Bedieningshandleiding
Diffuus reflecterende sensor
De diffuus reflecterende sensor is een veiligheidsvoorziening. Deze stopt de
bandloop wanneer hij b.v. door een dienblad wordt afgedekt. Zo wordt
ervoor gezorgd dat voorwerpen/dienbladen die niet tijdig worden afgenomen
aan het uiteinde van de band niet op de grond vallen.
Belasting van gemonteerde onderdelen
Apparaatuitvoering met klaptafel
De gemonteerde klaptafel is bedoeld voor vaatwerk en/of dienbladen en mag
niet worden belast met zware voorwerpen.
De toegestane belasting bedraagt 10 kg.
Zitten op de klaptafel is niet toegestaan.
Apparaatuitvoering met zwenktafel
De gemonteerde zwenktafel is bedoeld voor lichte voorwerpen (zoals b.v.
patiëntenkaarten) en mag niet worden belast met zware voorwerpen.
De toegestane belasting bedraagt 3 kg.
Apparaatuitvoering met schuiflade
De geïntegreerde schuiflade is bedoeld voor lichte voorwerpen (zoals b.v.
patiëntenkaarten) en mag niet worden belast met zware voorwerpen.
De toegestane belasting bedraagt 10 kg.
Verplaatsen
Apparaatuitvoering met wielen
Verwijder altijd eerst de netsteker voordat het apparaat wordt verplaatst. Ver-
wijder losse voorwerpen van de bovenzijde van het apparaat. Tijdens het ver-
plaatsen van het apparaat kunnen voorwerpen van de bovenzijde afglijden.
Verplaats het apparaat voorzichtig met 2 personen (aan elke korte zijde van
het apparaat één).
Het apparaat is stabiel tot een helling van 10°. Verplaats de schalenstaander
met verwarming uitsluitend over oppervlakken met een helling <10°.
Bij verplaatsen over een helling kan het apparaat naar opzij uitbreken. Ver-
plaats het apparaat over hellingen met 4 personen (aan elke zijde van het
apparaat één).
Wanneer het apparaat op een helling staat, moet het, naast de ingeschakelde
wielvastzetters, met aanvullende maatregelen (b.v. wielblokken) worden
geborgd tegen onverwacht wegrollen.
Om beschadiging van de wielen te voorkomen, moet overbelasting van de
wielen worden voorkomen:
Verplaats het apparaat niet met ingeschakelde wielvastzetters
Voorkom stoten
Rijd niet over drempels of afstapjes
Rijd niet over oneffen vloeren
Verplaats het apparaat uitsluitend door te duwen, niet door te trekken.
– 11 –
Transportbanden GSPV, RSPV, RF