Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Snel van start Optidrive HVAC OPTIDRIVE HVAC (IP55 behuizing). Mechanische montage Zie voor meer informatie hoofdstuk 3.4 HVAC Display (Status, Diagnostiek en Programmering) Bedienpaneel Zie voor meer informatie hoofdstuk 5.5 Noodstop (Safe Torque Off (STO)) De contacten van het noodstopcircuit moeten op de volgende manier worden aangesloten: Supply Voltage...
Pagina 3
Snel van start Optidrive HVAC OPTIDRIVE HVAC (IP66 behuizing). Mechanische montage Zie voor meer informatie hoofdstuk 3.4 HVAC Display (Status, Diagnostiek en Programmering) Bedienpaneel Alleen voor de uitvoering met Zie voor meer informatie hoofdstuk 5.5 ingebouwde hoofdschakelaar: Voedingsspanning aan / uit Noodstop (Safe Torque Off (STO)) De contacten van het noodstopcircuit moeten op de volgende manier worden...
Pagina 4
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Snel van start Optidrive HVAC OPTIDRIVE HVAC (IP20 Behuizing). AC Voedingsspanning Voedingsspanning 3-fasen units : sluit L1 L2 L3, PE aan 200 – 240 Volts + / - 10% 1-fase units : sluit L1, L2, PE aan 380 –...
Powys SY21 8JF Invertek Drives Ltd Invertek Drives LTD verklaart hierbij dat de Optidrive HVAC frequentieregelaar CE gemarkeerd is voor laagspanningstoepassingen en voldoet aan de veiligheidsnormen volgens de Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EC en de EMC richtlijn 2004/108/EC. De Optidrive HVAC is ontworpen en gefabriceerd volgens de onderstaande Europese normen:...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 1. Introductie 1.1. Belangrijke veiligheidsinformatie Gelieve de onderstaande veiligheidsinformatie door te lezen en alle waarschuwingen in het overige deel van het handboek. Dit symbool geeft aan dat er een situatie kan Dit symbool geeft een waarschuwing weer waar rekening ontstaan waarbij de apparatuur/aandrijving mee gehouden dient te worden om onveilige situaties en beschadigd wordt wanneer de opmerkingen niet in...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 2. Algemene informatie en codering 2.1. Overzicht van de verschillende typenummers 2.1.1. IP20 behuizingen 200-240V ±10% - 1-fase ingang kW typenummer HP typenummer Uitgangsstroom (A) Bouwgrootte ODV-2-22075-1KF12-SN 0.75 ODV-2-22010-1HF12-SN ODV-2-22150-1KF12-SN ODV-2-22020-1HF12-SN ODV-2-22220-1KF12-SN ODV-2-22030-1HF12-SN 10.5 200-240V ±10% - 3-fasen ingang...
Pagina 10
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 * Opmerking : De 2 laatste karakters van het typenummer zijn gerelateerd aan de volgende opties: OLED tekst display, standaard PCB coating OLED tekst Display, speciale PCB coating 2.1.3. IP55 behuizing 200-240V ±10% - 3-fasen ingang kW typenummer HP typenummer Uitgangsstroom (A)
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 2.2. Uitleg typenummer Optidrive regelaars Elke regelaar is voorzien van een typenummer. Het typenummer staat vermeld op de doos en op de regelaar zelf. Het typenummer verteldt alles over de regelaar en de bijbehorende opties. Product familie PCB Coating ODE : E serie N : Standaard coating...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 3. Mechanische installatie 3.1. Algemeen Installeer de Optidrive op een vlakke, verticale, hittebestendige, trillingsvrije ondergrond. De Optidrive moet worden geïnstalleerd in een ruimte waar het omgevingsvervuilingsniveau 1 of 2 is. Plaats geen ontvlambaar materiaal in de buurt van de regelaar. ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 3.5. Richtlijnen schakelkastmontage (IP20 frequentieregelaars) De HVAC IP20 frequentieregelaars zijn geschikt voor een vervuilingsniveau 1 zoals staat beschreven in de richtlijn IEC-664-1. Voor een vervuilingsniveau dat hoger is moet een geschikte schakelkast worden gekozen die ervoor zorgt dat het vervuilingsniveau in de kast niveau 1 heeft.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 3.7. Montagerichtlijnen IP55 frequentieregelaars De omgeving moet voldoen aan de omgevingseisen zoals die zijn beschreven in hoofdstuk 13.1. De Optidrive moet verticaal gemonteerd worden op een vlakke ondergrond. Houd rekening met voldoende ruimte rondom de regelaar zoals beschreven staat in de onderstaande tabel. ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 3.9. Verwijderen van het klemmendeksel 3.9.1. Bouwgrootte 2 3.9.2. Bouwgrootte 3 Gebruik een platte Gebruik een platte schroevendraaier schroevendraaier om het om het klemmendeksel te klemmendeksel te openen. Draai de 2 openen. Draai de 2 schroeven een schroeven een kwartslag rechtsom kwartslag rechtsom...
Pagina 18
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 3.9.5. Bouwgrootte 6 Gebruik een platte schroevendraaier om het klemmendeksel te openen. Draai de 2 schroeven een kwartslag rechtsom om het deksel te openen. De sleuven van de schroeven moeten verticaal staan om het deksel te verwijderen. 3.9.6.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 3.10. Preventief onderhoud Voor een lange levensduur van een HVAC frequentieregelaar is het verstandig om preventief onderhoud te plegen. De volgende zaken moeten gecontroleerd worden : De omgevingstemperatuur moet binnen de opgeven specificaties zijn. De koelventilatoren moeten vrij roteren en moeten stofvrij zijn.
4. Elektrische installatie 4.1. Aarden van de Optidrive Deze handleiding is bedoeld als richtlijn voor de juiste aansluiting/bedrading van de frequentieregelaars. Invertek Drives Ltd kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het niet voldoen aan eisen die lokaal, nationaal of internationaal worden gesteld, met betrekking op de juiste installatie van de frequentieregelaars en de bijbehorende onderdelen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 4.1.2. Richtlijnen aarding De aardklem van elke Optidrive moet (via het externe EMC filter indien aanwezig) met een zo kort mogelijke kabel verbonden worden met een aardrail. De aarding moet niet tussen de verschillende Optidrive frequentieregelaars of andere apparatuur worden doorgelust. De aardingsimpedantie moet voldoen aan alle industriële veiligheidseisen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 4.3. Aansluiten inkomende voeding Een 1-fase netvoeding moet aangesloten worden op de klemmen L1/L (fase), L2/N (nul). Een 3-fasen netvoeding moet aangesloten worden op de klemmen L1, L2, L3. De draairichting is niet van belang. ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 4.5. Aansluiten motorklemmenbox Standaard kortsluitanker motoren zijn gewikkeld voor een bepaalde spanning (spoelspanning). Dit wordt weergegeven op het typeplaatje van de motor (laagste spanning van de twee). De spoelspanning tezamen met de voedingsspanning bepalen of de motor in ster of in driehoek moet worden gezet. In ster moet altijd de hoogste voedingspanning worden gekozen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 4.7. Stuurstroom bekabeling Alle bekabeling van de analoge signalen moet afgeschermd zijn. Twisted pair bekabeling wordt aanbevolen. Stuurstroom bekabeling en hoofdstroom bekabeling zoveel mogelijk van elkaar gescheiden houden en zo min mogelijk parallel laten lopen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 5. Werking van het bedienpaneel De Optidrive HVAC kan worden geconfigureerd, bediend en gemonitord via het interne bedienpaneel met display. IP20 regelaars: IP20 regelaars zijn voorzien van een 7 Segment LED display en een toetsenbord met vijf knoppen. IP55 en IP66 regelaars: IP55 en IP66 regelaars zijn standaard voorzien van een OLED multi-line tekst display en een toetsenbord met 7 knoppen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 5.3. Handige toetsencombinaties voor het bedienpaneel Functie Wanneer display laat Druk op Resultaat Voorbeeld zien Display laat zien : Er wordt een Snelle selectie van parametergroep hoger xxx Druk op parametergroepen gekozen. Display shows Opm : Toegang tot alle ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 5.5. Layout en functionaliteit van het OLED bedienpaneel (IP55 en IP66 regelaars) OLED Display Weergave hoofdparameters Bedieningsknoppen Weergave van de parameters of Worden gebruikt om parameters te weergave van interne meetwaarden bekijken en te wijzigen en worden zoals bijv.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 5.8. Parameters terugzetten naar de fabrieksinstellingen (P-DEF) Houd tegelijk de pijltje omhoog, Het display geeft de melding P-Def pijltje omlaag, de stop knop en de en de regelaar is teruggezet naar start knop vast voor >2s fabrieksinstellingen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 5.10. Taal wijzigen van het OLED bedienpaneel (IP55 en IP66 regelaars) Houd tegelijk de pijltje omhoog en Gebruik de pijltje omhoog/omlaag Druk kort op de navigatie knop om de start knoppen vast voor >2s knoppen om de juiste taal te de taal te selecteren.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 6. In bedrijf stellen 6.1. Algemeen De volgende richtlijnen gelden voor alle toepassingen. 6.1.1. Instellen van de motorgegevens De Optidrive HVAC gebruikt de informatie van het typeplaatje van de motor om: de motor zo efficiënt mogelijk te laten draaien ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 7. HVAC Specifieke functies (Parametergroep 8) De Optidrive HVAC heeft standaard een aantal specifieke HVAC functies ingebouwd. De meerderheid van deze functies kan worden ingesteld in parameter menu 8. In dit hoofdstuk worden de verschillende functies nader toegelicht.. 7.1.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Overzicht voor een snelle inbedrijfname: Stel de basisparameters P1-01 t/m P1-10 in. De energiebesparingsfunctie (P1-06) moet uitgeschakeld zijn. Zet parameter P1-14= 101 om toegang te krijgen tot de uitgebreide parameters. Stel in parametergroep 3 de PID parameters in. ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Werking: De compleet snelheidsgeregelde pomp cascade regeling wordt geactiveerd door parameter P8-14=2 (Activering pomp cascade regeling). Dit moet alleen bij de “netwerk Master” ingesteld worden. Alle andere HVAC frequentieregelaars moeten ingesteld worden als “netwerk Slave” d.m.v. parameter P1-12=5. Vervolgens moet bij parameter P8-15 (>0) het aantal deelnemende slave pompen worden opgegeven. Alle deelnemers op het netwerk moeten een uniek adres krijgen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Met de volgende parameters kun je de melding dat de onderhoudstimer is afgelopen koppelen aan een uitgangsrelais: Parameter nummer Parameter omschrijving Klem Ingestelde waarde P2-15 Functieselectie relaisuitgang 1 14 / 15 P2-18 Functieselectie relaisuitgang 2 16 / 17 / 18 Wanneer de onderhoudstimer is afgelopen en het onderhoud aan de machine/aandrijving is uitgevoerd dan kan d.m.v.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 De maximale frequentie/snelheid (P1-01) en de minimale frequentie/snelheid (P1-02) kunnen na het uitvoeren van de automatische meetsequence nog worden aangepast. De meetdata word door het aanpassen van P1-01 en P1-02 niet gewist. Wanneer er vervolgens frequenties gekozen worden buiten het meetgebied zal de belastingsmonitor worden uitgeschakeld. Na het inschakelen van de belastingsmonitor (P8-06 ...
Pagina 36
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 De pompreinigingsfunctie zal ongeacht de instelling van parameter P8-03 direct worden uitgevoerd wanneer een digitale ingang, waar de pompreinigingsfunctie aan is toegekend, hoog wordt. Wanneer de desbetreffende digitale ingang hoog wordt zal de frequentieregelaar direct vanaf de huidige snelheid versnellen/vertragen naar reinigingssnelheid 1 met de opgegeven reinigingsacceleratie en deceleratie tijd. De activering van de pompreinigingsfunctie kan d.m.v.
Invertek Drives Ltd raadt aan om de bypass-schakeling met 3 relais uit te voeren. Mechanische en elektrische vergrendelingen (interlocks) worden aanbevolen om de regelaar te beschermen tegen het falen van een relais en de eventuele schade hierdoor.
Pagina 38
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Werking: De basis configuratie van de bypass-schakeling met 3 relais is weergeven in onderstaand schema. Het bypassrelais en het uitgangsrelais van de frequentieregelaar zijn onderling mechanisch vergrendeld. Door de relais te voorzien van hulpcontacten kunnen de relais ook onderling elektrisch worden vergrendeld.
Pagina 39
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 De frequentieregelaar zal relais 2 (uitgang frequentieregelaar) uitschakelen en relais 1 (bypass) inschakelen wanneer 1 van de bypass functies wordt geactiveerd/getriggerd. De bypass kan om de volgende redenen worden ingeschakeld: De frequentieregelaar zal naar de bypass overschakelen wanneer de De frequentieregelaar frequentieregelaar een foutcode geeft.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 7.8. “Fire Mode” De “Fire Mode” is ontwikkeld om de HVAC frequentieregelaar zo lang mogelijk te laten functioneren totdat de frequentieregelaar niet meer in staat is de motor aan te sturen (einde levensduur) of totdat de digitale ingang met de functie activering “Fire mode” wordt weggenomen. De “Fire mode”...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 De tijd dat de “Fire mode” actief is wordt bijgehouden in parametergroep 0. Het startmoment van de “Fire mode” wordt onthouden in parameter P0-51. De waarde van de parameter is gerelateerd aan parameter P0-31 (aantal draaiuren sinds fabricagedatum). Aan de hand van P0-51 kan worden herleid hoe lang geleden de “Fire mode”...
Pagina 42
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Let op: voorkeuzesnelheid 7 (P2-07) en voorkeuzesnelheid 8 (P2-08) worden ook gebruikt als boostsnelheden voor de PID-regeling. Wanneer de PID-regeling is ingeschakeld kan er geen gebruik gemaakt worden van de gelijkstroominjectie. Gecontroleerd stoppen moet worden geactiveerd (P1-05=0) en de acceleratie (P1-03) en deceleratie tijden (P1-04) moeten correct worden ingesteld.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 8. PID-regeling 8.1. Verkorte omschrijving De PID regelaar is een mathematische functie die is ontworpen om automatisch een proces nauwkeurig te laten regelen zodat het niet meer noodzakelijk is dat een operator constant handmatige aanpassingen moet uitvoeren. De PID-regeling van een frequentieregelaar wordt in het algemeen gebruikt om aan de hand van een gemeten proceswaarde (via een sensor) de motorsnelheid automatisch zodanig aan te passen dat de gemeten proceswaarde gelijk wordt aan de gewenste proceswaarde.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 8.2.3. Selectie werking PID-regeling Standaard staat de PID-regeling van de HVAC frequentieregelaar zodanig ingesteld dat bij een toename van de gemeten waarde de motorsnelheid wordt teruggeregeld en vice versa zodat de gemeten waarde gelijk wordt aan de gewenste waarde. Dit noemt men een normale PID-regeling (Direct mode).
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 een applicatie waar een langzame response gewenst is zoals bij bijvoorbeeld pomp en ventilator toepassingen. Wanneer het systeem last heeft van “overshoot” dan is het aan te raden de P-versterking te verlagen. P3-02 Integratietijd: Bereik = 0.0 t/m 30.0, standaard instelling = 1.0 De integratietijd is een op tijd gebaseerde functie.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 De extra boost voordat de slaap actief wordt kan worden ingeschakeld met de parameter P6-12 (P6-12 > 0). Met parameter P6-12 wordt een tijd ingesteld die wordt gebruikt om voor het activeren van de slaap mode de motor een vaste snelheid (P2-28 = voorkeuzesnelheid 8) te laten draaien.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Als laatste moet de PID-regeling worden geactiveerd en worden ingeregeld: P1-12 = 3: De PID-regeling wordt geactiveerd. P3-04 = 0 (standaard): De PID regeling is een normale PID regeling. Start met de standaard waarden voor de P-versterking (P3-01) en de I-tijd (P3-02). Verander vervolgens deze waarden voor de beste regeling.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Pomp systeem rustig vullen gedurende de leidingvulfunctie: Wanneer de pomp de eerste keer wordt gestart is de gemeten druk gelijk aan nul. De lage gemeten druk zorgt ervoor dat de PID regelaar de motor zeer snel gaat versnellen. Een snelle reactie kan noodzakelijk zijn tijdens normaal bedrijf maar kan bij de opstart zorgen voor waterslag of mechanisch beschadigingen.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 9. Parameters 9.1. Overzicht parametergroepen De Optidrive HVAC Parameters zijn opgedeeld in 10 groepen: Groep 1 – Basis parameters Groep 2 – Uitgebreide parameters Groep 3 – PID parameters Groep 4 – Motor Control parameters ...
Pagina 50
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P1-12 Selectie aansturing van de regelaar 0: Via de klemmen. Met de klemmen 1 t/m 18 kan de regelaar worden gestart en de snelheid worden opgegeven. 1: Via het bedienpaneel (rechtsom). Aansturing via het bedienpaneel (een richting). 2: Via het bedienpaneel (rechtsom en linksom).
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Uitgebreide parameters 11.1. Parametergroep 2 – Uitgebreide parameters Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P2-01 Voorkeuzesnelheid 1 P1-02 P1-01 Hz / Rpm Voorkeuzesnelheid 1 wordt geselecteerd d.m.v. de digitale ingangen. De setting van parameter P1-13 bepaalt met welke ingang de voorkeuzesnelheid gekozen wordt.
Pagina 53
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P2-12 Analog Output 1 Format (Terminal 8) = 0 to10V, = 10 to 0V, = 0 to 20mA = 20to 0mA = 4 to 20mA ...
Pagina 54
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P2-18 Functieselectie relaisuitgang 2 (klemmen 17 & 18) Bepaalt de functie van relaisuitgang 2. Relaisuitgang 2 heeft een NO contact. Wanneer de uitgang hoog is, is het NO contact gesloten (klem 17 en 18). 0 : Regelaar in “RUN”.
Pagina 55
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P2-28 Scalering “slave” snelheid Alleen actief in bedienpaneel mode (P1-12 = 1 of 2) en “Slave mode” (P1-12=4). De “Master” referentie kan vermenigvuldigd/ aangepast worden d.m.v. een vaste factor (P2-29) of d.m.v. analoge ingang 1. 0 : Uitgeschakeld.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P2-37 Onthoudfunctie bedienpaneel Instellingen 0 t/m 3 zijn alleen actief wanneer P1-12 op 1 of 2 staat ingesteld (bedienpaneel mode). Het stop/start commando is via het bedienpaneel (vrijgave via digitale ingang 1). 0: Minimale snelheid.
Pagina 57
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P3-09 Selectie begrenzing PID-uitgang 0: Digitale grenzen. Zie parameters P3-07 & P3-08 1: Analoge ingang 1 zorgt voor een instelbare bovengrens. Het uitgangsbereik van de PID-regelaar wordt begrensd door P3-08 (minimaal) en de waarde van analoge ingang 1 (maximaal).
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 11.3. Parametergroep 4 – Motor control parameters Verkeerde instelling van de motorparameters in parametergroep 4 kan leiden tot onvoorspelbaar gedrag van de motor en aandrijving. Alleen ervaren gebruikers mogen deze parameters aanpassen. Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P4-02...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P5-12 Selectie 3 woord veldbusmodule -> master (PDO3) Bij gebruik van een optionele veldbusmodule kan met deze parameter bepaald worden wat er als 3 woord cyclisch van de frequentieregelaar naar de master wordt gestuurd: 0 : Motorstroom [A].
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 P6-24 Onderhoudstimer 60000 5000 Uren Bepaalt de periode (in uren) van de onderhoudstimer. Wanneer de onderhoudstimer (uitleesbaar via P0-22) afloopt zal dit worden weergeven op het OLED display. P6-25 Reset onderhoudstimer Een waarde 1 zorgt ervoor dat de onderhoudstimer (uitleesbaar via P0-22) wordt gereset. P6-26 Scalering analoge uitgang 1 Procentuele scalering van analoge uitgang 1.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 11.8. Parametergroep 9 – Vrij programmeerbare in- en uitgangslogica Parametergroep 9 wordt uitgebreid toegelicht in de geavanceerde gebruikershandleiding. P9-01 Vrijgave commando Bepaalt de bron van het “vrijgave” commando P9-02 Snelle stop commando Bepaalt de bron van het “snelle stop” commando P9-03 Start rechtsom commando Bepaalt de bron van het “start rechtsom”...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 11.9. Parametergroep 0 – Weergave en diagnose parameters (Read Only) Parameter Naam Minimaal Maximaal Standaard Eenheid P0-01 analoge ingang -100.0 100.0 Geeft het signaalniveau weer van de 1 analoge ingang (klem 6) nadat de vermenigvuldigingsfactor en offset is toegepast. P0-02 analoge ingang 100.0...
Pagina 65
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 P0-29 Frequentieregelaar type Geeft type informatie over de HVAC frequentieregelaar: uitlezing = bouwgrootte en ingangsspanning uitlezing = vermogen van de frequentieregelaar uitlezing = aantal uitgangsfasen P0-30 Serienummer Geeft het unieke serienummer weer van de HVAC frequentieregelaar. uitlezing = Serienummer (MSB), 2 uitlezing = Serienummer (MSB) P0-31...
Pagina 66
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 P0-59 Snelheid frequentie ingang Weergave van de snelheid van de frequentie ingang. P0-60 Berekende slip Hz/rpm Weergave van de berekende slip in Hz of rpm. P0-61 Relais snelheidshysterese Relais snelheidshysterese P0-63 Snelheidsreferentie na de rampfunctiegenerator Hz/rpm Snelheidsreferentie na de rampfunctiegenerator in Hz of rpm.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Seriële communicatie 12.1. RS-485 communicatie De Optidrive HVAC frequentieregelaar heeft intern een RJ45 connector die naast de I/O connector zit. Deze connector stelt de regelaar in staat verbinding te maken met een netwerk. De RJ45 connector biedt de mogelijkheid om aan 2 RS485 netwerken deel te nemen, te weten het eigen Optibus netwerk of een Modbus RTU/BACnet netwerk.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 12.2.2. Modbus aansturing & monitoring registers Onderstaande tabel geeft een verkort overzicht van de Modbus adressen van de Optidrive HVAC regelaar. Registers 1 en 2 kunnen gebruikt worden om de regelaar aan te sturen. Hiervoor moet parameter P1-12 op 4 worden ingesteld. ...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Technische specificaties 13.1. Omgevingseisen : -10 … 50 C (Zie hoofdstuk 13.5 voor derating informatie van de IP40, IP55 en omgevingstemperatuur tijdens bedrijf IP66 frequentieregelaars) : -40 C … 60 C opslag en transport Maximale hoogte bij nominaal gebruik : 1000m (Zie hoofdstuk 13.5 voor derating informatie voor gebruik boven de 1000m) Maximale luchtvochtigheid...
Pagina 70
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 380 - 480 Volt (+ / - 10%) 3 fasen ingang, 3 fasen uitgang Nominale Zekering Nominale Maximale ingangs- of automaat Kabeldiameter uitgangs- Kabeldiameter lengte stroom (Type B) voedingskabel stroom motorkabel motorkabel Non UL AWG / kcmil AWG / kcmil feet 0.75...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 13.4. Extra informatie voor UL goedgekeurde installaties De Optidrive HVAC is ontworpen om te voldoen aan de UL richtlijnen. Om de installatie aan UL richtlijnen te laten te voldoen moeten de volgende zaken in acht worden genomen: Voedingsspanningseisen Voedingsspanning 200 –...
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 13.5. Derating informatie Derating van de continue maximale uitgangsstroom is noodzakelijk wanneer: De omgevingstemperatuur hoger is dan 40°C / 104°F De regelaar hoger geplaatst wordt dan 1000m/ 3281 ft De schakelfrequentie hoger ingesteld wordt dan de fabrieksinstelling De onderstaande tabellen geven de verschillende derating factoren weer: 13.5.1.
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Foutmeldingen Fout code OLED fout code Omschrijving Oplossing en eventuele oorzaak No Fault Geen fout Melding wordt weergegeven in P0-13 wanneer er geen fouten zijn. Over current trip Grote overstroom aan de Controleer of er een kortsluiting is tussen de fasen en/of naar aarde. uitgang van de frequentie- Controleer of de aandrijving mechanisch geblokkeerd is.
Pagina 74
Optidrive HVAC gebruikershandleiding V2.00 Fout code OLED fout code Omschrijving Oplossing en eventuele oorzaak Cooling Fan Fault Interne koelventilator fout Controleer en vervang eventueel de interne koelventilator. Ambient Temperature De omgevingstemperatuur is De gemeten omgevingstemperatuur is boven de opgegeven specificaties. High te hoog.