Veiligheidsinstructies
2.5
Fundamentele veiligheidsinstructies
2.5.1
Gevarenzone / werkzone en gevaarlijke plekken
20
Fundamentele veiligheidsinstructies:
gelden steeds voor een veilig gebruik van het aanbouwapparaat,
zijn samengevat in de navolgende subhoofdstukken.
De gevarenzone is de zone in en/of om een aanbouwapparaat, waarin
gevaren voor de veiligheid of de gezondheid van een persoon kunnen
optreden.
In de gevarenzone mogen zich geen personen bevinden:
als de motor van de tractor loopt en de hydraulische /
elektronische installatie aangesloten is,
als de tractor en het aanbouwapparaat niet beveiligd zijn tegen
onbedoeld starten en wegrollen.
Alleen wanneer zich geen personen in de gevarenzone van het
aanbouwapparaat bevinden, mag de operator:
het aanbouwapparaat bewegen,
beweegbare delen van het aanbouwapparaat van transport- in
werkpositie zetten en van werk- in transportpositie,
werkgereedschappen bedienen.
In de gevarenzone gaan de gevaren uit van gevaarlijke plekken. De
gevaren zijn constant aanwezig of kunnen onverwacht optreden.
Gevaarlijke plekken worden op waarschuwingsborden aangegeven op
het aanbouwapparaat. De waarschuwingsborden waarschuwen voor
restgevaren.
In deze gebruikershandleiding wijzen de instructies voor een veilige
werkwijze op de aanwezige restgevaren.
De gevaren kunnen ontstaan:
door de noodzakelijke bewegingen van het aanbouwapparaat en
de werkgereedschappen,
door onbedoeld omlaag bewegen van (delen) van het omhoog
geheven aanbouwapparaat,
door onbedoeld starten en wegrollen van de tractor.
kuilvoersnijder TopStar Plus