Bediening
Afhankelijk van de stand van de vaan is de
ingestelde werkingsrichting met de bijbeho-
rende markering zichtbaar.
Wanneer de gewenste werkingsrichting niet
overeenkomt met de markering dan moet
de werkingsrichting worden gewijzigd op
de volgende wijze:
1. Beide schroeven van de afdekplaat uit-
schreven, tuithouder (10) met afdek-
plaat wegnemen.
2. Tuithouder met 180° verdraaid met de
afdekplaat weer plaatsen en vastschroe-
ven.
De juiste positie van de tuithouder met
de vaan t.o.v. de taststift (9.1) zoals in
fig. 10 is getoond, moet absoluut wor-
den aangehouden.
Wanneer na een eenmaal vastgelegde com-
binatie van klepstandsteller en aandrijving
de werkingsrichting moet worden gewijzigd
dan moet erop worden gelet dat behalve
de opstelling van de uitdrager ook de mon-
tagepositie van de klepstandsteller moet
Afdekplaat
Tuithouder
Werkingsrichting stijgend/stijgend (direct <<)
vaan onder de taststift
Fig. 10 ⋅ Positie van de tuithouder, afdekplaat afgenomen
12
EB 8359-1 NL
worden gewijzigd. De positie van de hef-
boom (1) t.o.v. de plaat (20), boven of on-
der aanliggend conform fig. 6 t/m 9, moet
absoluut worden aangehouden.
4.2 Aanvangsbereik en gewenste
waarde
De aangebouwde hefboom en de inge-
bouwde meetveer van de klepstandsteller
zijn toegekend aan de nom. slag van het
ventiel en de gewenste waarde (ingangssig-
naal) conform tabel 1 op blz. 13. Normaal
gesproken is het gewenste waardebereik
100 % = 0,8 bar. Alleen in split-range be-
drijf (fig. 12) is een kleiner bereik van bijv.
50 % = 0,4 bar nodig. Door naderhand ver-
vangen (par. 4.5) van de meetveer kan het
bereik worden veranderd. Bij de instelling
op de klepstandsteller moet de slag worden
aangepast op de gewenste waarde en om-
gekeerd.
Bij een gewenste waarde van bijv. 0,2...1
bar moet ook de slag zijn gehele bereik van
Meetveer
Taststift
Markering
Vaan
Werkingsrichting stijgend/dalend (direct <<)
vaan boven de taststift