Programmering – M-Bus
Bij keuze „Gebruikersgedef." kunnen een eigen eenheid, een sensorcorrectie en bij geactiveerde sen-
sorcheck bewakingsfuncties worden gekozen.
Aan iedere M-Bus-ingang wordt een eenheid toegekend, welke afwijkend ten opzichte van de eenheid
van het M-Busapparaat kan zijn. Er staat een veelvoud aan eenheden ter beschikking.
Sensorcorrectie
De waarde van de M-Bus-ingang kan met een vaste differentiewaarde gecorrigeerd worden.
Waarde bij timeout
Deze keuze wordt alleen bij meetgrootheid „Gebruikersgedef." weergegeven. Deze toepassing is mo-
menteel nog niet beschikbaar.
Sensorcheck
Met Sensorcheck „Ja" staat de sensorfout van de M-Buswaarde als digitale ingangsvariabele van
een functie ter beschikking.
Het gebruik hiervan is alleen zinvol, indien voor de sensorfout gebruikersgedefinieerde drempel- en
uitgavewaardes worden gedefinieerd.
Sensorfout
Deze keuze wordt alleen bij meetgrootheid „Gebruikersgedef." en bij geactiveerde sensorcheck
weergegeven.
Sensorfout: Status „Nee" voor een correcte waarde binnen de drempelwaardes en „Ja" voor een
waarde buiten de drempelwaardes. Hierdoor kan bv. op de uitval van een M-Busapparaat worden ge-
reageerd.
Voor een zinvol gebruik van de sensorcheck dienen de drempelwaardes voor kortsluiting en onder-
breking van „Standaard" naar „gebruikersgedefinieerd" gewijzigd en de gewenste drempelwaardes
gedefinieerd worden. Aansluitend worden ook de gewenste kortsluit- en onderbrekingswaarde gede-
finieerd.
Onderschrijdt de uitgelezen meetwaarde de gedefinieerde kortsluitwaarde of overschrijdt de meet-
waarde de onderbrekingswaarde, dan worden de betreffende uitgavewaardes in plaats van de meet-
waardes overgenomen.
Door een juiste keuze van de drempelwaardes en uitgavewaardes kan aan de module bij uitval van
een meetwaarde een vaste waarde worden opgegeven, zodat een functie in noodbedrijf verder kan
blijven functioneren (vaste hysterese: 10 cq. 1,0°C).
De kortsluitwaarde kan alleen onder de onderbrekingswaarde worden gedefinieerd.
50