Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

6.10. Aansturing via de klemmen

Wanneer de ODP-2 frequentieregelaar nieuw uit de doos komt staan de parameters zodanig ingesteld (=fabrieksinstellingen) dat de
frequentieregelaar moet worden aangestuurd via de stuurstroomklemmen. Onderstaande punten geven aan hoe de frequentieregelaar snel in
bedrijf kan worden gesteld:
Sluit de voedingsspanning aan op de frequentieregelaar en let hierbij op dat de juiste voedingsspanning en afzekering wordt gebruikt
(zie hoofdstuk 11.2).
Sluit de motor aan op de frequentieregelaar. Let op dat de motor, afhankelijk van de voedingsspanning, in ster of driehoek is
geschakeld (zie hoofdstuk 5.6).
Sluit het noodstopcircuit als volgt aan (zie hoofdstuk 5.8 voor meer informatie):
o
Klem 1 moet doorverbonden worden met klem 12 (STO +).
o
Klem 9 moet doorverbonden worden met klem 13 (STO -).
Sluit het start contact aan op de klemmen 1 en 2. Zorg ervoor dat het contact open is (geen start commando).
Sluit een potmeter (1kΩ minimaal tot 10 kΩ maximaal) aan op de klemmen 5,6 en 7. De loper moet worden aangesloten op klem 6.
Schakel de voedingsspanning in. Het display geeft de melding
P1-07 = motorspanning, P1-08 = motorstroom en P1-09 = motorfrequentie.
Draai de potmeter terug naar de 0 stand.
Geef vervolgens een start commando via het contact dat is aangesloten op de klemmen 1 en 2. De frequentieregelaar is nu gestart en
de snelheid kan worden geregeld via de potmeter. Met de potmeter in de nulstand geeft het display
Draai de potmeter naar maximaal. De motor zal accelereren naar 50Hz (de standaard waarde van P1-01). De acceleratietijd kan
worden aangepast met parameter P1-03.
Wanneer de potmeter naar minimaal wordt teruggedraaid zal de motor decelereren naar 0 Hz. De deceleratietijd kan worden ingesteld
met parameter P1-04 en de minimale frequentie kan worden ingesteld met P1-02.
Druk kortstondig op de
Druk nogmaals op de
Druk nogmaals op de
Verbreek het start contact om de motor te stoppen.
Wanneer de motor stilstaat en de regelaar is gestopt met uitsturen, zal het display
30
Optidrive ODP-2 gebruikershandleiding revisie 1.31
(Navigatie) toets om de actuele motorstroom te laten weergeven.
toets om het uitgangsvermogen weer te geven.
toets om terug te keren naar de weergave van de actuele frequentie.
www.invertekdrives.com

. Stel vervolgens de juiste motorgegevens in bij de parameters

weergeven.
.
weer.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Optidrive p2 ip55Optidrive p2 ip66Optidrive p2

Inhoudsopgave