RUITENWISSERBLADEN
2
3
B
4
A
Vervangen van de
ruitenwisserbladen voor 1
– Contact uit, trek de ruitenwisserarm 3
omhoog;
– kantel het blad horizontaal;
– druk op het lipje 2 en schuif het ruitenwis-
serblad omlaag, tot de haak 4 van de rui-
tenwisserarm vrijkomt;
– schuif het blad opzij (A) en omhoog (B)
om het vrij te maken.
Bij de montage werkt u in omgekeerde rich-
ting en controleert u of het blad goed is vast-
geklemd.
5.20
3
1
Vervangen van het
ruitenwisserblad achter 5
– Contact uit, trek de ruitenwisserarm 3
omhoog;
– kantel het blad 5 tot u een weerstand
voelt;
– maak het blad vrij door eraan te trekken
(pijl).
Bij de montage werkt u in omgekeerde rich-
ting en controleert u of het blad goed is vast-
geklemd.
Let op de staat van de ruitenwisserbla-
den. Hun levensduur hangt van u af:
– reinig de bladen, de voorruit en de
achterruit regelmatig met water met
zeep;
5
– gebruik ze niet als de voorruit of ach-
terruit droog zijn;
– maak ze los van de voorruit of achter-
ruit als ze lang niet gebruikt zijn.
– Controleer als het vriest,
voordat u wegrijdt, of de rui-
tenwissers voor en achter niet
aan het glas zijn vastgevroren.
De wissermotor kan hierdoor te warm
worden.
– Controleer regelmatig de wisserbla-
den.
Zodra hun werking afneemt moet u
ze vervangen, ongeveer eens per
jaar.
Bij het vervangen van het blad, let bij het
verwijderen van het blad op, dat u hem
niet op de ruit laat vallen: u zou de ruit
kunnen breken.