3.3.1
Weergavemodi
Selecteer met de knoppen in het weergavemodigebied van het scherm het type weergave
dat op de beeldweergavemonitor moet worden weergegeven. U kunt wisselen tussen
conventionele, gegenereerd 2D, projecties, reconstructies en SmartSlices voor het
weergeven van de combinatiebeelden.
1. Met de knop Conventioneel worden conventionele 2D-beelden weergegeven.
2. Met de knop Gegenereerd 2D wordt een 2D-beeld weergegeven dat uit het verworven
3. Met de knop Projecties worden de projectiebeelden uit de sweep van 15° weergegeven.
4. Met de knop Reconstructies worden gereconstrueerde plakken van 1 mm weergegeven.
5. Met de knop SmartSlices worden plakken van 6 mm uit de 3DQuorum-software
3.3.2
Plakindicator
De plakindicator op de beeldweergavemonitor wordt alleen op tomografische
reconstructies, met inbegrip van SmartSlices, weergegeven.
MAN-06029-1502 Revisie 004
Supplement bij gebruikershandleiding 3DQuorum-software
tomografische beeld is gegenereerd.
weergegeven.
Figuur 7: Plakindicator (optie
SmartSlice weergegeven)
Figuur 6: Weergavemodi
Legenda
1. Met de pijlen omhoog en omlaag kunt u van plakken
met een te onderzoeken laesie naar plakken die zijn
gemarkeerd om te worden afgedrukt gaan en
omgekeerd.
2. Met de pijlen omhoog en omlaag kunt u door plakken
met mededelingen bladeren.
3. H (anatomische verwijzing naar de richting van het
hoofd)
4. Hoogte binnen het borstvolume (voor SmartSlices)
5. Nummer van het met tomosynthese gereconstrueerde
plak- of SmartSlice-beeld
6. Met de schuifbalk kunt u door de plakken van de
reconstructies schuiven.
7. Plakken die te onderzoeken gebieden bevatten of zijn
gemarkeerd om te worden afgedrukt.
8. Plakken die mededelingen bevatten.
9. F (anatomische verwijzing naar de richting van de
voeten)
Hoofdstuk 3: Beelden
Legenda
Pagina 11