BEDIENING
6.3
Hydraulische koppelingen bedienen
6.3.1
Steekkoppelingen bedienen
Stekkers met koppelingsmof verbinden:
(1) Hydraulica drukloos schakelen
(zie 6.1 Bedieningselementen).
(2) Afdekkappen verwijderen en indien nodig
koppelingen schoonvegen.
(3) Steek de stekker in de koppelinsmof.
(4) Afdekkappen in elkaar steken om
verontreiniging te voorkomen.
De steekkoppelingen zijn verbonden.
Stekker van de koppelingsmof losmaken:
(1) Hydraulica drukloos schakelen
(zie 6.1 Bedieningselementen).
(2) Koppelingsmof naar beneden trekken en
stekker uit de koppelingsmof trekken.
(3) Afdekkappen op stekkers en koppelingsmof
plaatsen.
De steekkoppelingen zijn gescheiden.
Afgekoppelde frontlader beschermen tegen directe zonnestralen! Een door de omgeving
opgewarmd hydraulisch systeem kan niet worden gekoppeld.
6.3.2
Schroefkoppelingen bedienen
Stekkers met koppelingsmof verbinden:
(1) Hydraulica drukloos schakelen
(zie 6.1 Bedieningselementen).
(2) Afdekkappen afschroeven en indien nodig
koppelingen schoonvegen.
(3) Stekker in de koppelingsmof schroeven.
(4) Afdekkappen in elkaar steken om
verontreiniging te voorkomen.
De schroefkoppelingen zijn verbonden.
Stekker van de koppelingsmof losmaken:
(1) Hydraulica drukloos schakelen
(zie 6.1 Bedieningselementen).
(2) Stekker uit koppelingsmof schroeven.
(3) Afdekkappen op stekkers en koppelingsmof
schroeven.
De schroefkoppelingen zijn losgemaakt.
Afgekoppelde frontlader beschermen tegen directe zonnestralen! Een door de omgeving
opgewarmd hydraulisch systeem kan niet worden gekoppeld.
B58FZ2 0000000186 NL 003
Fig. 79
Steekkoppelingen (voorbeeld)
Legenda
1
Koppelingsstekker
2
Afdekkap
3
Koppelingsmof
Fig. 80
Schroefkoppelingen (voorbeeld)
Legenda
1
Koppelingsstekker
2
Afdekkap
3
Koppelingsmof
1
1
2
2
3
3
B0GC
1
1
2
2
3
3
B0GD
80