. Verwijder zaagresten,
werkstukdelen of klemzittende stukken pas
wanneer de stroomtoevoer onderbroken is en
het zaagblad stilstaat.
J
Zaag werkstukken niet te klein. Uw hand moet
minstens 10 cm van het zaagblad verwijderd
blijven.
J
Tracht niet, extreem kleine stukken te zagen.
J
Zorg voor een goede verlichting van de werkplek
(250 - 300 Lux). Gebruik het apparaat niet op
plaatsen waar brand- of explosiegevaar heerst,
bijv. in de buurt van brandbare vloeistoffen of
gassen.
8
NL
J
Vervang het tafelelement
beschadiging. Gevaar! Bij een beschadigd tafel-
element bestaat het gevaar dat kleine deeltjes
tussen tafelelement
en het zaagblad blokkeren.
Laat beschadigde tafelelementen onmiddellijk
vervangen door de technische dienst.
J
Gebruik de machine alléén voor de vermelde
toepassings- en vermogensbereiken. Overbelast
de machine niet.
J
Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van
olie en vet.
J
Waarborg dat de pendelbeschermkap
volgens de voorschriften functioneert en vrij kan
bewegen. Klem de pendelbeschermkap nooit
vast in geopende toestand.
J
Kies altijd geschikt zaagblad voor het te snijden
materiaal.
J
Steun langere werkstukken zodanig dat zij zich
veilig
op één hoogte bevinden met de zaagtafel
Q
J
Beveilig de machine na gebruik met de transport-
vergrendeling
J
Gebruik de schroefklemmen (b) of spaninrichtin-
gen, zodat bijvoorbeeld een groot werkstuk bij
het zagen niet weg kan draaien of schuiven. Het
werkstuk moet vast tegen de tafelbasis en het
aanslagblok gespannen zijn, zodat tussen draai-
tafel en werkstuk evenals tussen aanslagblok en
werkstuk geen openingen zijn.
J
Controleer altijd of alle kleminrichtingen en
blokkeringen goed vastzitten.
J
Zaag nooit meer dan één werkstuk in één keer.
J
Zorg ervoor dat het zaagblad vóór het zagen de
volle snelheid heeft bereikt en zet niet teveel
kracht. Zo voorkomt u dat het zaagblad vastloopt.
G
en zaagblad vastklemmen
G
Zo handelt u correct!
.
o
onmiddellijk bij
R
.
T