4. Zet op de robotmaaier de hoofdschakelaar in stand
1 .
Let op: De robotmaaier is gedurende 3 minuten
beschikbaar om te koppelen. Als het koppelen
binnen deze periode niet is gelukt, schakelt u de
robotmaaier uit (hoofdschakelaar, stand 0). Wacht
totdat het led-indicatielampje dooft en zet vervolgens
de hoofdschakelaar weer in stand 1.
5. Selecteer
Mijn maaiers in de Automower
app en selecteer vervolgens het plusteken (+).
6. Selecteer het model. De Automower
is nu op zoek naar beschikbare robotmaaiers op
korte afstand.
7. Selecteer de robotmaaier.
8. Voer de PIN-code van de robotmaaier in.
9. Druk op
Koppelen om de robotmaaier te koppelen
aan uw Husqvarna-account.
10. Geef uw robotmaaier een naam en selecteer
Gereed .
3.10.3 Kalibratie begeleidingsdraad
Als de eerste opstartprocedure en koppeling zijn
uitgevoerd, drukt u op de START-knop boven op de
robotmaaier. De robotmaaier rijdt vervolgens uit het
laadstation en begint het signaal van de
begeleidingsdraad te kalibreren om een zo groot
mogelijke doorrijbreedte van de begeleiding te creëren.
Dit voorkomt spoorvorming langs de begeleidingsdraad.
Wanneer deze procedure is voltooid, kan het maaien
beginnen.
3.11 Bedieningspaneel
®
Automower
520 en Automower
toetsenbord of display. De opdrachten en instellingen
voor de robotmaaier vinden daarom in de Automower
Connect-app plaats. De enige opdracht die op de
robotmaaier mogelijk is, is het indrukken van de START-
en STOP-knop.
3.11.1 START- en STOP-knop
•
De START-knop aan de bovenkant van de
robotmaaier wordt gebruikt om de robotmaaier te
activeren.
Bij het indrukken van de START-knop gaat de
robotmaaier werken en verandert de bedrijfsmodus in
®
Automower
Connect op het
•
De STOP-knop wordt gebruikt om de robotmaaier
onmiddellijk te stoppen.
Als u op de STOP-knop drukt, verandert de
bedrijfsmodus in Automower
Dashboard in Gestopt .
3.11.2 Het led-indicatielampje op de robotmaaier
Het led-indicatielampje op de robotmaaier toont de
huidige status:
•
Constant groen licht: De robotmaaier is of aan het
grasmaaien of verlaat het laadstation.
•
Constant blauw licht: De robotmaaier is gepauzeerd
of geparkeerd, of is op zoek naar het laadstation.
629 - 001 -
®
Connect-
®
Connect-app
®
550 bezitten geen
®
Dashboard in Maaien .
®
Connect op het
•
Constant geel licht: Er is op de STOP-knop boven
op de robotmaaier gedrukt.
•
Constant rood licht: De robotmaaier is gestopt
vanwege een fout.
Let op: Wis de fout door op de STOP-knop te
drukken en activeer vervolgens de robotmaaier door
het indrukken van de START-knop.
•
Geel knipperend licht: De PIN-code moet worden
bevestigd in de Automower
de robotmaaier kan worden geactiveerd.
®
3.12 Automower
Connect-menu
Het hoofdmenu in Automower
•
Dashboard
Kaart
•
Instellingen
•
•
Berichten (alleen beschikbaar voor Bluetooth-
verbinding op korte afstand)
3.12.1 Dashboard
Het dashboard toont de huidige status van de
robotmaaier zowel visueel als in tekst. De robotmaaier is
heel eenvoudig te bedienen door op de
bedieningselementen te tikken, bijvoorbeeld
In het onderste deel van het dashboard zijn
Timerinstellingen en de Kaart .
snelkoppelingen naar de
Het dashboard toont ook symbolen zoals hieronder
aangegeven:
1. De accustatus geeft de resterende lading van de
accu aan. Een flits wordt over het batterijsymbool
weergegeven als de robotmaaier wordt opgeladen.
Er wordt een stekker over het batterijsymbool
weergegeven als de robotmaaier zich in het
laadstation bevindt zonder op te laden.
2. Maaihoogte.
Voor meer informatie over de bedieningsfuncties
Starten, Parkeren en Pauzeren , zie Werking op pagina
42 .
®
Connect-app voordat
®
Connect biedt 4 opties:
Parkeren .
Installatie - 25