Instellen
Alarmniveau
„NIVEAU 1"
„NIVEAU 2"
„NIVEAU 3"
7.3.4.4
Aanloopgedrag van de motor configureren (submenu
7.3.4.5
Timer pauzevertraging configureren (
7.3.5 Servicemenu (menu
7.3.5.1
Teller resetten (submenu
7.3.5.2
Parameters voor het terugspoelen instellen (submenu
Handmatig terugspoelen
44
Gebruikt type voorval
Ernstige storing (hardwarefout, slangbreuk, ...)
Ernstige storing (hardwarefout, slangbreuk, ...) + leegmelding container
Ernstige storing (hardwarefout, slangbreuk, ...) + leegmelding container + voor‐
waarschuwingen niveau en waarschuwing slangvervanging
Bij NIVEAU 3 schakelt het relais al bij waarschuwingen.
In deze parameter wordt vastgelegd, hoe de motor zich tijdens het
aanlopen moet gedragen. Bij lage omgevingstemperaturen zorgt
een soepel aanlopen van de motor ervoor, dat de slang en de aan‐
drijfunit van de pomp worden ontzien. Hiervoor moet u de para‐
meter instellen op
maal aan en bereikt deze onmiddellijk het vereiste toerental.
„PAUZEVERTRAGING" )
In dit instelmenu kunt u het doseren van de pomp vertragen nadat
deze van afstand is gestopt (
„SERVICE" )
In het servicemenu kunt u:
1 - Teller resetten (
2 - Parameters voor het terugspoelen instellen (
3 - Slangfuncties gebruiken (
4 - Het lcd-contrast instellen (
„RESET TELLER" )
In het submenu
hoeveelheid (
„OMLAAG" resetten naar '0'.
De pomp voor het actief kool biedt de mogelijkheid op gezette
tijden de pompslang terug te spoelen gedurende een vooraf inge‐
stelde tijd - hierbij draait de rotor linksom. In het submenu
„TERUG" kunt u de terugspoelparameters instellen.
Via het submenu
spoeling mogelijk.
„STARTREGELING" )
„AAN" . Bij instelling „UIT" loopt de motor nor‐
„PAUZE" ).
„RESET TELLER" )
„SLANG VERVANGEN" )
„LCD-CONTRAST" )
„RESET TELLER" kunt u de teller voor de doseer‐
„HOEVEELHEID" ) met behulp van de toets
„TERUG" )
Om een terugspoelleiding te openen, is het moge‐
lijk een magneetventiel aan te sturen via de relais‐
uitgang (... geconfigureerd als „MV-RELAIS" ).
„TERUGSPOELTIJD" is een handmatige terug‐
„TERUG" )