INSTRUMENTENPANEEL: controle- en waarschuwingslampjes
De aanwezigheid en de werking van de lampjes ZIJN AFHANKELIJK VAN HET LAND, HET UITRUSTINGSNIVEAU EN EVENTUELE
OPTIES VAN DE AUTO.
A
U
Waarschuwingslampje snel-
heidsafhankelijke stuurbekrach-
tiging
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na enkele secondes.
Als het brandt tijdens het rijden, met een ge-
luidssignaal, geeft dit een storing van het sy-
steem aan.
Raadpleeg snel een merkdealer.
1.40
À
Waarschuwingslampje oliedruk
Als het tijdens het rijden gaat bran-
den, moet u onmiddellijk stoppen en het
contact afzetten.
Controleer het oliepeil (raadpleeg de para-
graaf "Oliepeil van de motor" in hoofdstuk 4).
Als het peil normaal is, heeft dit een andere
oorzaak, raadpleeg snel een merkdealer.
Š ‰
Controlelampjes van schakelen
Ze lichten op om u te adviseren
naar een hogere versnelling (pijl omhoog)
of lagere versnelling (pijl omlaag) te scha-
kelen.
Ð Ï
Controlelampjes van de
snelheidsregelaar
snelheidsbegrenzer
R a a d p l e e g
d e
f e n
" S n e l h e i d s r e g e l a a r "
"Snelheidsbegrenzer" in hoofdstuk 2.
(3/4)
ù
Controlelampje stabiliteitspro-
gramma (ESP) en tractiecon-
trole (ASR)
Er zijn verschillende mogelijkheden
voor het oplichten van het waarschu-
wingslampje: raadpleeg de paragrafen
"Elektronisch Stabiliteits Programma: ESP"
en "Tractiecontrole: ASR" in hoofdstuk 2.
Ò
Waarschuwingslampje elektro-
nische storing (afhankelijk van
de auto)
Als dit blijft branden of oplicht tijdens het
rijden, wijst dit op een elektrische of elektro-
nische storing of bij dieselmotors is er water
gedetecteerd in het dieselbrandstof.
en
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
p a r a g r a -
e n
Ú
Waarschuwingslampje laad-
stroom
Als het tijdens het rijden gaat branden, is er
een storing in het laadstroomcircuit van de
accu. Stop en raadpleeg snel een merkdea-
ler.